We kunnen een paradigma vergelijken met een taal, met zijn eigen vocabulaire, semantiek en syntaxis. Een nieuw paradigma introduceert nieuwe concepten (context, recordness, archiveringssysteem, records continuum) of geeft een nieuwe invulling aan bestaande concepten (zoals archief of herkomstbeginsel). Deze veranderingen zijn zo fundamenteel, dat het gevestigde paradigma en het nieuwe paradigma zich als twee talen gedragen, die zich tegenover elkaar maar moeilijk verstaanbaar kunnen maken. Tijdens een paradigmaverschuiving is het vrijwel onmogelijk om een intern samenhangend en algemeen toepasbaar lexicon van archieftermen te maken en even onmogelijk is het om recente archi- vistische literatuur in te passen in -bijvoorbeeld- de classificatie die Duchein hanteerde in zijn archivistische bibliografie van twintig jaar geleden. De kenmerken van het nieuwe paradigma van de archiefwetenschap Het is dan ook niet gemakkelijk om de grondslagen van het nieuwe paradigma van de archiefwetenschap te beschrijven in termen van object, doelstelling en methode. We zijn, zoals David Gracy het uitdrukt, net als Columbus nog midden in de fase van de ontdekkingsreizen, nog midden in de wetenschappelijke revolu tie, en we kunnen er nog niet helemaal aan ontkomen om het nieuwe paradigma te beschrijven in termen van het oude. We zeggen soms nog Indianen tegen de native Americans en Eskimo's tegen Inuit; onze taal is -of we dat nu leuk vinden of niet- geografisch, politiek of wetenschappelijk incorrect. Dat maakt een poging om het nieuwe paradigma in zijn eigen termen te beschrijven tot een uit daging. Het object van het nieuwe paradigma van de archiefwetenschap is wat ik procesgebonden informatie heb genoemd, dat is: informatie die door onderling samenhangende werkprocessen is gegenereerd en die zodanig door die werk processen is gestructureerd en vastgelegd dat ze vanuit de context van die werk processen kan worden bevraagd.6 De Canadezen noemen het sinds 1988 l'information organique et consigned of fixed organic information.7 Het is een object met twee dimensies, omdat het verwijst naar vastgelegde informatie (documen ten dus) en naar de processen die die informatie genereren en structureren. Ook de basiseenheid heeft twee dimensies: het is het individuele logische archiefdocument in zijn relatie met de transactie die dat archiefdocument heeft veroorzaakt en erdoor wordt gedocumenteerd. Het doel is meer dan toegankelijkheid. Het is archivistische kwaliteit: de door zichtigheid, de duurzaamheid en de stabiliteit van de band tussen informatie en werkproces. De methodologie kan worden gekarakteriseerd als het tot stand brengen, in stand houden en analyseren van de band tussen informatie en werkproces voor zover dat nodig is om de authenticiteit, betrouwbaarheid en juistheid van archief 76 tot stand te brengen, in stand te houden en te analyseren. De kenmerkende tech nieken zijn modelleringtechnieken en de toepassing van beschrijvingsstan daards. Dat dit nieuwe paradigma van de archiefwetenschap door de digitale revolutie teweeg is gebracht, betekent nog niet dat het zelf ook een digitaal karakter heeft. De tweede wetenschappelijke revolutie in de archiefwetenschap is meer dan een verschuiving van papieren naar digitaal archief: het is een verschuiving van het klassieke of moderne naar het non-custodiale of -zoals Terry Cook heeft voorge steld- het postmoderne paradigma van de archiefwetenschap.8 Voor het eerst in haar ontwikkeling is de archiefwetenschap een echte wetenschap aan het worden. In haar pre-paradigmatische fase was ze zelf nog geen wetenschap, in haar klassieke fase was ze niet meer dan een hulpwetenschap van de geschiede nis, maar nu, in haar postmoderne fase krijgt ze de status van een echte weten schap, even autonoom als de andere informatiewetenschappen en even autonoom als de geschiedwetenschap. De integratie van het oude paradigma in het nieuwe Zal de overwinning van het postmoderne paradigma van de archiefwetenschap de nederlaag betekenen van de klassieke archiefwetenschap? Zal haar overwin ning onze klassieke Europese traditie verbannen uit het centrum van het archi vistische universum naar de mestvaalt van de archiefgeschiedenis? Zal onze tweede wetenschappelijke revolutie de archiefgemeenschap opsplitsen in een oude en een nieuwe wereld? Veel reden tot pessimisme geeft Kuhn ons niet. Terwijl het nieuwe paradigma het oude domein verbreedt en een nieuwe oriëntatie geeft, neemt het het oude paradigma in zich op. Het oude paradigma wordt niet helemaal aan de kant geschoven, maar in het nieuwe geïntegreerd. Als we kijken naar het object van de archiefwetenschap, dan kunnen we vast stellen, dat het postmoderne paradigma archiefdocumenten in de eerste plaats bekijkt in hun logische en dynamische dimensies, maar binnen die brede kijk natuurlijk ruimte laat voor een blik op fysieke documenten en statische objecten. In het postmoderne paradigma van de archiefwetenschap zijn de methoden en technieken van het klassieke paradigma binnen hun klassieke toepassingsgebied nog steeds geldig. Als we kijken naar het doel van de archiefwetenschap, dan kunnen we vast stellen dat het optimaliseren van de toegankelijkheid een van de aspecten van kwaliteitsverbetering is. Als we kijken naar de archivistische methodologie kunnen we vaststellen, dat het structuurbeginsel een ruimere toepassing heeft gekregen als instrument voor kwaliteitsbeheer, maar dat het intussen nog steeds kan worden gebruikt als leidend principe bij het ordenen en beschrijven van archieven. ARCHIEFWETENSCHAP 6 Theo H.P.M. Thomassen, "Een korte introductie in de archivistiek", elders in dit jaarboek. 7 Carol Couture, Jacques Ducharme, Jean-Yves Rousseau, "L'archivistique a-t-elle trouvée son identité?", Argus 17 (2) (1988), pp. 51-60. Couture heeft dit verder uitgewerkt in zijn bijdrage aan de tweede Stockholm Conference: Carol Couture, "Is the concept of a record still relevant in the information age?", in The Concept of Record. Report from the Second Stockholm Conference on Archival Science and the Concept of Record30-31 May 1996 (Stockholm, 1998), pp. 77-99. THEO THOMASSEN PARADIGMATISCHE VERANDERINGEN 8 Terry Cook, "Electronic records, paper minds: the revolution in information management and archives in the post-custodial and post-modernist era", Archives and Manuscripts 22 (2) (1995), pp. 300-328. 77

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 1999 | | pagina 40