Den Haag, locatie KB/NA
jlLandlenlwater
Steun
Noten
Het Nationaal Archief, de Koninklijke
Bibliotheek, het Rijksbureau voor
Kunsthistorische Documentatie, het
Instituut voor Nederlandse
Geschiedenis, het Centraal Bureau voor
Genealogie, het Nederlands Muziek
Instituut, het Letterkundig Museum en
het Huygens Instituut KNAW
organiseren samen vele activiteiten.
van dien. De gemiddelde burger weet
nauwelijks wat er bij komt kijken om in
ons kleine polderlandje met zijn zestien
miljoenen te kunnen leven, wonen en
werken. Niet voor niets luidt het
bekende verhaal over het ochtend
gebed van de dijkgraaf: "Geef ons
heden ons dagelijks brood en zo nu
en dan een kleine watersnood."
Oud-minister en voorzitter van de
Deltacommissie 2008 Cees Veerman
spreekt regelmatig zijn steun uit voor
het waterschapsmodel en de Delftse
bestuurskundige Theo Toonen typeerde
het waterschap enkele jaren terug zelfs
als een Gouden Formule. Ook de
Adviescommissie Water(AcW) onder
voorzitterschap van onze Kroonprins
brak onlangs een lans voor het
voortbestaan van het waterschap.
De AcW waarschuwde voor al te snelle
besluiten om het Nederlandse
waterbestuur te reorganiseren.6
Opheffing van het waterschap vereist
overigens een wijziging van de
Grondwet, zoals de Universiteit Utrecht
onlangs in een advies aan de Unie van
Waterschappen aantoonde.7 Dit
verschaft de rust om los van politieke
hypes nog eens heel zorgvuldig over
de voors en tegens van het waterschap
na te denken. Een goede vaderlandse
wijsheid kan daarbij tot lering strekken:
"Don't fix it if it ain't broken."
1 Zie hiervoor onder meer de bijdrage
van H. van der Linden aan Het waterschap,
recht en werking (Deventer 1982) 9-34;
G.P. van de Ven (red.), Leefbaar Laagland
(Utrecht 2003); J.C.N. Raadschelders en
Th. A.J. Toonen (red.), Waterschappen in
Nederland (Hilversum 1993) en H.J.M.
Havekes, Functioneel decentraal
waterbestuur: borging, bescherming en
beweging. De institutionele
omwenteling van het waterschap in de
afgelopen vijftig jaar (Den Haag 2009).
2 Zie hiervoor B. Toussaint,
'Eerbiedwaardig of uit de tijd? De positie
van de waterschappen tussen 1795 en
1870', Tijdschrift voor
Waterstaatsgeschiedenis 18, nr. 2
(december 2009) 40-50.
3 H. van der Linden, 'Zeventuig - De
middeleeuwse oorsprong van ons
moderne waterschapsrecht in zeven
exempels', opgenomen in
Waterschapschouw (Deventer 1977)
23-60.
4 Rapport Risico's in bedijkte termen.
Een evaluatie van het beleid inzake de
veiligheid tegen overstromen (Bilthoven
2004) 159-160.
5 Uit het toetsingskader in mijn
hiervoor in noot 2 genoemde
proefschrift (pp. 377-401, in het
bijzonder p. 390) blijkt dat het
waterschap als waterbeheerder duidelijk
valt te verkiezen boven Rijk, provincie
en gemeente.
6 Advies 'Doelmatig waterbeheer',
AcW 2010/153, Den Haag juni 2010.
7 Advies 'De grondwettelijke positie
van het waterschap', I. Tappeiner,
H.F.M.W. van Rijswick, R. Nehmelman en
H.R.B.M. Kummeling, Universiteit
Utrecht, Disciplinegroep Staats- en
Bestuursrecht, Utrecht juni 2010.
Herman Havekes werkzaam bij de Unie
van Waterschappen en DG Water te Den
Haag. In 2009 gepromoveerd op een
onderzoek naar de institutionele
omwenteling van het waterschap in de
afgelopen vijftig jaar.
Wat zou Nederland zijn zonder waterschappen? Beeld van Hansje Brinker in Madurodam foto part. coil).
16 2010 nummer 8