1
[DeQaak]
yah
m
KVA^rieuwsl
koninklijke vereniging van archivarissen in nederland
KVAN Nieuws
Bureau KVAN
Redactie Archievenblad
Over feit(h) en fixie
36
ko ninklijke vereniging van archivarissen in nederland
KVAN nieuws
SNAAI'er in beeld:
Christian van der Ven
37
HPPggg
van
archivarissen
Bureau Koninklijke Vereniging
van Archivarissen in Nederland.
Voor informatie over de KVAN,
bestelling van publicaties, aanmelding
voor activiteiten en wijzigingen in de
ledenadministratie kunt u contact
opnemen met het bureau. Kopij voor
het Archievenblad, berichten voor deze
rubriek en mutaties in de Almanak van
het Nederlands Archiefwezen kunt aan
het bureau van de KVAN doorgeven.
Herengracht 474
1017 CA Amsterdam
Tel. (020) 716 73 54
Fax: (020) 716 73 55
E-mail: bureau@kvan.nl
Internet: www.kvan.nl
Postbank Bureaurekening: 84767
De KVAN is een beroepsvereniging,
die alle mensen verenigt die werk
zaam zijn in het archiefveld. Het is
geen vereiste dat leden het diploma
archivistiek bezitten. Het archiefveld
is zo divers, dat mensen met zeer ver
schillende achtergrond/opleiding daar
in werkzaam zijn.Allen zijn welkom
als lid van de KVAN! De Koninklijke
Vereniging van Archivarissen in
Nederland stelt zich ten doel de
belangen van het Nederlands archief
wezen te behartigen en de deskundig
heid van archivarissen te bevorderen.
De vereniging organiseert onder
meer studiedagen, internationale
uitwisselingen en buitenlandse ori
ëntatiereizen. Leden van de KVAN
ontvangen kosteloos het Archievenblad
en de Almanak van het Nederlands
Archiefwezen. Student-leden en begin
nende beroepsbeoefenaars kunnen
tevens lid worden van de Sectie
Nieuwe en Aankomend Archivarissen
en Informatiespecialisten (SNAAI).
De contributie voor het lidmaatschap
van de KVAN bedraagt €61,- per jaar
(een hogere bijdrage is welkom).
De contributie voor een student-lid
bedraagt 18,- per jaar.
De historische roman is een beproefd mid
del om mensen in contact te brengen met
geschiedenis. Hoeveel archivarissen en historici
zijn er niet, die hebben onthuld dat de basis
voor hun historische belangstelling is gelegd
door het lezen van boeken over Fulco de min
streel, de scheepsjongens van Bontekoe of de
Leeuw van Vlaanderen? Het genre heeft onmis
kenbaar een plaats in het rijtje middelen waar
mee archiefdiensten het publieksbereik kunnen
vergroten. Historische romans zijn er in aller
lei soorten, met een wisselende mengeling van
ware gebeurtenissen en fraai verzonnen roman
tische verhalen. In sommige van die boeken is
zelfs gebruikgemaakt van authentieke bronnen,
archiefstukken.
Een van de beste voorbeelden van een op feiten
gebaseerde historische roman vind ik de boe
ken van Hella Haasse over mevrouw Bentinck.
Mevrouw Bentinck of onverenigbaarheid van karak
ter is "samengesteld uit of gebaseerd op authen
tieke documenten en brieven". Daarbij zijn
onder meer de rijksarchivaris in Gelderland en
de archivaris van het huisarchief Schaumburg-
Lippe betrokken geweest. In het nawoord heeft
de auteur zorgvuldig verklaard hoe zij met het
bronnenmateriaal is omgegaan. En terecht gaf
zij haar boek de ondertitel mee Een ware geschie
denis.
Van heel andere aard is het boek over de Zwolse
burger Henry II Fix, geschreven door de Zwolse
'gastarchivaris' Atte Jongstra. Op het eerste
gezicht lijkt een zelfde manier van werken te
hebben bestaan als bij de boeken over mevrouw
Bentinck. In het begin van het boek wordt
vermeld dat er gebruik is gemaakt van authen
tieke documenten, namelijk autobiografische
geschriften ontdekt op een veiling in Leiden.
