voor telefoon, gas en elektriciteit ontstaan, soms door municipalisering van particuliere concessies. Voor een ondernemende overheid voldoen de klassieke methoden van infor matiebeheer, boekhouding en controle niet meer.20 In 1909 en 1912 wordt het gemeente- en staatsbedrijven toegestaan een commerciële boekhouding te voeren. Ook in het scientific management lopen de gemeente- en staatsbedrijven voorop, zoals ook blijkt uit de hierna volgende studies van de Haagse Duinwater leiding en de gemeentelijke gas- en elektriciteitsfabrieken te Tilburg. Trots tonen zij hun innovaties op landelijke, druk bezochte tentoonstellingen: etalages van bestuurlijke vernieuwing, de eerste in 190621, gevolgd door andere, met als hoog tepunt de 'Tentoonstelling op het gebied van de openbare en particuliere bedrijfs administratie' (T.O.P.A.) in 1926.22 Nieuwe systemen Yates beschrijft hoe de groei van correspondentie en gegevensverwerking leidt tot het slechten van technologische barrières. Bestaande maar meestal sluimerende technieken werden aangepast, nieuwe behoeften vergden nieuwe technieken en apparatuur.23 Voor de productie van documenten denken we dan aan de schrijf machine. In de reproductie van documenten krijgen carbonpapier en duplicators nieuwe toepassingen. Voor het opbergen en terugvinden worden nieuwe filling technieken, kaartsystemen, zaaksgewijze ordening en decimale codes ingevoerd. In de interne communicatie ontstaan, zoals Yates het noemt, nieuwe genres. Productie van documenten Vernieuwingen in de archiefvorming kan men vooral afmeten aan de wijze waarop de archiefvormer zijn uitgaande stukken vervaardigt en bewaart. Zoals gezegd was het kopijboek in het bedrijfsleven voorgeschreven. Daarvoor kon men kiezen tussen het met de hand inschrijven van minuten in een brieven boek of het afschrijven van de uitgaande stukken in een kopieboek.24 Het laatste kan met de hand of door mechanische reproductie met behulp van een brieven- of kopieerpers. Daarin wordt het letter press copying book (kopieerboek25) gelegd; tussen de bladen van dun vloeipapier komen de, met behulp van kopieerinkt geschreven en bevochtigde uitgaande brieven. Door de druk van de kopieerpers wordt de tekst overgebracht op het vloeipapier.26 De brievenpers was al in de achttiende eeuw bekend (George Washington kreeg er in 1782 een uit Holland van De Neufville27), maar hij wordt pas gemeengoed vanaf het midden van de negentiende eeuw. Kopieerboek en kopieboek kunnen enige tijd naast elkaar bestaan, zoals bij de werf Fijenoord te Rotterdam waar vanaf 1855 het kopieer boek voor arbeidsintensieve correspondentie als begrotingen en prijsopgaven wordt gebruikt naast de aloude met de hand beschreven kopieboeken.28 Brieven-, kopie- en kopieerboek zijn chronologisch ingericht. Er kunnen door afsplitsing series ontstaan. Fijenoord kende naast het 'gewoon kopieboek' ook een kopieboek voor de werktuigbouw (sedert 1841) en aparte kopieboeken voor bepaalde relaties, bijvoorbeeld het departement van Koloniën 1835-1842 en het departement van Marine 1845-1855. In de jaren zeventig wordt in Amerika het prototype van de schrijfmachine in industriële productie genomen (Remington).29 Begin jaren tachtig brengt Fred. Stieltjes Co. te Amsterdam de Remington op de Nederlandse markt. Uit adver tenties kennen we enkele vroege gebruikers van de Remington nr. 2 (op de markt in de V.S. 1878/1879). Van Eeghen en Co. schaffen al in 1885 een schrijfmachi ne aan, maar die wordt weinig gebruikt omdat de machine zo langzaam werkt30 (pas in 1895 komt de eerste schrijfmachine met direct zichtbaar schrift: de Underwood31). Al in 1878 zendt de Groninger gemeentesecretaris een met de schrijfmachine vervaardigde brief aan de gemeente Dordrecht; kennelijk op een privémachine, want pas in 1899 vernemen we over de aanschaf door de gemeente Groningen van een schrijfmachine.32 Bij gemeenten en ministeries dringt de schrijfmachine langzaam door: incidenteel in de jaren tachtig en de vroege jaren negentig, maar CONTEXT EN FUNCTIONEEL INSTITUTIONEEL ONDERZOEK: PRAKTIJK 20 J.C.M. van den Ende, The turn of the tide. Computerization in Dutch society 1900-1965 (Delft 1991) 62-75. 