handelsschepen onder leiding van de
broers De Houtman in 1596 voor de
kust van Bantam: "Er ontstonden
langzamerhand relaties die wij later als
'koloniaal' gingen typeren."11 Veel
minder eenvoudig is echter die koloniale
relatie te typeren. Somers beschrijft de
koloniale verhoudingen tussen
Nederland en Indië als "een relatie
tussen volken die zich afspeelde op een
territoir dat aanvankelijk werd gekenmerkt
als bezit, welhaast in privaatrechtelijke
zin Een koloniale relatie is en blijft
uiteraard een verticale gezagsrelatie,
in stand te houden met (militaire)
machtsmiddelen".12 Politicologen
definiëren een gebied als een kolonie
als het voldoet aan drie belangrijke
kenmerken: het wordt bestuurd als een
eenheid die in administratief opzicht
verschilt van het moederland; het
ontbreekt aan instemming van de zijde
van de bevolking uit deze gebieden over
de bestuursvorm; en de meerderheid
van de bevolking in de kolonie heeft
een andere culturele achtergrond
dan de overheersers.13 Essentieel is
de ongelijkwaardige relatie tussen
kolonisator en gekoloniseerde.
Koloniën: tussen roofstaten en
'neo-europa's'
gemaakt waren met het toen al
grotendeels afgeschafte cultuurstelsel,
waardoor Java voor de Nederlanders
"een onuitputtelijke goudmijn" werd.14
Aan de andere kant van het kolonisatie
spectrum staan de koloniën die zijn
gesticht op plaatsen zonder een
getalsmatig in de meerderheid zijnde
inheemse bevolking. Dit type kolonie
kenmerkt zich door volksplantingen:
gebieden waar grote aantallen
Europeanen naartoe verhuisden om
ter plekke een bestaan op te bouwen.
Dergelijke gebieden werden meestal
door de Europese mogendheden in bezit
genomen en de eventueel aanwezige
oorspronkelijke bewoners werden
verdreven dan wel opgenomen in de
nieuwe structuren. Er werden een soort
replica's van Europese samenlevingen
oftewel 'neo-Europa's' geschapen, die
voor het grootste deel gebaseerd waren
op maatschappelijke verhoudingen en
instituties die gekopieerd waren van het
moederland.15 Wat goed was in 'good
old England' was ook goed in de nieuwe
gebieden waar de Britten naartoe
trokken. Voorbeelden van dergelijke
koloniën waren Noord-Amerika,
Australië en Nieuw-Zeeland.
Het begrip koloniaal archief
Sinds vanaf de vroegmoderne tijd de
Europese mogendheden zowel uit
economische als politieke motieven
de wereld over voeren, gebieden
veroverden en handelsbetrekkingen
aanknoopten, kwam in het kielzog van
In het S@P-Jaarboek gaat een negental
auteurs in op verschillende aspecten van
de koloniale archieven. De variatie aan
onderwerpen is groot en een aantal
artikelen biedt nieuwe inzichten.
Het archief van de algemene secretarie Batavia (coll. ANRI Jakarta).
Hoewel de begrippen kolonie en
kolonialisme veelal in elkaars verlengde
liggen, zijn er grote verschillen in de
uitingsvormen ervan. Aan de ene kant
van het kolonisatiespectrum zijn er
roofstaten - ofwel 'extractive states' - te
vinden die eigenlijk alleen uit waren op
het zo snel mogelijk onttrekken van
grondstoffen en andere economische
goederen aan de kolonie ten behoeve
van de welvaart van het moederland.
Kolonisatoren van dit type hadden
nauwelijks aandacht voor de maat
schappelijke verhoudingen in de
gekoloniseerde gebieden en de
koloniale instellingen vormden de
infrastructuur voor de verrijking van het
moederland. Een van de meest extreme
voorbeelden van dit type kolonisaties
was Belgisch Congo, dat lange tijd als
een soort privéonderneming van de
Belgische koning Leopold II fungeerde
met als enige doel zichzelf zo snel
mogelijk te verrijken. Zijn inspiratie
haalde de Belgische koning uit de
succesvolle Nederlandse koloniale
politiek in Nederlands-Indië. Hij was
onder de indruk van de winsten die
deze activiteiten een enorme
informatiestroom tussen de nieuw
gestichte nederzettingen en
handelsposten met het moederland op
gang. Of zoals Evelyn Wareham schrijft:
"[w]ritten recordkeeping was a
phenomenon that arrived with
travellers, traders, missionaries, and
bureaucrats and "[r]ecords
generated by colonial administrations
are intrinsically associated with political
systems by which local communities
were subjected to outside power".16
Als we het begrip koloniale archieven
willen hanteren, stellen wij voor aan te
sluiten bij de omschrijving van archief
als procesgebonden informatie van
Thomassen en het begrip koloniaal zoals
Hack en Rettig dit hebben omschreven.
Koloniaal archief definiëren wij als
procesgebonden informatie die
voortvloeit uit het vormen, instandhouden,
besturen, beheren, exploiteren en
ontwikkelen van de gebieden en hun
inwoners die in een afhankelijke
bestuurlijke relatie staan tot een externe
heersende macht. De koloniale
archieven kunnen volgens deze definitie
in de kolonie zelf zijn gevormd, maar
evengoed in het koloniserende land.
Koloniale archieven zijn volgens deze
omschrijving per definitie gevormd vanuit
het perspectief van de kolonisator.
nummer 5 2012 31