Woord vooraf Het tweede jaarboek van de Stichting Archiefpublicaties (SAP) biedt net als zijn voorganger Nederlandstalige archivarissen en aankomende archivarissen de gele genheid de resultaten van hun onderzoek en hun ideeën over vakinhoudelijke ontwikkelingen aan hun vakgenoten te presenteren. Het belang daarvan wordt vooral de laatste jaren hoger aangeslagen dan voorheen. De beroepspraktijk ontwikkelt zich snel. Archivarissen moeten ook waar het gaat om methoden en theoretische concepten meer doen om op hun vakgebied bij te blijven. Studenten in de boek-, archief- en informatiewetenschappen en in de informatiedienst verlening hebben een bredere theoretische basis nodig dan voorheen om compe tente professionals te worden. De jaarboeken van de SAP moeten ook hier een hulpmiddel bij zijn. Het centrale thema van dit tweede jaarboek is de context van archief. Dit centra le thema is tevens een centraal begrip in de archivistiek. Ook al wordt de term nog maar een paar decennia in archivistische zin gebruikt, het concept waarnaar hij verwijst, de omgeving waarin archief wordt geproduceerd, vormt al vanouds met het archief zelf het object van de archiefwetenschap en belangrijkste aan dachtsgebied van de archivaris. Archiefstukken staan niet op zichzelf; het zijn stukken die zijn ontvangen of opgemaakt uit hoofde van de activiteiten of vervul ling van de taken van de archiefvormer. De activiteiten en taken van de archief vormer maken de stukken tot archief. Ze genereren de stukken, geven hen betekenis, bepalen hun vorm en structuur en vormen hun interpretatiekader. Deze klassieke noties echter krijgen de laatste decennia onder invloed van de massaselectie en de digitalisering in theorie en praktijk een nieuwe invulling en het is die nieuwe invulling die in dit jaarboek de meeste aandacht krijgt. De redactie heeft er opnieuw naar gestreefd een verzameling artikelen bij elkaar te brengen die elk afzonderlijk een ander aspect van het thema behandelen en tezamen een min of meer representatief beeld geven van de recente ontwikkelin gen en opvattingen. Daarbij heeft ze ook dit keer aan Nederlandstalige artikelen de voorkeur gegeven. Dat dit een internationale oriëntatie niet in de weg staat, blijkt uit de bijdragen van Karei Veile en Peter Toebak, die casussen beschrijven uit hun Belgische respectievelijk Zwitserse archiefpraktijk. Bovendien heeft de redactie één Engelstalig artikel opgenomen, het artikel van Bearman en Lytle over 'The power of the principle of provenance', dat inmiddels tot de klassieken van de archivistische literatuur mag worden gerekend. Ook dit jaarboek bestaat uit drie hoofdstukken, die respectievelijk de theore tische concepten, de onderzoeksmethoden en praktische applicaties behandelen. In het eerste hoofdstuk, 'Context en functioneel institutioneel onderzoek: theorie', staan de betekenis van het begrip context in archivistische zin en de methodiek van het hedendaagse contextonderzoek centraal. De toepassing van hedendaagse methoden van archivistisch contextonderzoek komt vooral aan de orde in het tweede hoofdstuk, 'Context en functioneel institutioneel onderzoek: praktijk'. Het derde en laatste hoofdstuk, 'De context en de gebruiker', heeft de rol van contextinformatie bij de beschikbaarstelling, de raadpleging en de inter pretatie van archief tot onderwerp. Dit jaar konden voor het eerst werkstukken van studenten van de leerstoelgroep Boek-, archief- en informatiewetenschap van de Universiteit van Amsterdam worden opgenomen. Het zijn resultaten van het doctoraalwerkcollege dat Eric Ketelaar vorig jaar aan de betrokken leerstoelgroep heeft gegeven. Ook in de komende jaren zal de Stichting Archiefpublicaties de publicatie van werkstukken van studenten krachtig blijven aanmoedigen. Het eerste jaarboek had het nieuwe paradigma in de archivistiek als thema. Ondanks de hoge abstractiegraad van dit thema speelde het het afgelopen jaar in het archiefonderwijs een belangrijke rol, niet alleen in de archiefopleidingen aan de Universiteit en de Hogeschool van Amsterdam, maar ook in het na- en bij scholingsprogramma van de Archiefschool. De verwachting is uitgekomen, dat een theoretische reflectie op de fundamenten van de discipline en de van oudsher praktische oriëntatie van de Nederlandse archivistiek een interessant en bruikbaar product kunnen opleveren. De redactie hoopt met dit tweede jaarboek een even succesvol recept te hebben bereid. Tenslotte moeten de personen en instellingen worden bedankt die het verschij nen van dit jaarboek mogelijk hebben gemaakt. De auteurs van de artikelen hebben niet alleen veel werk verzet, maar zijn ook bereid gebleken om de resul taten van hun onderzoek en hun praktische werkzaamheden veelal in een vroeg stadium met vakgenoten te delen. Het bestuur van de Stichting Archiefpublicaties heeft niet alleen de zakelijke beslommeringen voor zijn reke ning genomen, maar ook de redactie weer alle vrijheid gegeven om het thema te kiezen en uit te werken. De Archiefschool wordt bedankt voor de royale inzet van mensen en middelen. Speciale dank gaat echter uit naar redactiesecretaris Alexandra Daniëls, voor de enorme hoeveelheid werk die ze heeft verricht, en het Algemeen Rijksarchief, dat haar daartoe ruim gelegenheid heeft gegeven. Peter Horsman Eric Ketelaar Theo Thomassen 8 9

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2000 | | pagina 5