3. Het organische karakter van archiefvorming; 4. De hiërarchie van archiefbescheiden en hun beschrijvingen en 5. Het respect des fonds.39 Juist in het hanteren van deze uitgangspunten onderscheidt de archivaris zich van de eerder genoemde informatiespecialist. Ik geef enkele voorbeelden van hoe de kerncompetenties een nieuwe waarde kunnen krijgen.40 De competentie in het taakdomein Opnemen is nu volledig op archieven gericht: "De archivaris kan de 'archiefwaardigheid' recordnessvan documenten vaststellen en kan de binding van document aan werkproces (de relatie tussen document en werkproces) garanderen door het toekennen van metadata". Door hier de archieven niet centraal te stellen maar uit te gaan van informatie in welke context ook, wint deze competentie aan waarde. Immers, hoe informatie ook wordt gevormd en gepresenteerd, de archivaris kan uitspraken doen over het belang van het behouden van deze informatie en over de wijze van blijvende ontsluiting. Hetzelfde geldt voor "De archivaris kan archieven toeganke lijk maken vanuit de samenhangende werkprocessen die deze hebben gegene reerd." Door hier informatie als object te kiezen, kan de archivaris een rol van betekenis spelen in een veel breder kader. Het toegankelijk maken van informatie die via weblogs, communities en Twitter tot ons komt, vraagt evengoed om een ontsluiting vanuit de processen die deze informatie hebben voortgebracht als de traditionele archieven. De kerncompetentie in het taakdomein Onderzoek ("De archivaris kan tijdig en in de gewenste vorm informatie uit of over archieven beschikbaar stellen") zou in dezelfde optiek moeten luiden: "De archivaris kan tijdig en in de gewenste vorm informatie beschikbaar stellen, rekening houdend met de context waaraan deze informatie is ontleend." Zo geformuleerd is deze competentie minstens zo waar devol buiten de archiefsector als daarbinnen. De archivaris van de toekomst kan informatie verschaffen of bemiddelen bij de informatievraag ongeacht de her komst van informatie. Zijn autoriteit ontleent hij aan het feit dat hij de genoem de archivistische uitgangspunten hanteert. Hij verstrekt geen losse informatie, maar informatie in een context en met de juiste waardering. Waar de archivaris naar verwijst, of wat hij biedt, is knowledge en geen information zonder meer, zoals Cook in 1984 al stelde.41 Enkele taakoverschrijdende competenties zullen relatief sterk aan waarde winnen. Ik denk dan aan het interpreteren van wet- en regelgeving en aan het toepassen van de ethische code. In een toekomst waarin de overbrengingstermijn van over- heidsbescheiden aanzienlijk wordt verkort,42 moet een archivaris meer dan ooit tevoren over goede bagage beschikken om enerzijds te zorgen voor een zo groot PROFESSIONALISERING 39 F.C.J. Ketelaar, 'Wat maakt een goede archivaris?', Archievenblad 110 (2006) 16-17, naar A.J. Gilliland- Swetland, Enduring Paradigm. The Value of the Archival Perspective in the Digital Environment. New Opportunities (Washington, 2000) 9, geraadpleegd viawww.clir.org/pubs/reports/pub89/pub89.pdf (januari 2010). 40 Gemakshalve refereer ik aan het beroepsprofiel van de archivaris, maar evengoed had dat het profiel kunnen zijn van de records manager (hoger opgeleide Informatie- en Archiefmanagement professional); zie www.kvan.nl, geraadpleegd januari 2010. 284

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2010 | | pagina 286