als een (ketting)reactie om de Führer te dienen bij het 'vinden' van een oplossing van 'het jodenvraagstuk'.30 De Duitse historicus Christian Gerlach (1963) komt tot een andere - inmiddels onder historici geaccepteerde - conclusie, namelijk dat er wel een "geschossenes Konzept" is.31 Hij stelt op grond van archief onderzoek in Russische archieven vast, dat het daadwerkelijke besluit om de joden om te brengen zou zijn genomen door niemand minder dan Adolf Hitler zelf.32 Op zich is dit niet verwonderlijk omdat Hitier, althans volgens de Britse historicus Ian Kershaw (1943), veel besluiten zelf heeft genomen, vaak zonder ruggespraak met wie dan ook.33 Het mondeling gegeven bevel door Hitier zelf, is als mogelijkheid eerder geopperd. Maar met de archiefvondst van Gerlach laat het gebeuren zich reconstrueren op basis van een notitie van Reichsführer SS Heinrich Himmler en zijn bewaard gebleven agenda, alsmede die van Himmlers adjudant Werner Grothmann en van Generalfeldmarschall Hermann Göring.34 Er zouden enkele dagen voorafgaand aan een bespreking met de NSDAP-top op 12 december 1941 gesprekken hebben plaatsgevonden tussen Hitier en Himmler (9 en 11 december) en Hitier en Göring (9 december), waarin het besluit tot het geven van het bevel feitelijk zou zijn genomen.35 Daarnaast is bekend dat, blijkens de dagboekaantekeningen van Reichsminister für Volksaufldarung und Propaganda Joseph Goebbels waarin de redevoering van Hitier tijdens genoemde NSDAP-top is opgetekend, Hitler ten aanzien van de "Judenfrage" van zins was om"reinen Tisch zu machen". Hitier, volgens Goebbels: "[djer Weltkrieg ist da, die Vernichtung des Judentums muf, die notwendige Folge sein. Diese Frage ist ohnejede Sentimentaliteit zu betrachten"36 Enkele dagen daarna schrijft de Abteilungsleiter Allgemeine Politik im Ostministerium, Otto Brautigam, dat "fijn der Judenfrage inschwischen durch miindliche Besprechung Klarheit geschaffen sein [dürfte]".37 De parafrase (?)38 bij Goebbels en de aantekeningen en verwijzingen in agenda's, notities en dergelijke, hebben geleid tot deze reconstructie door Gerlach. Hitier zou aldus in december 1941 inhoud hebben gegeven aan een 'toekomstvoorspelling' die hij op 30 januari 1939 voor de Reichstag had uitgesproken: "[w]enn es dem internationalen HANS WAALWIJK WAT NIET WEET, DEERT! 31 Christian Gerlach, 'Die Wannsee-Konferenz, das Schicksal der deutschen Juden und Hitiers politische Grundsatz-entscheidung alle Juden Europas zu ermorden', Werkstatt Geschichte 16, Nr. 18, (Hamburg 1997); Götz Aly 'Der 12. Dezember 1941. Der Historiker Christian Gerlach belegt, datë Hitler an diesem Tag die Grundsatzentscheidung zur Vernichtung aller europaischen Juden traf'Berliner Zeitung 13 december 1997, op www.berlinonline.de/ berliner-zeitung/archiv/.bin/dump.fcgi/1997/1213/magazin/0003/index. html (15 september 2007). 32 Gerlach, 'Die Wannsee-Konferenz', p. 8, 44. 33 Kershaw, Fateful Choices, p. 476. Kershaw relativeert de 'besluitvorming' van Hitler, vandaar de aanhalingstekens, door te stellen dat 'besluiten' vaak niet meer waren dan informele uitspraken gedaan tijdens lunchbesprekingen of anderszins, opgepikt door aanwezigen bij die besprekingen en als 'bevel van de Führer' een eigen leven zijn gaan leiden. Ibidem, p. 60. Dit laatste is opmerkelijk omdat Kershaw zelf over het besluit tot de moord op de Joden schrijft dat "[t]he most incriminiation orders were given orally' en vervolgens in de gehele besluitvorming de hand van Hitier herkent, Ibidem, p. 436, e.v. De reconstructie door Gerlach van de besluitvorming voor de 'oplossing van het jodenprobleem', relativeert dus in wezen Kershaw's relativering, voor zover Kershaw dat niet zelf doet door in zijn betoog de hypothese van Gerlach een plaats te geven, zij het dat daarvan in de noten niets is terug te vinden, maar uit de lijst van gebruikte werken blijkt dat Kershaw op de hoogte is van Gerlachs werk. 34 Gerlach, 'Die Wannsee-Konferenz', p. 22-31. 35 Ibidem, p. 26, noot 111, p. 28 noot 120, p. 30 noot 135 en p. 31 noot 140. 36 Ibidem, p. 25. 37 Ibidem, p. 29. 38 Met een vraagteken, want we zullen immers nooit weten of Hitier de woorden die Goebbels hem in de mond legt ook daadwerkelijk zo heeft (uit)gesproken. 207

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2006 | | pagina 209