hardware en software. Op deze wijze komt een IT-platform tot stand. Een van de kenmerken van dit stadium is dat de verschillende gegevensverzamelingen binnen organisaties worden geïntegreerd, veelal vanuit een centrale data dictionary; transformatie: organisatiestructuren worden aangepast aan de mogelijk heden van de IT. De bedrijfsprocessen worden als geheel op basis van de IT op elkaar afgestemd, dwars door de gehele organisatie heen. In het stadium van transformatie speelt het organisatiekundig bepaald instrument business process redesign een belangrijke rol; organisatieoverstijging: toepassingen van diverse organisaties worden aan elkaar verbonden ter afhandeling van organisatieoverstijgende bedrijfsproces sen. Het gaat om elektronische integratie van de operationele uitvoering bij verschillende organisaties van een en hetzelfde bedrijfsproces. Op deze wijze ontstaat een netwerk van organisaties betrokken bij dezelfde processen. De IT schiep mogelijkheden om de efficiency van bedrijfsprocessen en organisa tiestructuren te verhogen.5 De hoge kosten van nieuwe technologieën leidden tot een overwicht van de technische aspecten en tot een rechtvaardigen van investe ringen in IT gezien de efficiencywinsten die konden worden behaald.6 Vanaf het begin van de jaren negentig kan een verschuiving in de interesse worden gecon stateerd van technische aspecten naar organisatiegebonden aspecten. Dur heeft deze verschuiving aangetoond door een aantal tijdschriften te analyseren op de aan de orde komende onderwerpen.7 De interesse verschuift naar de effectiviteit van een organisatie binnen de omgeving. IT wordt steeds meer gezien als een van de middelen om daarin verbeteringen aan te brengen. Binnen de bestuurlijke informatiekunde wordt de technologie niet meer alleen beschouwd als ondersteuning van bestaande bedrijfsprocessen, maar met name als een instrument om de strategische doeleinden van de organisatie te bevorde ren.8 In plaats van de nadruk op een interne, administratieve en defensieve houding hecht de informatiekunde steeds meer belang aan een extern gerichte, strategische en offensieve instelling. IT wordt meer en meer beschouwd als een mogelijkheid om nieuwe, effectievere organisatievormen in te voeren.' De realisering van deze strategisch bepaalde ideeën gaat niet zo snel als verwacht. Een van de factoren die een belangrijke remmende rol spelen zijn de eisen die gesteld worden aan de kwaliteit van de gegevens, de daaruit samengestelde archiefdocumenten, de kwaliteit van de verwerking en het beheer daarvan. Continuïteit en historiciteit spelen in deze kwaliteitseisen een belangrijke rol. Gegevens en daaruit samengestelde archiefdocumenten zijn noodzakelijk om de continuïteit en de rechts- c.q. bewijspositie van een organisatie te waarborgen. Om dit te realiseren zullen ook de gegevens en archiefdocumenten continuïteit moeten vertonen, dus over langere perioden ongewijzigd beschikbaar moeten zijn. Gegevens en documenten moeten derhalve historiciteit vertonen. In de tra ditionele omgevingen waarin reële archiefdocumenten overheersten was dit van zelfsprekend. De onder invloed van de IT tot stand gebrachte virtuele archiefdocumenten vertonen deze eigenschap over het algemeen niet of nauwe lijks. Het is met name op dit terrein dat de IT, alsmede alle daarmee samenhan gende thema's als informatiebeleid en informatieplanning, tot nu toe hebben gefaald. Implementatie en gebruik van IT dragen ongetwijfeld bij aan de performance van de bedrijfsprocessen in document-intensieve organisaties. Gerelateerd aan pres tatiedoelstellingen is met name de doelmatigheid door IT verbeterd. De presta tiedoelstelling rechtmatigheid is echter tot nu toe uit het oog verloren. Het feit dat de IT er niet of nauwelijks in is geslaagd continuïteit en historiciteit van gege vens en archiefdocumenten te waarborgen heeft dan ook het bereiken van de doelstelling rechtmatigheid voor vele organisaties negatief beïnvloed. De princi pes van het records management zouden hiervoor uitsluitsel kunnen bieden. Logistiek Samenhangend met de voortschrijding van de IT, maar ook los daarvan plaats vindend, werd er binnen document-intensieve organisaties naar gestreefd de doorloopsnelheid van de bedrijfsprocessen te vergroten door toepassing van logistieke principes. Op die wijze zou sneller op de vragen van de klant kunnen worden geantwoord, en zou derhalve het doel van een 'responsive organization' dichterbij worden gebracht. Monhemius en Durlinger omschreven logistiek als 'integrale besturing van goederenstromen en de daaraan gekoppelde informatiestromen.10 Logistiek richt zich met name op het verkorten en beheersen van levertijden en doorlooptijden, op het vergroten van de flexibiliteit en het vergroten en beheersen van de efficiency.11 De nadruk binnen de logistieke benadering van de bedrijfsprocessen van document-intensieve organisaties ligt met name op maatregelen voor (pro- ductie-)planning en -beheersing. Productiebeheersingsprincipes als materiaal coördinatie (het beheersen van de tijdige beschikbaarheid van archiefdocumen ten) en capaciteitscoördinatie (tijdige beschikbaarheid en inzet van medewerkers en machines om klantorders af te handelen) bleken positieve invloed uit te oefenen op de doorloopsnelheid van document-intensieve bedrijfsprocessen. Toepassing van logistieke principes heeft qua doelmatigheid (volgens de litera tuur) verbeteringen in de beheersing van het bedrijfsproces gerealiseerd; immers, DE KWALITEIT VAN HET ARCHIEF EN HET ARCHIEFBEHEER 5 G.P. Huber, R.R. McDaniel Jr. "The decision-making paradigm of organizational design", Management Science 32 (1986), pp. 572-589. 6 J.B. Kobielus, D.E. Sutherland, eds., Measuring business value of information technologies (Washington DC, 1988). 7 R.C.J. Dur, Business re-engineering in information intensive organizations (Delft, 1992). 110 GEERT-JAN VAN BUSSEL C.S. VERGETEN VOORWAARDEN 8 P.G.W. Keen, Shaping the future: business design through information technology (Boston, MA., 1991). 9 G.P. Huber, "A theory of the effects of advanced information technologies to design more effective organi zations", Academy of Management Review 15 (1990), pp. 47-71. 10 W. Monhemius, P.P.J. Durlinger, red., Logistiek Management (Deventer, 1990), p. 17. 11 E.A.H. Platier Een logistieke kijk op bedrijfsprocessen. Concepten ten behoeve van business process redesign en workflow management (Amersfoort, 1996). Ill

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 1999 | | pagina 57