46.000 scan
mrn<
Kennisuitwisseling
Zichtbaarheid
Memory of the World
De zeldzaamheid en kwetsbaarheid van
de documenten, de inhoud met
internationale relevantie en de relatieve
onderbelichtheid van de bron brachten
het Nationaal Archief ertoe om in 2010
- samen met archiefpartners in Brazilië,
Curacao, Ghana, Guyana, Suriname, de
Verenigde Staten en het Verenigd
Koninkrijk - het WIC-archief voor te
dragen voor het UNESCO Memory of the
World (MoW) register. Met het UNESCO
MoW-programma roept UNESCO op tot
behoud van waardevolle archieven en
bibliotheekcollecties en wil men meer
zichtbaarheid geven aan deze unieke
bronnen. Het Zeeuws Archief heeft
tegelijkertijd het archief van de
Middelburgsche Commercie Compagnie
(1720-1889) genomineerd. Dit archief
staat bekend om zijn gedetailleerde
informatie met betrekking tot
slavenhandel. Beide nominaties waren
succesvol. Op 25 mei 2011 heeft UNESCO
de archieven uitgeroepen tot Memory of
16
Gemeenschappelijk Cultureel Erfgoed
programma (GCE-programma, zie kader)
een veelomvattend werkplan opgesteld.
In nauwe samenwerking met de
archiefpartners in het Atlantisch gebied
wordt gewerkt aan de conservering en
het vergroten van de (digitale)
toegankelijkheid en zichtbaarheid van
het archief.
Het Nationaal Archief is begonnen met
het digitaliseren van het zeven meter
tellende archief van de Oude (of Eerste)
WIC (1621-1674). De inhoud van dit
archief is zeer divers van aard. Het is
een primaire bron voor de eerste
contacten van Nederlanders met verre
en exotische volken in de West. Zo bevat
het journalen over West-Afrikaanse
rijken, is er informatie over Brazilië en
Nieuw-Nederland (een deel van de
Oostkust van Noord-Amerika waaronder
de stad New York) en enkele stukken
betreffende expedities naar Chili. Op
3 november, tijdens de eerste Atlantic
Day, zijn de ruim 46.000 scans
beschikbaar gekomen op www.gahetna.nl.
Zodoende is het WIC-archief wereld-wijd
raadpleegbaar en worden de
oorspronkelijke documenten beschermd
omdat ze zelf minder gehanteerd zullen
worden.
Het online aanbieden van een archief
vereist een grondige voorbereiding. Na
de selectie beginnen de conserverings-
werkzaamheden. Voordat de originele
archiefstukken onder de scanner mogen
worden gelegd, moet de materiële staat
van ieder individueel stuk immers
worden gestabiliseerd. De basisconser-
vering bevordert ook het behoud van de
Deelnemers uit de GCE-prioriteitslanden volgen
een workshop EAD, november 2011 (fotoJinna
Smit; coll. Nationaal Archief).
originele documenten voor de komende
jaren. Kennisuitwisseling en capaciteits-
opbouw spelen een grote rol binnen het
GCE-programma. Er is daarom voor
gekozen de 'leerervaring' van het
voorbereiden van een archief voor
digitaliseren, te delen met de
archiefpartners in de prioriteitslanden.
Als pilot is gekozen voor het archief
'Nederlandse Bezittingen ter kuste van
Guinea' (65 m., zie ook Sources for the
Mutual History of Ghana and the
Netherlands van M.R. Doortmont en J.
Smit, 2007). Dit archief is in een zeer
slechte conditie. Een conserverings-
medewerker van het Nationaal Archief
van Ghana (PRAAD) heeft een stage in
Den Haag aangeboden gekregen, om
onder deskundige begeleiding dit
archief fysiek voor te bereiden op
digitalisering. Het is de bedoeling dat zij
de opgedane kennis weer doorgeeft aan
collega's in Ghana.
Een ander proces dat moet plaatsvinden
voordat een archief online beschikbaar
komt, is het beschrijven volgens
internationale standaarden. De archieven
die door het Nationaal Archief worden
beheerd, voldoen alle aan de interna
tionale normen van Encoded Archival
Description (EAD). Dat geldt nog niet
voor de archieven in alle partnerlanden.
Daarom heeft het Nationaal Archief in
november 2011 een workshop EAD
aangeboden aan de GCE-partners. Via
Facebook en e-mail worden de cursisten
na afloop van de workshop gestimuleerd
onderling contact te houden, kennis te
delen en opdrachten uit te voeren onder
begeleiding van experts.
Er wordt binnen het GCE-programma ook
gewerkt aan het vergroten van het
maatschappelijk bewustzijn rondom het
thema Gemeenschappelijk Cultureel
Erfgoed. Op www.gahetna.nl is daarom
een webexpositie van een aantal
bijzondere WIC-documenten te vinden.
Daarnaast heeft het GCE-team van het
Nationaal Archief (mee)gewerkt aan de
totstandkoming van een aantal
publicaties die betrekking hebben op
het WIC-verleden. Tijdens de Atlantic
Days is het eerste deel van de Grote
Atlas van de West-Indische Compagnie.
Deel I: De Oude WIC, 1621-1674 (Atlas
Maior) gepresenteerd. In deze
monumentale atlas wordt aan de hand
van kaarten per regio en per tijdvak een
overzicht gegeven van alle gebieden in
Noord- en Zuid-Amerika, het Caribisch
gebied en Afrika, die voor korte of
langere tijd in bezit van de WIC waren
of binnen haar invloedssfeer vielen.
Uitvoerige aandacht krijgen de koloniën
Nieuw-Nederland en Brazilië. De eerste
oplage is inmiddels uitverkocht.
Koloniaal Brazilië is ook het onderwerp
van de publicatie Nederlands Brazilië in
Kaart. Nederlanders in het Atlantisch
Gebied 1600-1650 (Walburg Pers). Beide
publicaties zijn gebaseerd op een tot
dan toe anonieme manuscriptatlas van
de kust van Brazilië. De atlas dateert uit
de jaren veertig van de 17e eeuw en
bevindt zich thans in de collectie van het
Nationaal Archief. Hoogleraar zeevaart
geschiedenis Henk den Heijer
(Universiteit Leiden) heeft samen met
Ben Teensma (deskundige op het gebied
van Nederlands-Brazilië) de kaarten en
de teksten van de atlas bestudeerd. In
Nederlands-Brazilië in kaart plaatsen zij
de atlas in haar cartografisch-nautische
context en worden de teksten van het
manuscript getranscribeerd en geana
lyseerd. In samenwerking met de
Braziliaanse uitgeverij Editora Kapa is er
ook een Portugese en Engelstalige
uitgave van de manuscriptatlas
geproduceerd: Atlas da Costa do Brasil/
Atlas of the Coast of Brazil, 1643-
c.1649.
2012 nummer 1