Verzorgd verleden1
Het Platform Particuliere Archieven organiseerde op 22 april 2010 de bijeenkomst 'Het zal ons een zorg
zijn', over archieven van zorginstellingen. Lodewijk Winkeler blikt terug op de belangrijkste conclusies.
Permanente revolutie
Verhuizingen en fusies
Onvolwassenheid
Noten
Lodewijk Winkeler
In 1994 bracht de 'Werkgroep Geschiedenis
Intramurale Gezondheidszorg' van het
Nationaal Ziekenhuis Instituut, onder de
titel Verzorgd verleden, een handreiking
uit om het historisch bezit van zieken
huizen veilig te stellen. Te oordelen naar
het sinds de jaren zestig van de vorige
eeuw snel groeiend aantal geschiedenissen
en gedenkboeken van ziekenhuizen
en instellingen voor gehandicaptenzorg,
moet deze handreiking bij de betrokken
instellingsarchivarissen zijn gevallen
als Gods woord in een ouderling. Christa
Carbo en Max Paumen kwamen vorig
jaar tot maar liefst 85 titels van instel
lingen voor gehandicaptenzorg na
1960.1 De ziekenhuishistoricus Rob Wolf
telde in 2006 alleen al 26 gedenk
boeken van katholieke ziekenhuizen,
merendeels van recente datum.2 Een
uitvoerige overall geschiedenis van zieken
zorg en gehandicaptenzorg ontbreekt
nog, zoals die er inmiddels wel is voor
de geestelijke gezondheidszorg.3
De geschiedenis van ziekenhuizen
en andere zorginstellingen is bijzonder
complex, zeker als je teruggaat naar
de tijd dat zij nog als gasthuis werden
betiteld. Het verantwoord bijhouden
van archieven van zulke instellingen
is alleen al lastig omdat de perspectieven
ervan zo drastisch zijn veranderd.
De ziekenhuizen konden rond 1850 niet
veel méér bieden dan liefdevolle
en professionele hulp, en uiteindelijk
confessionele troost. Pas rond 1900
ontstond er zoiets als medische hulp
en die ontwikkeling heeft zich daarna
zo snel doorgezet dat de ziekenhuizen
eigenlijk, aldus Rob Wolf, "in een staat
van permanente revolutie" verkeerden.
En dat niet alleen vanwege de medische
vooruitgang. De ontkerkelijking had
al eerder haar sporen achtergelaten.
Katholieke ziekenhuizen werden vaak
opgericht door zuster- of broeder
congregaties, waarvan de zusters of
broeders alles deden, van poetsen
tot hoofddirectie. Tot in de jaren vijftig
was moeder-overste tevens hoofd
van de verpleging. Waar moet de latere
onderzoeker terecht? In het ziekenhuis
archief, of in dat van de betreffende
religieuze congregatie?
In de jaren vijftig tot zeventig volgde
een golf van uitbreidingen en nieuwbouw.
Dat betekende verhuizingen, waarbij
niet altijd zachtzinnig met het 'oud
papier' werd omgegaan. Daarna kwam
de tijd van schaalvergroting en fusies.
Het aantal ziekenhuizen daalde van
zo'n 250 naar 100. Waar zijn die 150
archieven gebleven? Verhuizingen
en fusies leiden gewoonlijk tot periodieke
opschoningen op een wijze waar een
historicus weinig gelukkig van wordt.
Soms slaagt een onderzoeker erin
de aandacht op het historisch archief
te vestigen, maar niet lang; de meeste
DIV-afdelingen hebben hun handen
al meer dan vol aan het dynamisch
archief. Ziekenhuisarchieven zijn veelal
ongeordend, ontoegankelijk, versnipperd
en in slechte staat, aldus Rob Wolf.
Moet er een centrum komen voor
archieven van zorginstellingen?
De zorgverzekeraars hebben in 1998 het
Kenniscentrum Historie Zorgverzekeraars
opgericht. Maar één centrum voor
zorgarchieven is een droom, aldus
Karel-Peter Companje van het KHZ.
Alleen al omdat veel ziekenhuizen
Sint-Radboudziekenhuis, Nijmegen, 18 maart
1957. Bisschop W. Bekkers bezichtigt een
'ijzeren long' - met sigaar! (foto KDC/KLiB).
in het verleden vooral een lokale
betekenis hadden, kunnen dergelijke
archieven ook lokaal worden
ondergebracht. Volgens Rob Wolf is de
slechte staat van de archieven mede te
wijten aan de onvolwassenheid van de
geschiedenis van het ziekenhuiswezen
of breder de gezondheidszorg. Dat lijkt
juist. Over de zorg voor archieven van
politici en politieke partijen hebben we
immers niet te klagen.
1 Christa Carbo en Max Paumen,
Liefdewerk en oud papier. De geschied
schrijving van de gehandicaptenzorg
(Houten 2009) 122-131.
2 Rob Wolf, Vooronderzoek naar de
geschiedenis van katholieke zieken
huizen in Nederland (Nijmegen 2006)
38-39.
3 Harry Oosterhuis en Marijke
Gijswijt-Hofstra, Verward van geest en
ander ongerief: psychiatrie en
geestelijke gezondheidszorg in
Nederland, 1870-2005 (Houten 2008).
Lodewijk Winkeler hoofd Katholiek
Documentatie Centrum.
nummer 7 2010 29