Delete. Onthouden of vergeten in de digitale wereld Vroeger was onthouden moeilijk en was vergeten de norm. Tot niet eens zo heel lang geleden beschikten slechts enkele mensen over de middelen en kennis om gebeurtenissen 'vast te leggen'. Eigenlijk wisten ook alleen de mensen die bij een gebeurtenis aanwezig waren geweest, wat er écht gebeurd was. Aangezien het geheugen ook toen al onbetrouwbaar was, werden allerlei manieren verzonnen waardoor de aanwezigen zich later een belangrijke gebeurtenis beter zouden herinneren. Dat is in de digitale wereld wel anders... Alles onthouden niet alleen om wat particulieren op hun eigen pc's bewaren: overheden bewaren steeds meer gegevens digitaal (hij verwijst expliciet naar het elektronisch patiëntendossier); Google bewaart niet alleen alle zoekopdrachten maar ook de e-mails van miljoenen mensen; en Amazon bewaart niet alleen welke boeken je echt gekocht hebt, maar ook welke boeken en andere producten je hebt bekeken. Door dit alles wordt 'onthouden' de standaard en 'vergeten' de uitzondering, terwijl dit de afgelopen millennia juist andersom was: mensen moesten vroeger moeite doen om dingen te onthouden. De belangrijkste reden waarom Mayer-Schönberger zich hier zo druk om maakt, is dat vergeten nodig is om te kunnen functioneren en leren. Er zijn mensen die lijden aan hyperthymesia. Dit betekent kortweg dat ze alles onthouden: de inhoud van individuele afleveringen van soapseries, het avondeten van iedere dag van hun leven en iedere beslissing (klein en groot) die ze ooit genomen hebben. Eén van de gevolgen daarvan is dat ze moeilijk normaal kunnen functioneren: ze kunnen nauwelijks abstract denken en bij iedere beslissing worden alle vorige beslissingen betrokken, wat vaak tot besluiteloosheid leidt. Mayer- Schönberger betoogt dat dit voor de hele menselijke beschaving zal gaan gelden, omdat er steeds meer digitaal bewaard wordt en we ook steeds meer gebruik gaan maken van dit volledige, externe geheugen. Tot niet eens zo heel lang geleden werden getuigen letterlijk aan hun oor getrokken in de hoop dat ze zich op die manier beter herinnerden wat ze gezien en gehoord hadden: "Ende omme het selfde verkoop en over dragt van eigendom te beter te onthouden was een gewoonte de jongens ten oirconden van dien bij de ooren te grijpen ende te reck-ooren" Orlers Leyden 26 Een overoud gebruik! Het heerschte nog in de vorige eeuw in verschillende streken van Duitschland ook bij andere gewigtige aangelegen heden bij 't leggen van den eersten steen het zetten van den grenssteen enz. De knapen ontvingen daarbij kleine geschenken. Uitsluitend in Beijeren werden voor 't gerigt de volwassen getuigen aan 't oor getrokken; dit duurde tot ongeveer 1180 en wel bij aankoop van grondbezit enz" (M.J. Noordewier, Nederduitsche Regtsoudhedenp. 36. via Google Books). Van der Gouw beschreef in Munimenta en Monumenta, zijn afscheidscollege in 1980, de ontwikkeling van geheugen steuntjes (monumenta) naar schriftelijke rechtsbewijzen (munimenta). De geheugensteuntjes zijn (schriftelijke) 'getuigenissen' die soms in rechts bewijzen kunnen veranderen, bijvoorbeeld 'door middel van erkenning vanwege de tegenpartij'. Maar er zijn ook munimenta die puur als rechtsbewijs worden opgesteld: het charter, met zegels en 'onomstreden' bewijskracht, was en is daar het ultieme voorbeeld van. TlMVirLud l1 För^niiKj in the U aitJl Agd In Delete. The virtue of forgetting in a digital age beschrijft Victor Mayer- Schönberger een andere ontwikkeling: van een beperkt aantal mensen die een beperkte hoeveelheid geheugensteuntjes vastleggen naar bijna volledig onthouden door iedereen. Want, zo betoogt Mayer-Schönberger, tegenwoordig is het makkelijker (en goedkoper) om (digitale) informatie te onthouden, dan om deze te vergeten. Hij illustreert dit onder andere aan de hand van digitale foto's. De meeste mensen kopiëren gewoon alle foto's die ze genomen hebben naar de harde schijf van de pc, omdat de tijd die het kost om te selecteren 'te duur' is in vergelijking met de extra ruimte die de foto's innemen. En het gaat natuurlijk 34 2012 nummer 10

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2012 | | pagina 34