om genealogische informatie uit te wisselen. StamboomNederland ondersteunt Gedcom 5.5. Dat is de meest recente versie, die tegenwoordig wereldwijd als standaard fungeert en door veel genealogische computerprogramma's wordt gebruikt. Vanwege de depotfunctie dient Stamboom Nederland dialect-tags van GEDCOM eveneens te ondersteunen. Dat is voor een groot deel het geval, maar er zijn nog codecombinaties die niet in de juiste datavelden terechtkomen. De bijbe horende gegevens gaan bij de archivering in StamboomNederland niet verloren, maar belanden in een algemeen notitieveld. Via een bescheiden stamboombouw programma kun je de in Stamboom Nederland ondergebrachte gegevens up-to-date houden. Toch is het in de eerste plaats een e-depot en niet bedoeld ter vervanging van reeds bestaande genealogische computer-programma's. Om een duurzame opslag van stam boomgegevens te garanderen werkt het Centraal Bureau voor Genealogie samen met het Nationaal Archief. Het CBG kocht speciaal voor de opslag van de genea logische bestanden van Stamboom Nederland een nieuwe server die een plaats heeft gekregen in de serverruimte van het Nationaal Archief. Daarbij zijn ook afspraken gemaakt over de recovery van de hardware in het geval van een calamiteit. Een dagelijkse back-up zorgt ervoor dat de ingevoerde gegevens nooit verloren gaan. Privacy en auteursrecht Bij StamboomNederland draait het niet alleen om verzamelen en bewaren, maar ook om het delen van genealogische gegevens met andere geïnteresseerden. Daarom zijn zogenoemde 'etalages' ontwikkeld waardoor de gegevens uit publiekelijk toegankelijke projecten van StamboomNederland vindbaar zijn via Google. Dat betekent dat er veel aandacht uit moet gaan naar de privacybescherming van nog levende personen. In StamboomNederland kan de eigenaar van een project daarom op verschillende niveaus de toegankelijkheid van de informatie regelen. Allereerst bepaalt de eigenaar of het hele project publiek toegankelijk is, of dat hijzelf als enige toegang heeft tot de gegevens. Dat laatste is handig wanneer je aan een stamboom werkt die nog niet klaar is voor publicatie. Het is ook mogelijk om in Stamboom Nederland op persoons- of feitniveau privacybescherming in te stellen. In een publiekelijk toegankelijk project kun je bijvoorbeeld de gegevens van nog levende personen afschermen, zodat die niet voor de rest van de wereld zichtbaar zijn. Indien gewenst kun je een niet-publiekelijk toegankelijk project selectief openstellen door andere gebruikers van Stamboom Nederland als medewerker aan het betreffende project te koppelen. Hier is eveneens rekening gehouden met de privacybescherming, want de projectleider bepaalt of de gekoppelde medewerker al dan niet de nog levende personen in het project mag zien. De projecteigenaar is verantwoordelijk voor de door hem ingevoerde gegevens. Problemen rondom de privacy of de juistheid van de gegevens dienen dan ook in de eerste plaats aan te projecteigenaar te worden voorgelegd. Levert dat niet het gewenste resultaat op, dan kun je een bezwaar indienen bij het CBG. In het uiterste geval wordt dan de account van de projecteigenaar geblokkeerd. De rechten op de website en de databanken berusten bij het CBG. Het auteursrecht daarentegen is en blijft in handen van de eigenaar van het betreffende stamboomproject. Die is tevens eigenaar van de door hem inge voerde stamboomgegevens tot vijf jaar na de laatste keer dat hij heeft ingelogd op zijn account. Daarna gaat het eigen domsrecht over op de Stichting Centraal Bureau voor Genealogie. Die zorgt ervoor dat de gegevens worden bewaard en toegankelijk blijven voor andere genea logen. Uiteraard gebeurt dat volgens de principes van goed archiefbeheer en privacybescherming. De oorspronkelijke auteur blijft daarbij altijd als zodanig herkenbaar. Uitbouw e-depot De eerste release van StamboomNederland vormt slechts een basis, die mede aan de hand van gebruikersreacties steeds verder zal worden uitgebouwd. Daarbij speelt het aangaan van nieuwe samenwerkings verbanden een belangrijke rol. Zo is het de bedoeling dat StamboomNederland als depot gaat dienen voor de stambomen die op WieWasWie.nl worden gecreëerd. Daarnaast zal het CBG ook delen van zijn eigen collectie in StamboomNederland onderbrengen. Om een duurzame opslag te garanderen, dient StamboomNederland de ontwikke lingen op gedcomgebied goed bij te houden. De gegevensuitwisseling via gedcom biedt veel voordelen, maar is vanwege alle dialect-tags niet optimaal. Daarom werkt het CBG op dit moment aan een zogenoemde API (application programming interface), waardoor de informatie-uitwisseling en samenwerking met genealogische computerprogramma's en websites als WieWasWie.nl, nog soepeler zal verlopen. Op die manier wordt de kwaliteit, continuïteit en efficiency van StamboomNederland als e-depot gewaar borgd. In dat kader is het leuk om te weten dat StamboomNederland inmiddels ook de interesse heeft gewekt van onze zuiderburen. Zij hebben het plan opgevat om een soort StamboomVlaanderen te ontwikkelen, waarbij mogelijk voor een groot deel gebruik zal worden gemaakt van de soft- en hardware van Stamboom Nederland. Wat al deze samenwerkings verbanden precies op zullen leveren is een open vraag, maar er liggen in ieder geval interessante uitdagingen in het verschiet voor dit nog jonge genealogische e-depot. Gedcom is net als XML gebaseerd op codes, ook wel 'tags' genoemd. Die codes zijn gekoppeld aan genealogische informatie: bijvoorbeeld BIRT aan geboorte, CHR aan doop en MARR aan huwelijk. Gedcom 5.5 dekt helaas niet alle genealogische informatie. Een aantal genealogische feiten is namelijk niet door de Mormonen in de codering meegenomen. Daarom hebben genealogische computerprogramma's als Aldfaer, GensDataPro, Hazadata en Pro-Gen eigen aanvullende gedcom- codes ontwikkeld, zogenoemde 'dialect-tags'. Maarten van Bourgondiën bureau redacteur en onderzoeksmedewerker bij het Centraal Bureau voor Genealogie. StamboomNederland is als het ware de digitale tegenhanger van de papieren genealogieën in de bibliotheek van het Centraal Bureau voor Genealogie (coll. CBG). 32 2011 nummer 8

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 32