waarvan een behoorlijk deel tot het centrale materiaal voor de onderzoeksvraag
hoort. De ingebouwde links tussen archieven (in het systeem en in de realiteit
van het onderzoek) doen dan de rest wel.
Maar er zijn ook verergerende factoren die niet gemakkelijk grijpbaar zijn. Ik
denk hier aan de bekende veelzijdigheid van de inhoud van archieven en aan het
verwante feit dat ze niet gemaakt zijn als historische bron, dus niet als het ware
op een passende vraag liggen te wachten. Het bekendste voorbeeld is de lands
heerlijke of stadsrekening uit de middeleeuwen. Het doel ervan was tamelijk een
duidig, maar we zijn daar nog maar bij uitzondering in geïnteresseerd. We willen
de rekening gebruiken als bron voor allerlei soorten onderzoek, over de meest uit
eenlopende onderwerpen. Representeer dat maar eens adequaat. Misschien moet
de oplossing voor dit probleem gezocht worden in het vergaand uitbreiden van de
hulpfunctie met bijvoorbeeld broncommentaren en korte analyses van de
inhoud van dergelijke stukken en series, die dan op zich als free text zoekvelden
kunnen worden opgenomen. In wezen zal veel van de informatie te vinden zijn
in de tabellen 'taken' en 'korte institutionele geschiedenis'. Het is echter de
vraag of die indirecte, niet op de specifieke serie gerichte informatie de gebruiker
voldoende houvast geeft.
In kader 3 is kort samengevat hoe het zoeken naar de archiefvormers in het
Archiefvormersoverzicht gaat: uit een of meer representatie-elementen en deels
uit vrije tekst kunnen vragen worden gecomponeerd. Ik vermoed op grond van de
beperkte ervaring die buitenstaanders met het Archiefvormersoverzicht hebben
opgedaan, en in het algemeen op grond van de ervaring met zoeken op het inter
net, dat een sterkere geleiding van de vraagformulering geen kwaad kan.
Het werken via een menu of in stappen kan een verbetering zijn. Met dat laatste
bedoel ik de mogelijkheid om bijvoorbeeld eerst de chronologische, dan de
geografische en tenslotte de inhoudelijke component van de vraag te laten
stellen. Dat heeft twee voordelen: de vraag wordt geleidelijk opgebouwd, de
onderzoeker heeft als het ware de tijd alle componenten één voor één helder te
krijgen en het systeem kan het te doorzoeken deel van de database na iedere actie
alvast verkleinen terwijl de onderzoeker met de volgende stap bezig is.
Psychologie, zelfs als die van de koude grond is, is van belang bij een goede inter
face. Daartoe behoort dan ook de observatie dat een in stukken geknipt proces
niet alleen mogelijk betere resultaten, maar ook meer gebruikersvreugde geeft:
op die manier, immers, kan de gebruiker steeds bezig blijven en het gevoel
hebben voortgang te boeken, wat hij ook daadwerkelijk doet. Het geeft hem
bovendien de tijd om bezonnen te handelen.
Dat aan de vormgeving van de gebruiksschermen veel aandacht moet worden
besteed is elders al betoogd. Bij het ontwerpen van de schermen voor het
Archiefvormersoverzicht hebben we wel terloops gebruik kunnen maken van
opmerkingen van een beeldscherm-ergonome, maar systematisch is het program
ma nooit aan deskundigen voorgelegd (geen geld, geen ergonomen). We hebben
ons beperkt tot wat MS Access te bieden heeft. Zie hiervoor figuur 1, dat een
weergave is van het uitgebreide zoekscherm.
[ET
Figuur 1. Het uitgebreide zoekscherm in de zoekmodule van
het Archiefvormersoverzicht.
Resteert de derde fase van het zoekproces. Wanneer een archiefvormer door
het systeem als relevant aangewezen is, volgen nog enkele stappen. Eerst zou men
willen dat de onderzoeker beknopt en snel kan nagaan of deze archiefvormer
inderdaad voldoende veelbelovend is. Daartoe zijn een aantal gegevens in het
Archiefvormersoverzicht opgenomen (zie kader 3, onder 'nadere gegevens
archiefvormer'). Daarna volgt de beantwoording van de vragen of het archief
voldoende compleet is, hoe het in elkaar zit, wat de belangrijkste onderdelen zijn,
waar het zich bevindt, of het openbaar is, wie er mogelijk veel van weet.
En dan komt het moment suprème: de onderzoeker stoot door naar de aangekop
pelde inventarissen. Dat is tegelijkertijd het punt waarop het Archiefvormers
overzicht ophoudt. Het was niet mogelijk, deze koppeling in het kader van het
proeftuinproject te realiseren. Doordat het project niet werd voortgezet kon dat
ook later niet gebeuren, maar inmiddels begint het erop te lijken dat hier op
korte termijn verandering in komt. Dat zou betekenen dat het grootste manco
van het systeem wordt aangepakt. De onderzoeker wil immers geen archiefvor
mers (al zijn die ter structurering van het zoekproces wel nodig), maar archief
stukken - althans goed gepresenteerde, gestructureerde en van veel context
DE CONTEXT EN DE GEBRUIKER
232
MAARTEN VAN DRIEL TRADITIE EN DIGITALITEIT
■Ajrfanl /iriiuAra
|[Dr.aJri*^
233