Internationale Sorm voor Archivistische Geautoriseerde Beschrijvingen *an Organisaties, Personen en Families En we noemen 'm: De bijeenkomst vond plaats in het AMVC-Letterenhuis in Antwerpen, het centrale archief en documentatiecentrum voor de letteren, podiumkunsten, muziek en kunst in Vlaanderen en de Vlaamse Beweging in het algemeen. De erfgoedin stelling beheert de nalatenschap van ver schillende Vlaamse schrijvers, acteurs, kunstenaars, musici en componisten, maar ook de archieven van diverse cultu rele instellingen. Een mooie omgeving dus om te discussiëren over een standaard voor het beschrijven van archiefvormers. Twee vragen stonden centraal, namelijk 'Wat is ISAAR(CPF) nu precies?' en 'Hoe valt ISAAR(CPF) te implementeren in onze beschrijvingspraktijk?' De eerste vraag werd besproken door Herman Coppens en Peter Horsman. Coppens (Departementshoofd Rijks archief Vlaanderen) was in de periode 2000-2004 lid van de ICA Committee on Descriptive standards. In zijn introductie ging hij in op de ontstaansgeschiedenis, uitgangspunten en opzet van ISAAR(CPF) versie 2.1 Zowel ISAAR(CPF) als haar zus- ternorm ISAD(G) gaan uit van het afzon derlijk beschrijven van archieven en archiefvormers. De fundamenten onder ISAAR komen uit de wereld van de bibli otheken, waar het catalogiseren al vroeg geautomatiseerd werd. Voor de uitwisse ling van bibliografische gegevens bleek standaardisatie van de beschrijvingen daar noodzakelijk. ISAAR(CPF) stimuleert dan ook een vergelijkbare standaardisatie in het beschrijven van de organisaties, personen of families die archieven heb ben gevormd. Het Engelse begrip daar voor is authority record, in het Nederlands vertaald met geautoriseerde beschrijving. ISAAR(CPF) definieert dit als 'de geautori seerde naam gecombineerd met andere gegevenselementen die de bewuste enti teit identificeren en beschrijven en even tueel verwijzen naar andere geautoriseer de beschrijvingen'. Deze beschrijving bevat dus meer gegevens dan de naam en naamsvarianten, zoals in de bibliotheek wereld gebruikelijk is. ISAAR(CPF) bestaat uit vier velden: 1. Identiteit (met gegevens die de beschreven entiteit op een unieke wijze identificeren en de gestandaardiseerde ontsluitingstermen voor de geautoriseerde beschrijving definiëren). 2. Beschrijving (met relevante gegevens over aard, context en activiteiten van de beschreven entiteit). 3. Relaties (met gegevens over relaties met andere organisaties, personen en/of families). 4. Beheer (met gegevens die de geautori seerde beschrijving op een unieke wijze identificeren en met gegevens die aangeven hoe, wanneer en door welke instantie de geautoriseerde beschrij ving werd gecreëerd en onderhouden). Ieder veld bestaat uit een aantal beschrij vingselementen, in totaal 27. Voor een beschrijving zijn vier elementen ver plicht: Soort entiteit (nl. organisatie, per soon of familie); de Geautoriseerde naam van de entiteit; de Bestaansperiode van de entiteit; en de Identificatiecode van de geautoriseerde beschrijving. De overige elementen zijn facultatief. De norm geeft verder richtlijnen voor het beschrijven van de relaties tussen archief vormer en bron. Horsman (Archiefschool) plaatste ISAAR(CPF) vervolgens in het bredere kader van het denken over context en contextgegevens. Kennis van de context waarin archieven zijn gevormd en beheerd is essentieel voor het kunnen interpreteren van archieven. Deze oor spronkelijke context kan alleen via beschrijvingen worden vastgelegd. De beschrijvingsstandaarden ISAAR(CPF) en ISAD(G) zijn daarvoor ontwikkeld. De praktijk stond centraal in de pre sentaties van Jan Corthouts (Universiteit Antwerpen), Peter Heyrman (KADOC), Willem Vanneste (Stadsarchief Antwerpen) en Ivo Zandhuis (EAC- expert). De eerste drie sprekers gingen in op de implementatie van ISAAR(CPF) in verschillende beschrijvingsdatabases. Interessant hieraan is, dat de drie data banken vanuit heel verschillende achter gronden zijn opgezet. Agrippa is medio jaren negentig in opdracht van het AMVC-Letterenhuis ontwikkeld door Anet, het netwerk van wetenschappelijke bibliotheken in Antwerpen en Limburg. Deze databank bevat authority records van personen, orga nisaties etc. die actief waren