21 N. Randeraad, 'Een etalage van bestuurlijke vernieuwing, De tentoonstelling op gemeentelijk admini stratief gebied in 1906', Amstelodamum 82 (1995) 141-151; Ketelaar, 'Recordkeeping systems'. 22 Algemeen Rijksarchief, 's-Gravenhage, Archief ministerie van Economische Zaken, Directie Handel en Nijverheid 1905-1943, inv.nrs. 5261-5263; De tentoonstelling op het gebied van de openbare en particuliere bedrijfsadministratie T.O.P.A. 1926, (III dln., Purmerend 1926); Bloemen, Scientific management, 173-175. Op de T.O.P.A. stonden gemeentebedrijven van Amsterdam (8), Delft, Enschede, 's-Gravenhage (11), Hilversum, Nijmegen, Sliedrecht, Steenwijk, Tilburg, Utrecht (2) en Zwolle, het hoogheemraadschap Noord-Hollands Noorderkwartier, de provinciale elektriciteitsbedrijven van Friesland, Gelderland, Groningen en Limburg, staatsbedrijven als de Staatsmijnen, de PTT en de Rijkspostspaarbank, de Nederlandsche Spoorwegen, de Verzekeringsraad en verder ondernemingen als Centraal Beheer, Eerste Nederlandsche, Hazemeyer, Hoogovens, KPM, Lever's, Niermeyer, Robaver, Stork, Philips, Verkade, dagblad Het Volk, Werkspoor en Wilton. 23 De Tentoonstelling; R.G. ter Haak, Kantoormachines en administratie-systemen. Een beschrijving van moderne hulpmiddelen ten dienste van de administratie (Amsterdam 1927); M.E.B. van Ophem en M.G.J. Duijvendak, 'Mechanisatie op kantoren tussen 1870 en 1930', Jaarboek voor de geschiedenis van bedrijf en techniek 1 (1984), 277-287; Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie'. Een beknopt overzicht bij J.M. O'Toole, Understanding archives and manuscripts (Chicago 199) 15-19. 24 Lexicon van Nederlandse archieftermen ('s-Gravenhage 1983) nr. 40. 25 W.W. Streeter en B. Rhodes, Before photocopying. The art and history of mechanical copying 1780-1938 (New Castle, Del.-Northampton, Mass., 1999) 190 bevelen de term copying book aan, ter onderscheiding van een copy book dat schrijfvoorbeelden bevat (een letter book bevat met de pen afgeschreven afschriften van ingekomen en uitgaande brieven). De in Nederlandse prijscouranten en dergelijke gebruikte term 100 ERIC KETELAAR BESTUREN DOOR REGISTRATUUR, 187O-I94O voor wat in het Engels ook wel een pressbook of letterpressbook heet, is copieboek. De Nederlandse archief terminologie (zie vorige noot) gebruikt de term kopieboek voor een register van afschriften van uitgaande- brieven, zonder onderscheid naar de wijze van vervaardiging van de afschriften. Ik gebruik voor de hier beschreven mechanische kopieermethode, in navolging van Streeter en Rhodes, de term kopieerboek. 26 Yates, Control through communication, 26-28; B.L. Craig, 'The introduction of copying devices into the British Civil Service, 1877-1889', in: B.L. Craig (ed.), The archival imagination. Essays in honour of Hugh A. Taylor (Ottawa 1992) 105-133; Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 222; Streeter en Rhodes, Before photocopying. 27 Streeter en Rhodes, Before photocopying, 10. 28 Zie noot 14. G. van der Drift onderzocht het archief van Fijenoord, gemeentearchief Rotterdam, inv.nrs. 82-84, 89, 118-123. 2»W.A, Beeching, Century of the typewriter (Bournemouth 1990) 152; L. Dingwerth, Historische Schreibmaschinen. Faszination der alten Technik (Verl 1993) 186; H. Baudet, Een vertrouwde wereld. 100 Jaar innovatie in Nederland (Amsterdam 1986) 139-142; Yates, Control through communication, 39-45; Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 229-230. 30 Brugmans, 'Uit de geschiedenis van het kantoor', 222. 31 Beeching, Century, 214-215; Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 229. 32 In het studiejaar 1998-1999 gaf ik mijn Leidse studenten archivistiek de opdracht in een aantal gemeente archieven de invoering van de schrijfmachine na te gaan. T. Pronk vond in het gemeentearchief van Dordrecht onder de bij de gemeentesecretaris ingekomen brieven (inv.nr. 3702) de brief van J. Oppenheim te Groningen van 12 april 1878. Th. Niemeijer vond in de Groninger Archieven het voorstel aan de gemeenteraad tot aanschaf van één schrijfmachine (Bijlagen bij de besluiten van de raad, inv.nr. 337, jaar 1899, bijlage der notulen nr. 277). 101

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2000 | | pagina 51