In de verantwoording aan het eind wordt
een aantal archivarissen met name bedankt.
Maar schijn bedriegt. Henry II Fix heeft nooit
omstreeks 1800 in Zwolle rondgelopen en nooit
een vete gehad met de dichter Rhijnvis Feith.
Zijn gedachten zijn geconstrueerd uit hele en
halve citaten ontleend aan een bonte menge
ling van boeken. De plaatjes zijn veelal zonder
bronvermelding overgenomen uit andere boe
ken en voorzien van een nieuw bijschrift, dat
geen relatie heeft met het oorspronkelijke. Het
archief was van het fictieve karakter van Fix op
de hoogte en speelde het spel mee. Er werden
een tentoonstelling en een bijeenkomst aan Fix
gewijd.
De aanstelling van een gastarchivaris had tot
doel om het archiefmateriaal op een andere
manier aan een breder publiek te presenteren.
Maar de archiefdienst had er in dit geval ver
standiger aan gedaan om hetzij zelf de regie
beter in handen te houden, hetzij meer afstand
te bewaren tot de vrijheden die de gastarchi
varis zich heeft gepermitteerd in de omgang
met zijn materiaal. Het zou de instelling onder
meer hebben behoed voor de verdenking van
medeplichtigheid aan onrechtmatig gebruik
van beeldmateriaal. In de literatuur is vrijwel
alles geoorloofd, maar een archivaris kan zich
maar beter houden aan de regels en gebruiken
in zijn vak.
Henry II Fix is een kapitale grap, maar de
archivaris moet er niet aan meewerken dat het
publiek de grap als waarheid gaat zien. In het
spel van feit(h) en fictie (fixie) hoort de profes
sionele archivaris aan de kant van de feiten. Hij
is er voor het beschermen van de integriteit van
het archiefmateriaal. Hij hoort elke druk te weer
staan om gegevens te manipuleren met de bedoeling
feiten te verbergen of te verdraaien (beroepscode
art. 1). En de archivaris dient zich te onthouden
van iedere activiteit die zijn professionele integriteit,
objectiviteit en onpartijdigheid zou kunnen schaden
(art. 8). Hij hoort eerlijk te zijn over zijn col
lectie. De 'collectie Henry II Fix (HCO Zwolle)',
waaruit de meeste afbeeldingen in het boek
afkomstig heten te zijn, staat (nog?) niet in
het archievenoverzicht. En mocht er inmiddels
wel een dergelijke collectie zijn, dan zou deze
collectie Fix (of eigenlijk de collectie Jongstra,
en hierin de 'stukken betreffende de roman
De avonturen van Henry II Fix'), ten behoeve van
het publiek moeten worden voorzien van een
moderne toegang en een ouderwetse inleiding,
met daarin de waarheidsgetrouwe geschiedenis
van het archief. Want de objectiviteit en de onpar
tijdigheid van de archivaris zijn een maatstaf voor
zijn vakbekwaamheid (art. 1).
Yvonne Bos-Rops
archievenblad
juni 2007
archivarissen
Christian van der Ven (1978) kwam in
oktober 2000 met een achtergrond als
geschiedenisdocent en automatiserings
jongen op het Waalwijkse gemeentearchief
terecht. Vanaf mei 2004 werkt hij als
studiezaalcoördinator op het Brabants
Historisch Informatie Centrum (BHIC) in
's-Hertogenbosch. In maart 2006 behaalde
hij het diploma Archiefwetenschap/
Archivistiek A. Een gesprek met een
SNAAI'er van het eerste uur.
Wat betekent SNAAI voor jou?
"Je zult begrijpen dat ik veel met
SNAAI heb. Toen in 2003 het idee ont
stond voor de oprichting van deze sectie,
bleek dit de start van een hele intensieve
periode. Met slechts een beetje bestuur
lijke ervaring - maar wat mezelf betreft
zeker niet als voorzitter - zijn we met een
enthousiaste groep mensen aan de slag
gegaan. Met vallen en opstaan hebben
we het archiefveld uiteindelijk verrijkt
met een mooie, nieuwe sectie.
