zijn in de enquête gedetailleerde vragen gesteld, om vast te kunnen stellen of de instrumenten en systemen die PrestoSpace wil ontwikkelen, stroken met de wensen van potentiële gebruikers. Deze vragen zijn niet alleen gesteld aan archie ven, maar ook aan laboratoria en andere facilitaire bedrijven. Digitalisering de oplossing? Digitalisering wordt op dit moment nog niet omarmd als conserveringsstan- daard: veel archieven zetten vooral nog vraagtekens bij digitale duurzaamheid. Filmarchieven geven daarnaast aan de kwalitatieve mogelijkheden van digitale conservering nog te beperkt te vinden: het wachten is wat hen betreft op (veel) hogere resoluties voordat er sprake kan zijn van conservering. Ook zijn er veel vragen over digitale opslag en met name de kosten die daaraan zijn verbonden. Vele archieven worstelen met de vraag wat het beste opslagmedi um is en - indien overwogen wordt op te slaan op server - of deze server dan in eigen beheer moet worden genomen of dat opslag kan worden uitbesteed. Archieven geven bovendien aan dat digitale opslag weliswaar steeds goedkoper wordt, maar dat het hen desondanks nog steeds aan de middelen ontbreekt om over te gaan tot grootschalige, hoogwaardige digitale opslag. Het belang van digitale beschikbaarstelling wordt daarentegen door iedereen onderkend. Vrijwel alle aan de enquête deelnemende archieven geven aan een begin te hebben gemaakt met beschikbaarstelling via een intern netwerk, of soms - al dan niet in projectvorm - via het internet. Belangrijkste argument om over te gaan tot digitale beschikbaarstelling is niet alleen dat collecties hierdoor veel zichtbaarder en eenvoudiger toegankelijk worden voor een groter publiek, maar ook de verwachting dat door toenemend hergebruik de inkomsten uit auteurs rechten zullen stijgen. Archieven hopen bovendien dat door digitalisering de documentatiekosten, die vaak oplopen tot de helft van het beschikbare totale budget, kunnen worden beperkt. Digitalisering PrestoSpace stelt een proces van bulkgewijze digitalisering voor dat bestaat uit materiaalidentificatie (labelling, metadata), batchvoorbereiding, transport, schoonmaak en reparatie, digitalisering, kwaliteitscontrole en data-analyse, en tot slot het bijwerken van de bestaande database of catalogussysteem. Archieven herkennen zich in dit voorgenomen digitaliseringsmodel. Uit de enquête blijkt dat omroeparchieven op dit moment hun kopieertrajecten nog weinig geautomatiseerd hebben. De meest voorkomende werkwijze is dat één technicus één videoband kopieert en daarbij alle handelingen uitvoert. Voor audiokopiëring komt het wel voor dat één technicus meerdere digitaliserings stations bedient. Deze archieven geven aan wel sterk te zijn geïnteresseerd in automatiseringsmogelijkheden rond bijvoorbeeld buikmigratie, schoonmaak en reparatie van materialen en conditie- en kwaliteitscontrole van de materialen. Filmarchieven zijn minder gericht op bulkconservering en automatisering van processen. De feitelijke conservering vindt over het algemeen buitenshuis plaats, de archieven zelf besteden veel tijd aan kwaliteitscontroles. Ze verwachten niet dat deze processen op korte termijn geautomatiseerd kunnen worden. Facilitaire bedrijven hebben hun werkprocessen vaak al meer geautomatiseerd. Ze geven aan juist belangstelling te hebben voor instrumenten waarmee kwaliteitscontroles geautomatiseerd kunnen worden. 66 Concreet wordt de meeste belangstelling getoond voor te bouwen instrumenten en systemen die automatisering van videoconservering en automatische kwaliteitscontroles mogelijk maken. Hoog scoort ook de voorgestelde robuuste datacine voor verouderde films. Restauratie Voor het restauratieproces zijn de volgende stappen voorzien: het aanmaken van een (digitale) kopie, het identificeren van de defecten of schades, de feitelijke restauratie en de oplevering van een nieuwe kopie. Respondenten zijn het eens met dit model, maar er zijn accentverschillen tussen de verschillende typen archieven en de facilitaire bedrijven. Omroeparchieven stellen opnieuw auto matisering centraal, facilitaire bedrijven flexibiliteit, en filmarchieven kwaliteit. Alle hechten een groot belang aan documentatie, zowel ten aanzien van het origineel als van de gezette stappen in het restauratieproces. Op de vraag op welke defecten PrestoSpace zich bij restauratie vooral zou moeten richten, komen bij video drop-outs en ruis naar voren, bij film met name bekabe ling en instabiliteit, en bij audio opnieuw ruis en hiss. Bij de te bouwen instru menten tonen zowel archieven als facilitaire bedrijven de meeste belangstelling voor hoogwaardige restauratiemodules in het algemeen, restauratie hardware voor video en een restauratiemanagement-instrument. Opslag en archiefbeheer Het wekt weinig verbazing dat het merendeel van de archieven hun materialen nog 'analoog' opslaat. Desondanks blijkt dat er bij twaalf respondenten gezamenlijk inmiddels 100 terabytes aan digitale opslag bestaat. Alle deelnemen de omroeparchieven voorzien dat digitale opslag binnen tien jaar de heersende praktijk is, maar ze zijn nog weinig concreet in het benoemen van de manier waarop. Als opslagmedium worden hard disk, datatape of massastorage in het algemeen genoemd. Een aantal archieven zegt eerlijk nog niet te weten waarvoor te gaan kiezen. Ook filmarchieven denken na over digitale opslag, maar vooral om hun collecties beschikbaar te kunnen stellen. Archieven geven aan vooral ondersteuning te wensen bij en informatie te willen ontvangen over massastorage en migratiemodellen. Er is veel belangstelling voor mogelijkheden om materiaal tegelijkertijd op verschillende normen (hoogwaar dig en browsekwaliteit) op te kunnen slaan en beschikbaar te stellen. Beschrijving en beschikbaarstelling Zoals eerder opgemerkt verwachten de meeste archieven veel van digitalisering waar het beschikbaarstelling betreft. Op dit moment zijn veel collecties over het algemeen nog nauwelijks toegankelijk. Omroeparchieven stellen materialen alleen aan omroepmedewerkers of productiehuizen beschikbaar, filmarchieven organiseren vertoningen en festivals voor geïnteresseerde liefhebbers. Door digitalisering wordt het bereik vele malen groter. Het grootste deel van de collecties is doorzoekbaar via een geautomatiseerd systeem, hoewel filmarchieven aangeven dat grote collectiedelen uitsluitend nog via kaartenbakken of papieren raadpleegbaar zijn. Gebruikers kunnen over het algemeen alleen in de catalogi zoeken op de archieflocatie zelf; de catalogi zijn over het algemeen nog niet 'op afstand' raadpleegbaar. 67 BEHOUD BRIGIT HOOMANS WAT ZIJN UW WENSEN? PRESTOSPACE STELT GEBRUIKERS CENTRAAL

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2005 | | pagina 35