Van tuberculeuze runderen en hei lm koeien
Archiefontsluiting in hetonderwijs
Een populair gezelschapsspel tij
dens de veelgeroemde werkweken van
de Rijksarchiefschool te Woudschoten
was het zogeheten kwartetten.1 De deel
nemers kregen een stapeltje systeem-
kaarten. Op elk kaartje stond de beschrij
ving van een archiefbestanddeel. Men
kreeg de opdracht aan de hand van de
beschrijvingen de bestanddelen te orde
nen en een archiefschema te ontwerpen.
Dit kon evenveel archiefschema's ople
veren als het aantal deelnemers. En dus
volgde een levendige discussie. Door con
crete opdrachten te verbinden aan groeps
discussies leerden de studenten de praktijk
van het inventariseren in een theoretisch
kader plaatsen.
Die praktijk kwam ruimschoots aan bod
tijdens de eenjarige stage, terwijl andere
vaardigheden er vaak bekaaid van afkwa
men. Van mijn eigen stage herinner ik
me vooral veel werk aan de inventaris en
dagelijks oefenen voor paleografie én de
enthousiasmerende inhoudelijke gesprek
ken met toekomstige vakgenoten. Mede
door deze informele kennisoverdracht
speelde de stageplaats een belangrijke
vormende rol bij de professionalisering
van aspirant-archivarissen. Discussies
gingen over zaken als het herkomstbe-
ginsel en standaardbeschrijvingen, maar
konden ook ontaarden in gekissebis over
punten en komma's. De lessen aan de
Rijksarchiefschool en het centrale examen
moesten kwaliteit en een nationale stan
daard waarborgen.
Nieuwe ontwikkelingen hebben
V
ra""""
voor de archiefontsluiting geleid tot een
verbreding van de horizon. Het zwaarte
punt ligt al lang niet meer bij de archief
inventaris. Archiefdiensten vergroten hun
publieksbereik door digitalisering van toe
gangen en ten dele van de bronnen zelf.
De zoekmogelijkheden van dat publiek
zijn verbeterd door full text retrieval.
Kaartenbakken worden vervangen door
databases. Instellingen werken samen aan
de thematische ontsluiting van hun bron
nen. De digitale media hebben een invloed
die verder gaat dan het gebruik van nieu
we technieken of hulpmiddelen; ze beïn
vloeden ons toegankelijkheidsbegrip en
leiden tot een andere wisselwerking tus
sen de archiefdiensten en het publiek.2
Desondanks blijft de archiefinventaris een
waardevol ontsluitingsinstrument dat in
zijn hiërarchische structuurweergave kan
aansluiten bij zoekstrategieën in een digi
tale omgeving.3
De Archiefschool heeft zich altijd inge
spannen om alle studenten Archivistiek B
tijdens hun opleiding een archief te laten
inventariseren. Laatstelijk gebeurde dit
tijdens de module Archiefbewerking van
de minor Archivistiek. Studenten werkten,
onder uiteenlopende begeleiding, hard
voor deze module en het kwam niet zelden
voor dat het officiële aantal studiebelastin
guren (112 uur in drie maanden) ruim werd
1
HERINNERINGEN AAN
D
E ARCHIEFSCHOOL
overschreden. De Archiefschool kon als
zelfstandige instelling extra tijd en inzet
voor begeleiding bij deze module reserve
ren boven de reguliere docenteninzet van
de Hogeschool van Amsterdam (HvA).
Natuurlijk was het niet mogelijk een eind
product te leveren als de inventaris van de
opleiding oude stijl, maar voor studenten
bleef het vaak inspirerend om (soms voor
het eerst) een echt archief onder handen
te nemen. Helaas komt er met het einde
van de Archiefschool ook een einde aan
de archiefinventaris als vast onderdeel in
de opleidingen Archivistiek A en B.
Dit bijna symbolische afscheid zal
velen (waaronder mijzelf) aan het hart
gaan, maar is geen reden om het hoofd te
laten hangen. Het is beter te kijken wat er
wél gebeurt en wat mogelijk is. Momenteel
loopt de nieuwe minor Archieven op de
HvA. Binnen de minor biedt de module
Ontsluiting een brede kennismaking met
de huidige veelzijdige praktijk van de
archiefontsluiting. Studenten die zich wil
len specialiseren in ontsluiting kunnen
een archief inventariseren tijdens hun
stage of (onder voorwaarden) afstuderen
op een archiefinventaris. Ze krijgen op
deze manier de gelegenheid om een com
plex archief te bewerken en kunnen zich
goed in de materie verdiepen. Ook voor
de stageplaats of opdrachtgever kan het
resultaat interessant zijn.