Voor mij persoonlijk heeft SNAAI veel
betekend. Ik heb ervaring opgedaan met
het opzetten van zo'n nieuwe club, met
besturen en met het hebben van eindver
antwoordelijkheid. Door SNAAI ben ik
betrokken geweest bij allerlei ontwikke
lingen, die zich in ons beroepsveld afspe
len en heb ik veel mensen ontmoet, die ik
anders vast nog niet was tegengekomen.
Ook heb ik veel geleerd over wat ik kan
en niet goed kan, over wat ik leuk vind
en minder leuk. Uiteindelijk heeft mijn
betrokkenheid bij SNAAI dus ook voor
persoonlijke inzichten gezorgd. Daarom
kan ik iedereen een soortgelijke bestuurs
functie van harte aanbevelen!
Maar aan alles komt een einde. In maart
heb ik mijn voorzittershamer neergelegd.
Alhoewel anderen daar niet zo zeker van
waren, vond ik dat mijn houdbaarheids
datum als eerste voorzitter zogezegd wel
was verstreken. SNAAI is opgezet als een
dynamische club voor nieuwe vakgeno
ten. Om dat te behouden, moet er een
goede doorstroom zijn van mensen.
En dat betekent dus ook dat er af en toe
een nieuwe voorzitter komt met frisse
Christian van derVen op het terrein van de Citadel in
's-Hertogenbosch (foto Alex Janssen/BHIC).
ideeën en andere kwaliteiten. Bovendien
wilde ik mijn aandacht ook weer op ande
re zaken kunnen richten. Door de druk
ke tijd met SNAAI bleven allerlei andere
leuke ideeën te vaak op de plank liggen,
vond ik. Ik kijk met veel plezier terug
op de samenwerking met het bestuur.
Natuurlijk blijf ik SNAAI en de activiteiten
volgen. Het leukste vond ik zelf namelijk
altijd om de reacties van leden te horen.
Wat ze van een excursie of een presen
tatie vonden, wat ze van SNAAI vinden.
Uiteindelijk stop je al die energie in zo'n
club om voor anderen iets goeds neer te
zetten, ondanks alle wijsheden die je er
zelf misschien aan overhoudt. Als iets
dergelijks niet ook een ander belang dan
het jouwe dient, kun je er maar beter mee
stoppen."
Vertel eens iets over je werk?
"Op het BHIC werk ik
als studiezaalcoördinator.
Ik mag ervoor zorgen dat
de dienstverlening op de
studiezalen van al onze
locaties en het inlichtin
genwerk goed verlopen.
Gelukkig heb ik een heel
goed team om me heen,
dat veel van die zorgen
van me wegneemt! Mijn
takenpakket is trouwens
wel met meer werk gevuld.
Zo ben ik intensief betrok
ken bij alle ontwikkelin
gen rond onze website en
leid ik het Zuidland-pro-
ject in goede banen. Dit
is een eigen, organisatie
breed project waarin we de
mogelijkheden en kansen
van de digitale dienstver
lening verkennen. E-com-
munities spelen daarin
bijvoorbeeld een belang
rijke rol."
Wat hoop je in de toekomst te bereiken?
"Ik heb veel ideeën, bijvoorbeeld over
digitale dienstverlening van historische
informatiecentra, nu en in de toekomst.
E-communities, web 2.0, virtuele werel
den... Dat soort dingen. Daaraan hoop
ik steeds meer vorm te kunnen geven.
Maar ik heb hierbij geen concreet func
tieprofiel op het oog, hoor! Het gaat mij
om het kunnen inspireren van anderen,
motiveren en enthousiasmeren. Op het
BHIC krijg ik daar gelukkig alle ruimte
voor. Het moet ook wel een positie zijn
van waaruit je mee aan het stuurwiel van
het schip, de organisatie, kunt draaien.
In veel gevallen moet het roer - om maar
even in deze beeldspraak te blijven han
gen - immers om, om daadwerkelijk het
ruime sop te kunnen kiezen. Want van
het blijven liggen in veilige havens is nog
nooit iemand beter geworden!"
juni 2007
archievenblad