Kritiekpunten Bondig begrijpelijk Noot met talrijke bij- en tussenzinnen, onverstaanbaar maar grammatikaal korrekt?" Het regest was het toneel geworden waarop de archivaris zijn archivistische acribie inzake het charter kon uitleven. De beschrijvingen ontaardden in wezen tot een gecodeerde en gesloten taal, enkel toegankelijk voor vaklieden en onbegrijpelijk voor derden. Men kan stellen dat de regesten zo ook nauwelijks meer als nadere toegang functioneerden, behalve voor de kleine groep archivarissen en historici die deze taal beheersten. Ten aanzien van de ontstane praktijk van regesten maken, somt Dekker een aantal kritiekpunten op. Hij acht het ondoenlijk om archieven die rijk zijn aan charters nader toegankelijk te maken door middel van regesten, als die moeten voldoen aan de eisen van de Handleiding. Die eisen maken het vervaardigen van regestenlijsten te arbeidsintensief en tijdrovend. Regestenlijsten zijn daarnaast van gering belang voor de verschillende historische onderzoekers: de genealoog vindt er niet genoeg namen in, de economisch historicus mist de precieze vermelding van geldbedragen en de historisch geograaf de topografische aanduidingen. Daarbij zijn de regesten bedoeld als nadere toegang en hebben zij niet het doel om de raadpleging van het document overbodig te maken. De ontstane praktijk van het regest maken suggereert die overbodigheid wel volgens Dekker. Dekker neigt ertoe om de vervaardiging van regestenlijsten af te schaffen. Het is te tijdrovend om ze te vervaardigen en het rendement voor de onderzoekers is te gering. Bovendien ziet hij de regesten als thuishorend in de sfeer van de oorkondenboeken en niet van de archief inventarissen. Dekker onderkent de Is dit het langste charter van Nederland? Voor het doorgeven van financiële informatie aan de rentmeester van Zeeland Beoostenschelde hadden de landsheren Maximiliaan van Oostenrijk en Philips de Schone in 1489 maar liefst zes aaneengenaaide vellen perkament nodig. Het charter komt daarmee op een totale lengte van 2 meter 59 cm. (Zierikzee, Gemeentearchief Schouwen-Duiveland; foto A. Pattenier). mogelijke waarde van een regestenlijst, maar stelt daarbij wel een andere wijze van regesten maken voor: minder formalistisch, niet op grond van een "hinderlijke orthodoxie", in begrijpelijke taal en in een beknopte vorm van een of twee regels tekst. Het artikel van Dekker "verbrijzelde"1 de vanzelf sprekendheid van het regesten vervaardigen zoals die tot dan toe gebruikelijk was. En waar staat het regest tegenwoordig? Voor het publiceren van oorkonden- boeken voor de wetenschap is het internet ideaal. De uitgaven kunnen worden aangevuld, aangepast en verbeterd, hetgeen bij een uitgave in papieren vorm niet mogelijk is. Echter, niet alleen de wetenschapper is op zoek naar charters. Het historisch geïnteresseerd publiek wordt steeds groter. Deze geïnteresseerden zijn vooral via internet op zoek naar de oudste vermelding van de woonplaats, een eigenhandige ondertekening door een voorouder et cetera. Zij zoeken ook de historische sensatie van het zien van deze documenten. Hoe deze belang stellenden naar de charters te leiden? Zij hebben behoefte aan een eenvoudig geformuleerde toegang die bovendien de inhoud van het document duidelijk maakt en in een context plaatst. Daarmee zijn we eigenlijk terug bij de vorm en functie van het regest zoals Dekker dat zag: bondig geformuleerd en in begrijpelijke taal. Nadere toegangen op de charters zijn nodig om zoveel mogelijk onderzoeksvragen te beantwoorden. Het regest kan daarnaast prima functioneren als een beknopte beschrijvende toegang die tevens de rechtshandeling van het document verduidelijkt. 1 F.C.J. Ketelaar, 'Kerkelijke archieven en de bijbel', in: De kerk en de Nederlanden: archieven, instellingen, samenleving (Hilversum 1997) p. 385. Paul Mols projectmanager bij Doxis Informatiemanagers. nummer 10 2012 33

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2012 | | pagina 33