'Bijna goed, maar nog niet helemaal' Bij en na verschijnen kreeg Archiveren is vooruitzien veel bijval van vakgenoten. Dat het veld zich zelfbewust en eensgezind uitspreekt over de (nabije) toekomst is op zich al reden tot vreugde, vonden velen. Uiteraard was er ook kritiek. Inhoudelijk is het stuk zo algemeen en weinig uitgesproken dat je het er bijna niet mee oneens kunt zijn, is de strekking van het commentaar van Agnes Jonker, docente archivistiek aan de Hogeschool van Amsterdam.6 Zij mist "een expliciete doordenking van consequent beheer volgens het records continuum" en signaleert dat "lineair denken de denkrichting (blijft) bepalen, ondanks de talloze ver wijzingen naar het records continuum"Deze kritiek snijdt weliswaar hout, maar de keuze om terughoudend te zijn in de beantwoording van inrichtingsvragen is, zoals boven beschreven, een hele bewuste geweest. De functie van het document is primair signalerend en agenderend; oplossingen willen BRAIN en KVAN vinden in samenspraak met de bestuurlijk verantwoordelijken. Provinciaal inspecteur Marianne Loef toont begrip voor het gebrek aan concreet heid van Archiveren is vooruitzien.7 Dat is een zaak van nadere uitwerking, en van ongetwijfeld vele meningsverschillen, stelt zij nuchter vast. Voor haar zou de nadere uitwerking vooral houvast moeten bieden om de gemeenten die niet of nauwelijks aan archiefzorg doen mee te trekken in de kwaliteitsslag die BRAIN en KVAN voorstaan. Zij voorziet dat kleine en onderbezette archiefinstellingen dat moeilijk aan zullen kunnen en acht het de taak van de provincie om hen daarbij te helpen. Ik waag het te betwijfelen of dat een zinvolle bezigheid is. De visie wijst wel degelijk de oplossingsrichting aan voor het probleem dat Loef aansnijdt. Sanctionering van de certificering van instellingen door overheden te verplichten hun archieven over te brengen naar gecertificeerde instellingen dwingt hen hun archiefbeheer en hun dienstverlening goed te organiseren. In de meeste gevallen zal dat mijns inziens neerkomen op aanhaken bij bestaande en goed geoutilleerde archiefbeherende instellingen. Een archiefbeherende instelling in de 21e eeuw moet voldoen aan basale eisen van professionaliteit en kwaliteit. Dat vergt nu eenmaal een zekere schaalgrootte. Luud de Brouwer, als hoofd Archief van de Tilburgse stichting Mommerskwartier verantwoordelijk voor beheer en toegankelijkheid van de collectie van het Regionaal Archief Tilburg, zwengelt op Archief 2.0 een heel andere discussie aan.8 Hij vindt dat het visiedocument een te zwaar accent op beheer legt. Hij mist een toekomstvisie op inhoudelijke toegankelijkheid. Om die te verbeteren moeten archiefbeherende instellingen veel meer werk maken van de gemeenschap van onderzoekers en gebruikers om hen heen. Die communities kunnen relevante verbanden aanbrengen tussen informatieobjecten en daarmee veel toegevoegde (informatie)waarde genereren. Christian van der Ven, studiezaalcoördinator van het Brabants Historisch Informatiecentrum, valt hem bij. Hij bestempelt de visie als erg aanbodgericht en mist aandacht voor de attitude van de archivaris, die "simpelweg mentaal nog niet toe (is) aan die digitale toekomst". De archivarissen 2.0 hebben zeker een punt. Ook hier voer ik, niet ter verdediging maar wel ter verklaring, aan dat Archiveren is vooruitzien vooral is bedoeld als sig- PROFESSIONALISERING 6 Agnes Jonker: 'Visie is een groot woord' in: Archievenblad september 2009, p. 42-43. 7 Marianne Loef: 'Een veelbelovende visie' in: Archievenblad september 2009, p. 42. 8 Archief 2.0 is een online community voor archivarissen en andere archiefgeïnteresseerden. Luud de Brouwer publiceerde zijn commentaar in zijn blog: http://www.archief2.0.org/profiles/blogs/ de-visie-van-brain-en-kvan. Christian van der Ven reageerde. 274

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2010 | | pagina 276