Momenten van waardering,
selectie en verwijdering*
'Die Schriften, die vom Leben des Geistes nicht genügend durchtrankt sind,
werden ausgeschieden; das heifit, sie Zerfallen ohne unser eigentliches Zutun'.1
Inleiding
Archieven zijn het geheugen van mens en maatschappij. Een metafoor die, naar
het lijkt, zijn oorsprong vindt in een fragment van de Duitse dichter en schrijver
Novalis uit 1798 'Schriften sind die Gedanken des Staates, die Archive sein
Gedachtnis'2. Varianten van deze metafoor van het archief als geheugen3 worden
de laatste jaren gebruikt om het archief, zowel het instituut als de collecties,
maatschappelijk onder de aandacht te brengen.4 Soms wordt daarbij het archief
niet omschreven als 'het geheugen', maar als 'een geheugensteun'.5 Het ligt voor
de hand bij de metafoor van het archief als geheugen(steun), ook begrippen als
'selectief geheugen', 'geheugenverlies' of zelfs een begrip als 'hersenspoeling' te
betrekken.
Het is het incomplete karakter van het archief als geheugen dat in dit artikel
centraal staat. Incompleet omdat er op zoveel verschillende momenten keuzes
worden gemaakt die ertoe leiden dat stukjes van het geheugen worden vergeten,
verwijderd, gewist, vernietigd en verborgen, gecensureerd, vervalst en gemanipu-
leerd. We vergeten, willen vergeten of moeten vergeten. Er bestaat zelf een 'kunst
van het vergeten' - ars oblivionalis6 - zoals er ook een 'kunst van het onthouden'
- ars memoriae - bestaat.
Bij een schets van de momenten van waardering, selectie en verwijdering begin
ik met het menselijke geheugen. Geheel in lijn met het idee van Terry Cook,
waarbij ik zijn woorden letterlijk neem dat archivarissen zich eerst moeten
richten tot de geest (the mind) in plaats van alleen op het document dat door de
geest is gecreëerd.7 Van het al dan niet vastleggen van een gedachte van een
individu binnen het persoonlijke domein, via mogelijke archivering van die vast
legging binnen het publiek domein tot aan het moment dat een individu archief
stukken raadpleegt, wederom binnen het persoonlijke domein, wordt meer dan
eens gewaardeerd, geselecteerd, verwijderd. Het archief, slechts een onderdeel in
het hele traject en in beginsel behorend tot het publiek domein, heeft hierbij een
paradoxale functie.
Enerzijds zet het archief zich in om gegevens en informatie aan systemen toe te
voegen opdat deze door een ieder kunnen worden geraadpleegd. Anderzijds
verwijdert het archief gegevens en informatie uit systemen met het doel ze te
vernietigen, opzettelijk en als onderdeel van goed archiefbeheer.
Doelbewust vernietigen, maar niet in de zin van het Ministerie van Waarheid dat
Orwell beschreef.8 Het zou ook niet juist zijn deze fictieve archiefdienst te ver
gelijken met die van non-fictieve, al demonstreren totalitaire staten of regimes
hoezeer fictie de werkelijkheid kan benaderen.9 Het niet-Orwelliaansearchief-
instituut heeft niets te verbergen en bedient zich van beleid voor waardering,
selectie en verwijderen. Waardering als het beoordelen van de waarde van de
gegevens en informatie voor het blijvend bewaren of op termijn te vernietigen.
Selectie als het toekennen van die waarde aan de archiefstukken. Verwijderen in de
zin van het daadwerkelijk overbrengen of het daadwerkelijk vernietigen van de
archiefstukken die daarvoor in aanmerking komende. Waarderen, selecteren,
verwijderen - het moet, omdat niet alles kan of mag worden bewaard.
HANS WAALWIJK
Met dank aan Agnes Jonker en Paul Klep voor hun waardevolle opmerkingen en suggesties. Agnes Jonker
heeft daarnaast een meesterklus geklaard door op de juiste plaatsen tekst in eerdere versies te waarderen, te
selecteren en te verwijderen.
1 Hermann Kasack, Die Stadt hinter dem Strom. (Frankfurt am Main, {1949} 1979), pp. 72-73. Deze roman
handelt over een imaginaire stad, aan de grens tussen het land der levenden en het rijk der doden.
