Digitale klantvraaggeleiding of deprestatiegerichte archiefinstelling asa dienstverlening dienstverlening Tijdens de opleiding Archivistiek-A aan de UvA heb ik het dienstverlenings concept van de digitale klantvraaggelei ding diepgaand uitgewerkt in de master- scriptie 'De prestatiegerichte archiefin stelling'. De centrale vraag van het onderzoek was of het mogelijk is om op basis van bestuurskundige kwaliteitseisen een referentiemodel op te stellen voor digitale klantvraaggeleiding. Als bron voor deze eisen heb ik mij geconcen treerd op eGovernment, de digitale dienstverlening van de overheid. Het rapport Naar een publieksgericht archiefbe- stel uit 2003 stelt nadrukkelijk dat de archiefwereld moet aansluiten bij de hui dige trend in de publieke sector om te komen tot een meer prestatiegerichte overheid. De overheid streeft naar ver mindering van bureaucratie, betere com municatie met de burger en grotere transparantie van het handelen. Een prestatiegerichte overheid dient, wil het aan de verwachtingen van de moderne burger voldoen, scoren in vijf rollen: als dienstverlener, politieke organisatie, ont wikkelaar, beheerder en regeltoepasser/ handhaver.1 De overheid probeert eGovernment zó in te richten, dat het alle rollen ondersteunt. Uit mijn onderzoek bleek dat de prestatiegerichte houding van de over heid ten opzichte van de burger ook van toepassing is op de relatie tussen de archiefdienst en de archiefgebruiker. Als dienstverlenér stelt de archiefinstel ling de laatste jaren in toenemende mate de klantvraag centraal. Als politieke orga nisatie beheert zij het geheugen van de overheid en ondersteunt ze het beschik baar stellen van (historische) democrati sche informatie. Verder zal de ar chiefdienst als ontwikkelaar, vanwege de roep om betere service door de archiefge bruiker, meer ondernemerschap gaan vertonen en innovatieve dienstverlening ontwikkelen. De procesinnovatie die daaruit voortvloeit, is een goede stap in de richting van klantsturing. De archief dienst als beheerder van 'het archief als collectieve cultuurhistorische voorzie ning dient ervoor te zorgen dat efficiën tie en kwaliteit van de digitale dienstver lening hand in hand gaan. Ten slotte ontkomt ook de archiefinstelling er soms niet aan om als regeltoepasser op te tre den; ze zal de beperkende regels uit de Archiefwet 1995 (bijvoorbeeld voor wat betreft de openbaarheid) in de digitale dienstverlening dienen te integreren. Een op de kwaliteitseisen van eGovern ment gestoelde digitale klantvraaggelei ding stelt de archiefinstelling dus in staat om: vraaggerichte dienstverlening te bie den aan de klant (in de rol van dienst verlener); de aanspreekbaarheid van de overheid te ondersteunen voor de participant in de democratie (in de rol van politieke organisatie); innovatieve dienstverlening te ontwik kelen met de archiefgebruiker als part ner (in de rol van ontwikkelaar); de cultuurhistorische faciliteiten op een efficiënte manier te beheren voor de archiefgebruiker (in de rol van beheerder); op een consequente en voorspelbare manier de van toepassing zijnde wette lijke regels te handhaven ten aanzien van de archiefgebruiker als onderdaan (in de rol van regeltoepasser). Een archiefdienst die dat allemaal weet te verwezenlijken, is een prestatiegerichte archiefinstelling. Voor het opstellen van het referen tiemodel zijn dertien kwaliteitseisen voor eGovernment, opgesteld door Pink- Roccade Public2 en met gebruikmaking van de wetenschappelijke archivistische literatuur vertaald naar kwaliteitseisen voor digitale klantvraaggeleiding. In navolging van eerder onderzoek naar de kwaliteit van archiefsystemen door Horsman3 zijn de vertaalde kwaliteitsei sen geformuleerd als kwaliteitsattributen en -aspecten. Deze zijn vervolgens inge deeld in de kwaliteitsdimensies die Horsman hanteert: van het proces, voor de gebruiker en voor de leverancier. Aanvullend op Horsman is de relatie tus sen de attributen en de vijf verschillende rollen van de prestatiegerichte archiefin stelling in het model opgenomen. Dat kan de archiefdienst helpen bij het inzichtelijk maken in welke rollen zwak wordt gescoord en aan welke kwaliteits attributen meer aandacht moet worden geschonken. De indeling van de attributen over de dimensies lijkt op het eerste gezicht arbitrair. Veel attributen hebben immers zowel een proceskant als een gebruikers- en leverancierskant. Zo is bijvoorbeeld het attribuut Transparantie van belang voor het proces (het creëren van voor spelbaarheid), voor de gebruiker (weten waar je aan toe bent) en voor de leveran cier (het kunnen afleggen van verant woording). In dergelijke gevallen is geke ken welke raakvlakken er bestaan tussen het geformuleerde kwaliteitsattribuut en de vijf rollen van de prestatiegerichte archiefinstelling. Transparantie is een cruciale voorwaarde voor het ontwikke len van innovatieve dienstverlening met en voor de partner. Dat duidt op de rol van de archiefdienst als ontwikkelaar. Verder vergroot transparantie de accepta tie van besluitvorming en dat vergemak kelijkt het afleggen van verantwoording. We spreken dan over de rol van regeltoe passer. Volgens het referentiemodel