Boom Ontstaan en Dphtout van da Nationaal Socialistische SewEgiaig, 1931-1935 Dit wilden we doen door middel van een kijkje achter de schermen: door middel van archiefonderzoek. We wilden de eigentijdse beleving van tijdgenoten onderzoeken in plaats van de NSB alleen vanuit een achteraf-perspectief te beschrijven. Door dicht op de bron te zitten, hoopten we ook dicht op de huid van de mensen te zitten. Wat dat betreft, is het in een bepaald opzicht ook een petit histoire geworden. Door middel van kleine verhalen hebben we een groter beeld willen geven. Tegelijkertijd hebben we het door anekdotische verhalen ook luchtig gehouden. Dat is dan ook een bezwaar van een aantal critici op ons boek: veel details, veel kleine weetjes. Maar wij vinden dat je met 'kleine' voorbeelden juist heel mooi de grote lijnen kunt illustreren." Is dat dan de speciale kwaliteit van archiefbronnen? "In ons geval zeker! We wilden de bestaande theoretische analyses over de NSB toetsen en eventueel bijstellen. Een veelvoud aan primaire én secundaire bronnen heeft ons daarbij geholpen. Je kunt dit onderzoek alleen maar doen door verschillende bronnen te combineren. De literatuur verschaft je een startpunt, de contemporaine gedrukte bronnen als kranten en tijdschriften geven een meer algemeen beeld en archieven geven vaak weer details voor een volledig beeld." In een artikel spreekt de Nijmeegse historicus Paul Klep over serendipiteit. Jullie refereren er zelf ook aan. Wat is jullie ervaring hiermee? "Je gaat natuurlijk met bepaalde aan names het onderzoek in. Bij ons was dat dus het standaardbeeld dat er over de NSB bestond als protestpartij van gefrustreerde kleinburgers. Die aannames zie je sneuvelen door onverwachte ont dekkingen die je in het archief doet: een brief, een krabbel of een rapport dat nog geen andere onderzoeker heeft gezien. Dat is historische sensatie. De archieven begeleiden je op de weg, maar je moet zelf de afslagen zien te vinden. Het is dus belangrijk om je niet alleen te laten leiden door je aannames. Daar hadden we gelukkig elkaar voor. Sparringpartners. Elke dag konden we onze eigen ont dekkingen en interpretaties met elkaar delen en toetsen. Archiefonderzoek heeft dat contrast nodig. Je interpretatie moet constant kritiek krijgen." "De meest memorabele ontdekking was toch wel een persoonlijke brief van Mussert uit 1935 aan een Joods partijlid. De brief was persoonlijk, direct en hard in zijn antisemitisme: zonder opsmuk. Een van de zeldzame momenten dat Mussert zich uitliet over de 'Jodenkwestie'. Het idee dat Mussert en de NSB pas onder druk van de Duitsers antisemitisch werden, wordt door dit soort bronnen bijgesteld. Verder vonden we veel stukken van functionarissen die bij Mussert aandrongen op een radicalere en antisemitischer koers. 'Is het juist langer verstoppertje te spelen?', vroeg één van hen aan de NS B-leider." "Archief is niet alleen een goudmijn voor toevallige ontdekkingen. In tegenstelling tot andere bronnen geeft het archief je een kijkje in de keuken: je leert de informatieprocessen doorgronden, je ziet de informele machtsstructuren. Door te kijken naar de verschillende opstellers, schrijvers en functionarissen binnen het archief, krijg je een duidelijk beeld van de belangrijke spelers binnen de NSB. Zo zie je bijvoorbeeld dat de propagandaleider Farwerck achter de schermen zeer veel invloed had, omdat hij vaak de facto de partijlijn bepaalde. Hij was zo invloed rijker dan verschillende 'bekende' NSB'ers. Het archief vertelt veel over de informele structuur van de partij en ook over het gedachtegoed. Zo haalde veel materiaal de buitenwereld niet: er was zelfcensuur en een alerte propaganda- afdeling. De conceptstukken geven echter aan welke ideeën en sentimenten er nog meer leefden. Zo zie je in de door ons onderzochte periode dat antisemitisme niet tot de officiële lijn behoorde: Volk en Vaderland werd gekuist. Het archief vertelt echter een heel ander verhaal. Een analyse van de verschillende stromingen binnen de partij is eigenlijk nooit voor de NSB gedaan. Wij hebben veel nieuwe dingen ontdekt. Door het 22 2011 nummer 10

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 22