In de module krijgen alle studenten een
introductie in de theoretische achter
gronden en in de praktische aspecten
van archiefbeschrijving en -bewerking.
Ook het instrumentarium om archieven
digitaal beschikbaar te stellen aan een
gevarieerd publiek wordt behandeld. Een
klassieke inventaris wordt gespiegeld aan
nieuwe internationale standaarden als
ISAD(G) en EAD. Als concrete eindop
dracht werken de studenten aan de nadere
ontsluiting van een archief. De bestaande
toegang vormt het uitgangspunt van de
werkzaamheden.
De module kent een centrale casus en
sluit hiervoor aan bij een samenwerkings
project van het Museum Volkenkunde
(MV) te Leiden en het Noord-Hollands
Archief (NHA). Het MV wil zijn archief in
digitale vorm voor onderzoek open stel-
len. Men streeft ernaar links te leggen
tussen gedigitaliseerde archiefstukken en
digitale afbeeldingen van de museumob
jecten. Ook de archieven die betrekking
hebben op de collectievorming vóór de
oprichting van het museum, die in het
NHA berusten, worden hierbij betrokken.
Studenten doen onderzoek in de archie
ven en formuleren hoe de resultaten van
dat onderzoek gekoppeld kunnen worden
aan de beschrijvingen van de 200.000
objecten in de digitale catalogus van het
museum. In deze database kan men vrij
zoeken en zoeken op afzonderlijke vel
den via trefwoorden of thesaurus. Bij de
resultaten van de zoekopdracht 'rund'
treft men de afgebeelde koe op wielen.
De afbeelding is voorzien van relevante
metadata, zoals datering, culturele en
geografische herkomst en een beschrij
ving van de heilige natuur van het dier.
Onderzoek in de archieven moet uitwij
zen of deze aanvullende informatie bevat
ten over dit specifieke object, of over de
context waarin het is verworven.
In de initiële opleidingen Archivistiek
A en B krijgen toekomstige archivarissen
de basis voor hun beroepsuitoefening
aangereikt in de vorm van geïnstitutiona
liseerd actief onderwijs op academisch of
hbo-niveau. Evolutionair gezien is actief
onderwijs een van de laatst ontwikkelde
varianten in een scala van vormen van
culturele overdracht.4 Maar om praktische
vaardigheden te ontwikkelen bedienen we
ons graag van een oudere variant: imitatie
van feitelijke technieken. Inventariseren
en andere vormen van toegankelijk maken
vergen inzicht en een kritische blik, maar
het zijn ook praktische vaardigheden die
slechts aangeleerd kunnen worden met
vallen en opstaan in een stimulerende
omgeving. Oefening baart kunst.
Zoals de archiefinstellingen in de opleiding
oude stijl een cruciale rol speelden bij de
kennisoverdracht, zo is ook nu een duide
lijke rol voor hen weggelegd. De expertise
op het gebied van ontsluiting kan worden
overgedragen aan nieuwe collega's, zoals
dat vroeger ook gebeurde, door stages en
afstudeerprojecten en door vakinhoude
lijke discussies. De huidige Archiefschool-
medewerkers zullen hierbij een rol blijven
spelen, bijvoorbeeld door de ontwikkeling
van nieuwe handleidingen en de begelei
ding van stages en afstudeerprojecten.5
Ook de door de Archiefschool verzorgde
bij- en nascholing wordt overgenomen
door de HvA. In overleg met het veld kun
nen nieuwe cursussen worden gestart.
Voor informele kennisoverdracht bestaat
nu meer dan ooit gelegenheid. De vraag is
welke collega's zich hiervoor actief willen
inzetten. Wie vat deze koe bij de horens
om haar te oormerken, etiketteren, labe
len, taggen, of anderszins van metadata te
(laten) voorzien? Wie start, bijvoorbeeld,
een subgroep inventariseren op Archief
2.0?6 Het initiatief ligt voor het oprapen.
5 Zie kadertekst.
18
december 2008
19
Door Maaike Lulofs
Een van de oefeningen bij de lessen
Ordenen en Beschrijven van de oude Rijks-
archiefschool betrof een dossier uit het
archief van de voormalige gemeente Dalen
(gedateerd 1905) inzake de overdracht aan
het Rijk van een tuberculeus rund door een
boer te Wachtum. Studenten moesten vorm
en functie analyseren van de verschillende
documenten in het dossier en bespraken
de mogelijke verschillen tussen dit dos
sier en de neerslag van de handeling bij
andere betrokken partijen. Zo ontbrak in
het Dalense dossier uit de aard der zaak het
etiket dat aan de horens van het rund beves
tigd moest worden. En vervolgens vroeg men
zich af: was dat etiket een bijlage bij het
rund, of het rund een bijlage bij het etiket?