val len de rollen van ontwikkelaar en regel 1 toepasser onder de dimensie van de leve rancier. Het attribuut Transparantie heeft dan ook daar een plaats gekregen. Hoe kan de analytische waarde van het referentiemodel worden bepaald? In het onderzoek is gekeken in welke mate het model in staat is om best practi- ce-activiteiten uit enkele casusprojecten op het terrein van de digitale dienstverle ning te destilleren. Aan de hand van de in 2006 gelanceerde Scorekaart van DEN4 heb ik een Scorekaart voor de toekomst vaste ontwikkeling van digitale klant vraaggeleiding samengesteld. In navol ging van de Scorekaart van DEN zijn de kwaliteitseisen van het model als vraag geformuleerd en voorzien van een sco ringspercentage. Bijvoorbeeld: het attri buut Transparantie kent twee kwaliteits aspecten, dus zijn er twee vragen waarop kan worden gescoord (Is de transparantie gericht op het afleggen van verantwoor ding? Ziet de projectorganisatie het afleg gen van actieve verantwoording als ver plichting of als deugd?). De optelsom van deze scores maakte het mogelijk om een scorekaart per kwaliteitsattribuut op te stellen. Het referentiemodel was dus in staat om best practice activiteiten te her kennen. Ook bleek het mogelijk om met deze cijfers vast te stellen in hoeverre de projecten de verschillende rollen van de prestatiegerichte archiefinstelling onder steunen. Een van de casusprojecten, het digitale klantvraaggeleidingsproject Archief in Zicht van het Regionaal Archief Nijmegen, scoort hoog in de rol van dienstverlener. Het geleidingssys teem van Archief in Zicht slaagt er goed in om informatie aan te bieden in de context van de zoekvraag van de archief gebruiker. Met meer aandacht voor klant sturing kan de prestatie in deze rol nog behoorlijk worden opgewaardeerd. Ook de relatief hoge score in de rollen van beheerder, ontwikkelaar en regeltoepas ser kan nog worden verbeterd door meer prioriteit te geven aan de attributen Efficiëntie en Toegankelijkheid. Inmiddels is duidelijk geworden dat het toetsen van Archief in Zicht aan de Scorekaart veel inzichten voor verbete ring oplevert. Het project is in volle ont wikkeling; het Regionaal Archief Nijmegen zal u hiervan op de hoogte houden. 24 25 Door Wim Mastenbroek Het Regionaal Archief Nijmegen (RAN) zet zich in om de digitale dienstverlening voor haar klanten voortdurend te verbeteren. Hierin heeft het RAN het dienstverlenings concept van de 'digitale klantvraaggelei- ding' ontwikkeld. Hieronder worden ver staan de applicaties, werkprocessen, kennis en vaardigheden die het mogelijk maken om de archiefgebruiker met een bepaalde informatiebehoefte op een zelfredzame en vraaggerichte manier naar relevante histori sche informatie te leiden. De digitale klant vraaggeleiding blijkt de archiefinstelling niet alleen te ondersteunen in haar rol als dienstverlener, maar ook in andere rollen. Vijf rollen van een archiefinstelling Referentiemodel Digitale klantvraaggeleiding ondersteunt de zelfredzaam heid van de archiefgebruiker. Het referentiemodel ziet er als volgt uit: Dimensie 1: Dimensie 2: Dimensie 3: Kwaliteit van het proces Kwaliteit voor de gebruiker Kwaliteit voor de leverancier Rol archiefinstelling en archiefgebruiker: Rol archiefinstelling en archiefgebruiker: Rol archiefinstelling en archiefgebruiker: beheerder - gebruiker dienstverlener - klant ontwikkelaar - partner politieke organisatie - participant regeltoepasser - onderdaan Attributen Aspecten Attributen Aspecten Attributen Aspecten Uniformiteit Geïntegreerd Vraaggerichtheid Doelgroepgericht Toegankelijkheid Competentiegericht Midoffice-gericht Belevingsgericht Individueel Flexibiliteit Operationeel Kennisvergaring Virtueel Structureel Vraagsturing Integraal Proactiviteit Personalisatie Prioritering Individueel Controle Garantiestelling Monitoring Vraagspecificering Geautomatiseerd Transparantie Verantwoording Benchmarking Themagericht Actief Efficiëntie Interoperabiliteit Vertrouwelijkheid Doelbinding Zelfredzaamheid Zelfonderwijzend Standaardisering Proportionaliteit Betrokken Eenmalig Betrouwbaarheid Vastlegging Ethisch Communicatief Scorekaart ter beoordeling Archivarissen dienen archiefgebruikers vertrouwd te maken met de digitale klantvraaggeleiding. Wim Mastenbroek is bureauhoofd Beheer van het Regionaal Archief Nijmegen en studeerde af op de masterscriptie 'De prestatiegerichte archiefinstelling'. Deze is in zijn geheel te vinden op de website van het Regionaal Archief Nijmegen: http://www2.nijmegen.nl/ wonen/geschiedenis_archeologie/Archief/vakgenoten/ archief_in_zicht. Noten J. Hiemstra, Presterende gemeenten. Hoe gemeenten beter kunnen presteren (Atphen aan den Rijn 2003). 2. B. Daniels, e.a., Visie op overheidsdienstver lening: een fundament onder e-government (Zoetermeer 2000) 3. P. Horsman, 'Archiefsystemen en kwaliteit', in: Naar een nieuw paradigma in de archivis- tiek. Jaarboek Stichting Archiefpublicaties (Den Haag 1999) 85-105. 4. Always under construction. Toets de toe komstvastheid van uw culturele website (Amsterdam 2006). archievenblad april 2007 april 2007 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2007 | | pagina 12