r r VJ Archieven in het veld Horrorscenario's Nog interessanter wordt het als de dossiers in kwestie worden gevoed met gegevens uit een of meer basis registraties. Vanuit die basisregistraties en basiscatalogi zo zou - en dat is zelfs de bedoeling - een of meerdere sets met gegevens verbindende elementen kunnen zijn voor gegevens binnen dat 'dossier'. Dergelijke gegevens worden zoals aangegeven authentieke basisgegevens genoemd. Op dit moment gebeurt dat nog niet automatisch, maar wel tot op zekere hoogte. Het BSN bijvoorbeeld, mag door verschillende actoren worden ingezet ter registratie. Waarom dan dit BSN niet inzetten als het unieke identificatie nummer voor een dossier, vooropgesteld dat het een persoonsdossier betreft en dat wet- en regelgeving dit toestaat? Deze manier van het koppelen van gegevens kan natuurlijk tot in het oneindige worden doorgevoerd. Er zou dan uiteindelijk een onbeheersbare situatie (kunnen) ontstaan waarbij alles aan alles is gekoppeld. Eerder werd al gewag gemaakt van horrorscenario's. Scenario's die reëel zijn; denk maar aan de problemen waarmee een natuurlijke persoon wordt geconfronteerd als hij of zij slachtoffer is van bijvoorbeeld identiteitsfraude. Maar, door de koppeling kan ook opsporing worden vergemakkelijkt, bijvoorbeeld in het kader van opsporingsactiviteiten en terrorismebestrijding (hoewel er ook fouten worden gemaakt). Nogmaals, of dit wenselijk of haalbaar is, is een ander verhaal. Er zou dan uiteindelijk een onbeheersbare situatie (kunnen) ontstaan waarbij alles aan alles is gekoppeld Beheer van metadata En daarmee zijn we aangeland bij het beheer van metadata. "De transactional aspects", zo vervolgt Reed haar betoog, "vragen om de ontwikkeling van technieken die ervoor moeten zorgen dat records gecreëerd en beheerd worden op een zodanige wijze dat deze karakteristieke elementen en onderdelen van het record [structuur, vorm, inhoud én metadata, HW] in stand worden gehouden".8 Met andere woorden: de omgeving waarin gegevensverwerkende processen een rol spelen, stelt eisen aan de gegevens zelf. Maar andersom kan de kwaliteit van de gegevens alleen worden vastgesteld als ook de omgeving aan (die) kwaliteitseisen voldoet. Betrouwbaarheid en integriteit van de Ik betoog hier dat op gegevens in keteninformatiesystemen de door Reed genoemde transactional aspects van toepassing zijn. De kwaliteitseisen die aan de gegevens moeten worden gesteld, doen niet onder voor de eisen die we gewend zijn om aan documenten/ archiefstukken te stellen: betrouwbaar, authentiek, integer en bruikbaar.11 Dat betekent dat als we de argumenten van Reed op die van Shepherd en Yeo leggen - namelijk de eisen van in dit geval niet-manipuleerbaarheid en niet-veranderbaarheid - dat gegevens (data) binnen keteninformatiesystemen onder omstandigheden als archief stukken moeten worden aangemerkt. De kwaliteitseisen die aan de gegevens moeten worden gesteld, doen niet onder voor de eisen die we gewend zijn om aan documenten/ archiefstukken te stellen: betrouwbaar, authentiek, integer en bruikbaar. werking van die wet vallen. Voor de archivistiek is nu van belang om te weten of losse gegevens - of beter: gegevens (data) in (keten)informatie- systemen - ook documenten/archief stukken kunnen zijn. Als we kijken naar de definitie van document/archiefstuk, dan is het antwoord snel en eenvoudig gegeven: nee. Toch moeten we ons de vraag stellen. Want er zijn ontwikkelingen die erop wijzen dat documenten (die mogelijk als archiefstukken verder door het leven gaan) niet meer noodzakelijk bestaan uit een samenstel van gegevens in onderlinge samenhang. Documenten kunnen dan bestaan uit gegevens die verwijzen naar andere gegevens in een andere omgeving; bijvoorbeeld via een uniek identificatienummer in het document. Hierdoor is dit document alleen te begrijpen als de betekenis en context van dat identificatienummer binnen die onderlinge samenhang wordt gebracht. In de Engelstalige archiefliteratuur is hierover, zij het in de marge, nagedacht en geschreven. Noot die hierbij moet worden geplaatst, is dat daarbij niet het archiefstuk in de Nederlandse betekenis het object van reflectie is, maar het record. Bovendien het record in relatie tot data. Zoals bekend is record slecht of in ieder geval moeilijk in het Nederlands te vertalen en bovendien is een record niet noodzakelijk gelijk aan een archiefstuk.6 Enkele jaren geleden schreef de Australische archivaris Barbara Reed dat "records anders zijn en verschillen van andere informatiebronnen vanuit het oogpunt van het uitvoeren of afwikkelen van handelingen, de procesgebonden heid (transactional aspects). Die transactional aspects [het gaat hier dus om de ontstaans- en gebruikscontext van de records, HW] zijn van belang voor het identificeren van de noodzakelijk aanwezige karakteristieke elementen en onderdelen van een record, wil dat record gegarandeerd betrouwbaar en integer7 zijn." organisatie, in relatie tot betrouwbaar heid en integriteit van de systemen en de records. Maar daarmee zijn we er nog niet. "De karakteristieke elementen en onderdelen die aanwezig moeten zijn om de betrouwbaarheid en integriteit van records te kunnen vormgeven, leiden ertoe dat records verschillen van data, documenten en informatie, maar gelijktijdig bestaan records uit data/ documenten/informatie. Een record kan daardoor een verzameling data zijn, of één document of een reeks documenten", aldus Reed.9 Nu wil het geval dat data in actieve informatie systemen (current information systems) vaak niet als records worden gezien, terwijl dat wel het geval is met data in workflow systemen (electronic transaction systems). Dit in ogenschouw nemend, stellen de Engelse archivarissen Elisabeth Shepherd en Geoffrey Yeo vast, dat de kennelijke "wel of niet 'recordness' onder andere afhangt van het dynamische karakter van de data in het proces, respectievelijk van de wel of niet manipuleerbaarheid en de wel of niet veranderbaarheid (updatebility) van die gegevens".10 nummer 2 201 1 11

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 11