Nadeel
van de snippers op de plank liet zien dat de portefeuilleberging
ook niet geschikt is voor objecten met een aangetaste rand die
naar de achterkant van de kast gekeerd staan (afbeelding 9).
Deze ophoping van snippers is niet ontstaan door een vegende
beweging van de verpakking bij het terugplaatsen van de
portefeuille. De portefeuille behorend bij de snippers van
afbeelding 8 is enkele keren van de plank opgepakt en
teruggeplaatst; de positie van de snippers bleef nagenoeg
hetzelfde als op de afbeelding. Ook was bij de portefeuille van
afbeelding 9 de rand die naar de achterkant van de kast
gekeerd stond, duidelijk ernstiger aangetast dan de onderste
rand.
Afbeelding 6. Portefeuilleberging
in het depot, depot 6, Stadsarchief
Amsterdam (foto auteur,
26 mei 2014).
Het grootste nadeel van deze verpakking is dat de objecten op
hun onderkant staan. Zolang de onderste rand van de objecten
niet is aangetast, is dit bij de verbrande collectie geen probleem.
Het niet-verbrande deel van het papier is dan sterk genoeg.
In het onderzoek naar het verbrande archief zijn in het depot
echter een aantal portefeuilles aangetroffen waarbij de rand
van de objecten in de portefeuilles zodanig was aangetast dat
ze beter op een andere manier opgeborgen kunnen worden. In
die gevallen waren er, wanneer de portefeuille van de plank
werd gehaald, snippers op de plank te vinden (zie afbeelding
8). Op afbeelding 7 is de onderrand van de portefeuille te zien,
waarbij zichtbaar is dat ook op de aangetaste rand stukken tekst
staan. Bij deze portefeuille is er door de bergingsmanier dus
een groot risico op tekstverlies. Opvallend was dat het patroon
Er zijn 25 portefeuilles geïnventariseerd, waarbij de onderste
en/of achterste rand van de bladen te aangetast was om op
deze manier opgeborgen te zijn.
Afbeelding 7. Onderrand
inventarisnummer 5075/8049,
Stadsarchief Amsterdam (foto
auteur, 12 mei 2014).
22 2015 nummer 8
