Wat maakt het Aezelprojek bijzonder? 'Aezelprojek' staat voor 'Archief voor Erfgoed van Zuid-Nederlandse Eigendommen en Leef gemeenschappen'. Waar komt 'projek' vandaan? 'De oorsprong van het Aezelprojek ligt in Sittard. De drijvende krachten hebben bij aanvang gekozen voor een naam in het dialect. Hoewel de groei ervoor gezorgd heeft dat 'aezel' een Nederlandstalige betekenis gekregen heeft, is het dialectwoord 'projek' (project) gebleven.' Wat zijn uitdagingen en valkuilen? Hoe ziet de toekomst van het Aezelprojek eruit? Binnen het Aezelprojek zijn ruim 100 vrijwilligers actief. de buurt liggen, help ik op weg in de mogelijkheden en werkwijze van het project. Ook verzorg ik de handleidingen die geschreven worden als naslagwerk voor beginnende regio's. Zo breidt het project steeds uit en kan iedere regio uiteindelijk zelf aan de slag.' 'Het Aezelprojek is in verschillende opzichten bijzonder. Het is niet zomaar een lokaal initiatief, het is letterlijk grensoverschrijdend. Het project is actief in verschillende regio's. Het verspreidt zich niet alleen over Limburg, maar ook richting Noord-Brabant en België. Iedere regio werkt zelfstandig en toch als een geheel. Zo ontstaat een groot gebied met eigen inbreng van de regio's. Het project wordt volledig gedragen door vrijwilligers, maar krijgt ondersteuning van gemeentearchieven. Zo helpt in Weert het Erfgoedcluster door gegevens en werkplekken voor vrijwilligers beschikbaar te stellen. Ook heemkundeverenigingen dragen bij aan het project. Het leeft dus op verschillende niveaus. De kracht zit in de omvang. Er zijn vele kleine initiatieven om gegevens te verzamelen, maar het Aezelprojek heeft onder andere als doel om versnipperde informatie samen te brengen. Kadastrale gegevens vormen de basis, maar dit is uit te breiden met andere gegevens. Omdat het project grotendeels zelf ontwikkeld wordt met open software, kan er alles in verzameld worden wat een regio wil. Dit kunnen genealogische gegevens zijn, maar bijvoor beeld ook archeologische gegevens of informatie over de bewoning of huizen. Het kan zo groot worden als een regio wil en zal daarmee een schat aan historische informatie gaan bevatten. Belangrijk hierbij is de authenticiteit te bewaren door de originele bron beschikbaar te stellen. Hierdoor is het Aezelprojek een uniek project te noemen.' 'Bij een project van deze omvang moet alles netjes geregeld zijn. De grootste uitdaging is dan ook om het organisatorisch goed te leiden. Binnen de regio moeten alle vrijwilligers werk beschikbaar hebben en iedereen moet aangestuurd worden. Het is belangrijk om de administratie zorgvuldig bij te houden. Ook is het zaak dat regio's onderling communiceren, bijvoorbeeld over nieuwe ontwikkelingen. Technisch wacht een grote uitdaging. Het project hecht veel waarde aan het beschikbaar stellen van brondocumenten en dat betekent een grote hoeveelheid data. Bovendien gaat het om een flink gebied en komen er steeds regio's bij. Het is dan ook een hele klus om dit samen te brengen in een goed werkend systeem. Hierin schuilt dan ook de valkuil: als de groei te snel gaat, kan dat ten koste gaan van de kwaliteit. We moeten er dus goed op letten niet te snel te veel te doen. Eerst concentreren op huidige activiteiten, dan stap voor stap uitbreiden.' 'Een voordeel van het Aezelprojek is dat het zichzelf ontwikkelt en daarmee haar eigen koers kan bepalen. Het doel van het project is om in de toekomst data beschikbaar te stellen via internet. Eén website waar veel historische gegevens te vinden zijn, zowel voor persoonlijk gebruik als voor verenigingen en instellingen. Daarnaast blijft het project uitbreiden. Enerzijds kunnen er altijd regio's aansluiten om het gebied te vergroten, anderzijds kan het project worden uitgebreid met meer gegevens. De bedoeling is dus dat het project blijft groeien en zich doorlopend ontwikkelt als verzamelplaats voor historische gegevens.' Bert Lijnsvelt medewerker presentatie en redactie Erfgoedcluster Weert. Het Aezelprojek heeft als doel om versnipperde erfgoedinformatie in Zuid-Nederland te digitaliseren, te bundelen en voor het brede publiek beschikbaar te stellen via internet. nummer 7 201 5 27

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2015 | | pagina 27