2 Pseudoniem van Friedrich Leopold Freiherr von Hardenberg 1772-1801. Novalis, Blütenstaub nr. 71. In de
Nederlandse vertaling van Wijnand Steemers, Novalis, Stuifmeel. Fragmenten over de liefde (Zeist, 1995),
komt dit fragment niet voor. De staat werd in de 18de eeuw niet in de eng-juridische zin opgevat als de
organisatie van de staat, maar ook als het geheel van de maatschappij.
3 De metafoor van een archief als geheugen mag niet worden verward met de metafoor van het geheugen als
archief. Zie hiervoor Douwe Draaisma, De Metaforenmachine. Een geschiedenis van het geheugen (Groningen,
1998) en 'Het geheugen is geen archief. Douwe Draaisma over de menselijke herinnering', in
NRC-Handelsblad van 24 november 2001. Daarnaast beschrijft bijvoorbeeld de Duitse cultuur- en media-
wetenschapper Wolfgang Ernst, in een beredeneerde uitgave van het werk van Friedrich Nietzsche, de rang
schikking van het materiaal als het geheugen in de vorm van een archief (bewaarplaats), 'Gedachtnis als
archivischen Raum, also in seiner Prasenz wahrzunehmen und auszusagen'Zie Wolfgang Ernst, Das Rumoren
der Archive. Ordnung aus Unordung (Berlin, 2002), p. 59. Overigens kan Gedachtnis hier, naast geheugen,
ook worden vertaald als 'nagedachtenis' of'herinnering'.
4 Naast een aantal archievendiensten (zowel in Nederland als daarbuiten) die deze metafoor in hun
wervingsmateriaal gebruiken, is het Unesco-programma voor een werelderfgoedlijst voor documenten met
de naam the Memory of the World een mooi voorbeeld. Vanzelfsprekend maken andere cultuurinstellingen,
zoals bibliotheken en musea, ook gebruik van deze metafoor.
5 Vgl. Thomas Osborne, 'The ordinariness of the archive', History of Human Sciences, vol 12, no.2,
(May 1999), pp. 51-64, hier p. 55 'The archive is there to serve memory, to be useful, but its ultimate ends are
necessarily indeterminate.' (onderstreping is cursivering bij Osborne).
208
HANS WAALWIJK MOMENTEN VAN WAARDERING, SELECTIE EN VERWIJDERING
6 Zie Harald Weinrich, Lethe: Kunst und Kritik des Vergessens (München, 1997). Vgl. Nicolas Pethes,
Jens Ruchartz (red.), Gedachtnis und Erinnerung. Ein interdisziplinares Lexikon (Reinbek bei Hamburg,
2001), lemma Lethe [door Anselm Haverkamp] p. 346, lemma Vergessen ['Vergessen in der Psychologie'
door Bianca Vaterrodt-Plünecke; 'Vergessen in der Kulturwissenschaft' door Manfred Weinberg; 'Vergessen
in der Medienwissenschaft' door Hartmut Winkler], pp. 623- 631.
7 Terry Cook, 'Mind over Matter: Towards a New Theory of Archival Appraisal', in dit jaarboek (p. 21): 'It is
argued that archivists should focus first on the mind rather than on the records created by that mind.' In de
bijbehorende noot staat bovendien: To discover the mind, the archivist will naturally have to research the
products of that mind to unravel its functions, mandates, ideas, programmes, activities, etc. The new focus being
suggested, however, is directly on the mind, rather than reaching the mind indirectly and inferentially through
the records, publications, reports, and so on. Cook gaat verder dan Hugh Taylor,
die het proces (the function or activityals uitgangspunt aanmerkte, en gebruikt het woord mind zowel in
letterlijke betekenis van geest/geheugen, als in de metaforische van het geheugen van een organisatie
(collective mind, corporate mindèn van de functie (the function)
8 The Ministry of Truth in George Orwell's Nineteen eighty-four (1949) houdt zich bezig met 'nieuws, ont
spanning, opvoeding en de schone kunsten', gegevens worden op instigatie van 'de Partij' gemanipuleerd,
want: 'wie het verleden beheerst, beheerst de toekomst: wie het heden beheerst, beheerst het verleden'.
Citaten uit de Nederlandse vertaling: George Orwell, 1984 (Amsterdam, 19 8 2 32), respectievelijk p. 7 en
p. 31.
9 Hans Booms, 'Überlieferungsbildung. Archivierung als eine soziale und politische Tatigkeit', in:
Friedrich Beek, Wolfgang Hempel, Eckart Henning, Archivistica docet. Beitrage zur Archivwissenschaft und
ihres interdisziplinaen Umfelds (Potsdam, 1999), pp. 77-89, hier pp. 84-85.
209