Waardevol
1
turn Lamlbonn
XlülSTWE
WATF.K5T4ATTfASOtL
KI «JTERHEID.
N°.
ttty r/'t, vrfTtHf/'H aart r/rn c'Jjr/y,,
mt/ Wtrt/Z J
Ua/Zr/Svr Zr/SyZ vvryr„aMf„ /.,Z,r„Z„r3,
Zrc/f-t/è/r/t Zt.tcZ'ZZny vau (.'Ytmü/» v„„
o4fi„J<.</. r/Z aZL
.'..W
Zy e/r «firnt/tiy na at C^tcZ/rtr/aw mat Zr vcuttin van
r/ryrrr/ ,„r/et,a/rtZ /aam ö/rvy Zrvr.u
/yen aan Ztyir.nr/i/rZ van Zt ZerZt Zcttm.
u YyY* vc-r
Geleidebrief van een aan een tuberculeus rund te bevesti
gen etiket, ingekomen bij de burgemeester van Dalen van
de Afdeeling Landbouw van het Ministerie van Waterstaat,
Handel en Nijverheid, 1905. Uit een dossier afkomstig uit
het archief van de voormalige gemeente Dalen.
Kopie lesmateriaal Archiefschool.
1978-1979: opleiding Middelbaar Archiefambtenaar
Geschiedenis is als kunst: een direct maat
schappelijk nut heeft het niet, maar het is
wel leuk. Daarom hou ik van geschiede
nis. 1978: het diploma Avondatheneum
gehaald. Ik ben dan huisman en zorg voor
mijn tweejarig dochtertje. Welke stap nu
te zetten op de maatschappelijke ladder?
Terwijl ik mijn dochter in bad doe, is er
op de radio een uitzending van de over
heid: Hans de Vries, adjunct-directeur van
de Rijksarchiefschool. Archiefschool? Nooit
van gehoord. Geïnformeerd, aangemeld
en aangenomen. Vrijdags naar school
in Utrecht, de rest van de week stage in
Den Haag. Middelnederlands, geschiede
nis, paleografie: prachtvakken, sleutels
die het rijk van de geschiedenis openen.
Archiefschool? Uitstekende keus.
Staand v.l.n.r.: Lau de Graaff, Henk Frans.Theo
Thomassen,Jan Wigger, Harry Raap,Jan Bervoets,Joost
Lijten, Hettie Krol; zittend v.l.n.r.:Jan Kompagnie, Fanny
Mudde.Jan Mikkers.Arthur Mietes, Peer Boselie.
Module binnen minor
Rund
Museum Volkenkunde:'Koe op wielen, vrolijk gekleurd',
gedateerd negentiende eeuw, afkomstig uit India en
aangekocht in 1889 bij de Wereldtentoonstelling in Parijs
(www.rmv.nl en mondelinge mededeling Sijbrand de Rooij,
24 september 2008).
Oefening baart kunst
Maaike Lulofs is docent-onderzoeker bij de
Archiefschool. Voor aanmelding van stages en
afstudeerprojecten, informatie over de rand
voorwaarden van inventarisatieprojecten en
voorstellen voor nieuwe cursussen, mail naar:
m.de.haan@hva.nl
Noten
Spelleiders bij de hierna beschreven variant
waren Peter Horsman en Rudi van Maanen.
2 Th. Thomassen, Turning archival thinking
upside down. Archival theory and the use of
databases. Paper presented at the II Encontro
de bases de dados sobre informaföes arqui-
visficas Second Meeting of Data Bases about
Archival Information, Rio de Janeiro, 15 e 16
de margo de 2007.
3 M. Lulofs, 'Heer Muller en de Weetmuts.
Inventarissen van Samuel Muller onder de
digitale loep.' In Archievenblad jaargang 112
no.5, juni 2008.
4 F. de Waal, De aap en de sushimeester.
Culturele bespiegelingen van een primatoloog.
Nederlandse vertaling door B. Voorzanger
(Amsterdam/Antwerpen, 2001) 171-187.
6 http://archief20.ning.com/
archievenblad
december 2008
archievenblad