Overheidsinformatie
Y
V 1
Marcel Duijghuisen Column
Al bijna twintig jaar geleden werd op een congres de
stelling verdedigd dat overheidsarchieven op termijn een
steeds verder afnemende informatiewaarde zouden krijgen.
Daarom zou het van des te groter belang worden om onze
focus te verplaatsen naar de archieven van geprivatiseerde,
particuliere uitvoeringsinstanties om het doen en laten van
diezelfde overheid te kunnen blijven volgen en controleren.
Een stevige, bijna Duitse zin... maar de man, een Zwitser,
heeft gelijk gekregen.
samenwerkingsverbanden op n'importe welk gebied,
om toch maar vooral te blijven suggereren dat al die
gemeenten zeer adequaat en wel hun eigen boontjes
kunnen doppen. Zucht, wat heet: diepe, heel diepe zucht.
Momenteel worden de tienjarenblokken 1980-1990 naar
binnen gebracht, in ons geval van zo'n twintigtal
gemeenten. Er rest maar één conclusie: het is slechts méér
van hetzelfde. Gestript als ze zijn van persoonlijke dossiers,
rest alleen nog het residu van een uitvoeringsloket dat
enkel handelt naar landelijke voorschriften.
Als gemeentearchivarissen blijven wij intussen maar aan
de gang om het archievenlandschap te verdelen en te
verdedigen langs deze failliete informatiestructuur van een
verdampend gemeentelijk bestel. Stellingen rijden we vol
dozen. We voldoen aan onze plicht maar op termijn bieden
we de samenleving helemaal niets. Maar ook dat is dan
weer van later zorg.
En dan hebben we het 'nog maar' over de jaren 80. De
grote slag op het gebied van privatisering moest nog
komen. Annemarie Jorritsma was nog geen burgemeester
van Almere en Wim Kok nog geen commissaris bij de ING.
We hadden ook nog geen monsterorganisaties als het UWV
ingericht, laat staan de grote ingrepen op het gebied van
gezondheid met de zorgverzekeraars als centrale spelers, of
bijvoorbeeld de centralisatie van de politie en de inrichting
van de huidige veiligheidsregio's.
De Raad voor Cultuur had het dus, zo'n tien jaar geleden,
best wel goed in de gaten toen zij ervoor pleitte het beheer
van archieven onder één centrale regie te brengen en de
publieksbediening aan de gemeenten te laten. Weliswaar
stond in dat rapport niets over afstemming en sanering van
de overheidsbestanden, maar ik voeg dat nu maar even
voor het gemak toe.
Gemeentelijke archieven worden schraler en schraler. Het
ene gemeentelijke archiefblok lijkt copy-past vervangbaar
door dat van zijn buurman, zijn over- en achterbuur of dat
van zijn verre neef in Verweggistan. En dan hebben we het
nog niet over de wirwar en chaos van de gemeentelijke
Een dergelijke constructie biedt overigens ook een prachtig
perspectief op een in- en overzichtelijk landelijk digitaal
netwerk, met inbegrip van het zogenoemde e-depot en die
keteninformatie waar we zo mee worstelen. Kortom, waar
zit het probleem? In de materie? Bij onszelf? Bij de gemeenten,
die zo hechten aan hun autonomie? En als we het niet
zeker weten, is het dan in ieder geval niet aan ons om deze
discussie aan te zwengelen?!
Marcel Duijghuisen directeur Regionaal Historisch Centrum
Eindhoven.
I
36
201 5 nummer 3