Particuliere archieven en de nieuwe selectiemethodiek Archieven Het Nationaal Archief (NA) ontwikkelt sinds 2008 een nieuwe methodiek voor waardering en selectie van archieven.1 Deze is gestoeld op een nieuwe selectiedoelstelling van de algemene rijksarchivaris en overgenomen door de staatssecretaris van OCW Trendanalyse De eerste stap van de trendanalyse houdt in dat voor een bepaald tijdvak samenlevingsbreed, maar wel per maatschappelijk domein (bijvoorbeeld Milieu, of Wonen), de meest kenmerkende ontwikkelingen (trends) en de belangrijkste momenten van interactie (hotspots)3 op al gevormd archief, (nog) niet op 'selectie aan de bron'. De eerste pilot was beperkt tot trends op het domein Milieu 1976-2005, en bedoeld voor het waarderen van de archiefbestanden van het directoraat-generaal Milieu (Ministerie van VROM). De uitkomsten van de tests waren zodanig dat het instrumentarium nu wordt ingezet bij de ontwikkeling van een grootschalig programma bedoeld om de waardering en selectie van de (papieren) archieven van de rijksoverheid vanaf 1976 in versneld tempo uit te voeren. Pilot particuliere actoren Hylke Faber, Marije Kruize en Robbert Jan Hageman Deze doelstelling2 gaat uit van een nauwe inhoudelijke samenhang tussen het voor blijvende bewaring selecteren van overheidsarchief en het veiligstellen van behoudenswaardige niet-overheids- archieven (particuliere archieven). Beide processen vullen elkaar aan en dragen bij aan het documenteren van de samenleving. Om werkbaar te zijn, moet ook worden gezegd wat er van de samenleving - van de actoren en de processen waarmee deze actoren zich bezighouden - gedocumenteerd dient te worden. Bij die operationalisering spelen twee begrippen een cruciale rol: representativiteit en interactie. Het instrument dat primair dient voor het identificeren van archief binnen de nieuwe doelstelling is de trendanalyse. De trendanalyse is uitgedacht met het oog op het waarderen en selecteren van archief 'aan de bron', met name in de digitale omgeving. De analyse kan op landelijk, maar ook op regionaal of lokaal niveau worden uitgevoerd. In deze bijdrage gaan we uit van een nationaal niveau. Gezicht op Nieuw-Amsterdam, Johannes Vingboons, ca. 1665 (coll. Sp Photo/NA). worden beschreven. In stap twee worden in een 'doorvertaling' de belangrijkste betrokken actoren geïdentificeerd. In de laatste stap worden de aan die trend te koppelen werkprocessen en activiteiten van de geïdentificeerde actoren benoemd. Het resultaat leidt naar de neerslag van die processen en dus tot identificatie van voor blijvende bewaring veilig te stellen archiefbestanddelen. De trendanalyse is complementair aan de systeemanalyse. Dat instrument richt zich niet op ontwikkelingen, maar op het identificeren van (onderliggende) structuren en dominante spelers op een maatschappelijk domein. Het NA heeft de nieuwe selectiemethodiek door middel van onderzoekspilots op deelgebieden praktisch uitgewerkt en getest. Daarbij was de aandacht gericht De nieuwe selectiedoelstelling is bedoeld voor de hele archiefsector. Elke instelling kan de doelstelling voor zichzelf doorvertalen. Het NA heeft daarmee een bescheiden begin gemaakt: uitkomsten 12 2011 nummer 3

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 12