"Aanwezig zijn, daar i gaat het om" In gesprek met Bert Looper Al op de lagere school was hij in de ban van geschiedenis. Het zette hem al snel aan tot een archivistisch carrièrepad. Zijn aangeboren passie voor het verleden heeft van Bert Looper een bevlogen archivaris gemaakt, maar ook de actualiteit heeft zijn aandacht: als directeur van Tresoar maakt hij zich sterk voor de maatschappelijke rol van archieven, juist nu. Burgerlijke Stand Bert Looper, sinds 1 januari 2007 directeur van Tresoar (foto Tresoar; overige foto's part. coll.). Caroline Leistra Waar ben je opgegroeid en hoe was je thuissituatie? "Ik ben geboren op 27 februari 1957 in het ziekenhuis van Heerenveen, maar ik ben opgegroeid in Gorredijk. Ik heb één oudere broer. Mijn familie stamt uit de Friese Zuidoosthoek. Het waren kleine boeren. Mijn grootvader, pake Klaas, raakte rond 1900 geheel in de ban van het opkomende socialisme en anarchisme. Hij werd een voorman in de Land- arbeidersbond en besteedde veel tijd aan propaganda en andere uitingen van vrij-socialistische cultuur. Die episode heeft veel betekend in de familie. Zonen en dochters werden meegenomen in de wereld van geheelonthouding en antimilitarisme. De teleurstellingen van de crisisjaren en WOII leidden ertoe dat er bij de kinderen - en dus ook bij mijn vader - afstand ontstond tot de oude idealen. Mijn vader is na de oorlog middenstander geworden in Gorredijk. Hij had een goedlopende zaak waar ik veel heb meegeholpen met het verkopen van benzine, fietsen in elkaar zetten en rekeningen rondbrengen." Is je schoolcarrière ook in Gorredijk begonnen? "Klopt, ik heb daar de lagere school gevolgd. Toen was ik al in de ban van geschiedenis. Eerst nog wat onbestemd, maar vanaf de vijfde klas zeer actief door toedoen van meester Sierksma, een vrijgezelle onderwijzer die ons op de vrije woensdagmiddag op de fiets meenam naar musea, kunstenaars en lieux de mémoire in de omgeving van Gorredijk-Heerenveen-Drachten. Ik was in die jaren, 1967-1969, volop bezig met de geschiedenis van dorp en streek. Met een vriendje beraamde ik het plan om de beroemde vuistbijl van Wijnjeterp uit de plaatselijke oudheidkamer te ontvreemden. Niet om het voorwerp te behouden, maar om de gebrekkige beveiliging van het museum te demonstreren. Via de achterdeur lukte het ons het gebouw binnen te dringen, maar daar werden we opgewacht door een aardige meneer: de parttime conservator. Hij was niet boos en heeft ons nog vriendelijk rondgeleid. Op mijn twaalfde bezocht ik het rijksarchief in Leeuwarden om kaarten van de gemeente Opsterland te bekijken. Vanaf dat moment wilde ik archivaris worden. In mijn familie zit geen historische belangstelling die deze wens kan verklaren. Wel was het culturele klimaat In de werkplaats van vader Bertus Looper(1960). 38 2012 nummer 1

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2012 | | pagina 38