in het Vlaamse culturele veld. Deze beschrijvin gen zijn gekoppeld aan beschrijvingen van de bronnen die het Letterenhuis heeft van of over die persoon. Zo bezit het Letterenhuis bijvoorbeeld brieven, affiches, foto's, tekeningen, beelden en handschriften van en over Paul van Ostaijen. Via Agrippa zijn beschrijvingen van de auteur en de bronnen maar ook de gedigitaliseerde versie van bijvoorbeeld het gedicht 'Boerecharleston' en van foto's van Van Ostaijen te zien. In 2004 werd geconstateerd dat de Agrippa-beschrijvingen weinig contextu eel zijn. Besloten werd om ISAAR(CPF) te implementeren in de bestaande data bank. Corthouts liet aan de hand van ver schillende in- en uitvoerschermen zien hoe deze implementatie Agrippa veran dert. De komende periode zal ook ISAD(G) worden geïntegreerd, de stan daardisatie gaat dus ook op het niveau van bronbeschrijvingen verder. Waar bij Agrippa ISAAR(CPF) 'achteraf' werd ingebouwd, werd bij de ontwikke ling van de ODIS-database al meteen rekening gehouden met ISAAR(CPF). Het Onderzoekssteunpunt en Databank Intermediaire Structuren in Vlaanderen, kortweg ODIS, is een samenwerkingspro ject van verschillende Vlaamse erfgoedin stellingen. ODIS ontwikkelde een data bank met beschrijvingen van organisa ties, personen, publicaties en archieven die verband houden met 'privaatrechtelij ke organisatievormen die een bemidde lende functie vervullen tussen het indivi du en de publieke overheden en daarbij een zekere continuïteit nastreven', zoals maatschappelijke organisaties, politieke bewegingen, vrouwenorganisaties, jeugd organisaties etc. De informatie aangaande die beschrijvingen is afkomstig uit zeer verschillende bronnen. Heyrman gaf aan dat de ODIS-databank een breder doel heeft dan het beschrijven van de verschil lende archiefvormers. Via ODIS zijn ook structuren en relaties tussen organisaties aan te geven, ODIS heeft daarmee veel meer een encyclopedische functie. Bij het ontwerp van de datastructuur werd reke ning gehouden met de eerste versie van ISAAR, maar er werd wel enige vrijheid genomen. De gegevens van personen en organisaties worden nu wel volgens de huidige versie van de norm aangeboden. eFloris is de digitale toegang tot de bron nen in het Stadsarchief Antwerpen. eFloris is een bestaande applicatie, waar ISAD(G) al in was geïntegreerd. Binnen het stadsarchief ontstond de behoefte om ook de gegevens over personen en organi saties op een gecontroleerde wijze te beheren. Tijdens een upgrade van het sys teem werd dan ook besloten om ISAAR(CPF) te implementeren in eFloris. Vanneste ging in zijn presentatie in op een door het stadsarchief ontwikkeld Handboek Toepassing van ISAAR(CPF). In dit handboek is per beschrijvingselement aangegeven of het element verplicht is, optioneel is, een standaardwaarde bevat of niet gebruikt mag worden. Conform ISAAR zijn slechts vier velden verplicht. Bij de afsluitende paneldiscussie bleek de eenvoud van deze aanpak van het stads archief, door Vanneste verwoord als 'ISAAR a la Stadsarchief Antwerpen', door de congresgangers zeer gewaardeerd te worden. In verschillende presentaties werd al kort even aandacht besteed aan EAC, Encoded Archival Context. Zandhuis ging in een laatste praktijkcase uitgebreid in op EAC. Hij spitste zijn inleiding toe op de relatie tussen ISAAR en EAC. EAC is een XML- standaard die te gebruiken is om ISAAR(CPF)-beschrijvingen op te slaan en/of via internet te publiceren. Centraal staat de scheiding van documentinhoud (ISAAR), documentstructuur (EAC) en documentpresentatie (een stylesheet). Door combinatie van deze drie elemen ten zijn beschrijvingen te publiceren. Via een zogenaamde 'demonstrator' liet hij zien hoe de relaties tussen bronnen en archiefvormers gelegd kunnen worden. ISAAR(CPF) draagt wezenlijk bij aan publieksgerichte ontsluiting van archieven. De tweede versie van ISAAR(CPF) werd in augustus 2004 gepresenteerd tij dens het internationale ICA-congres in Wenen. De norm werd vertaald in het Nederlands door een ad-hoc Vlaams- Nederlands Vertaalverband bestaande uit Willem Vanneste, Mare Nelissen, Peter Heyrman, Peter Horsman en Erika Hokke. Uitgangspunten in het vertaalproces waren: Dicht bij het origineel blijven, dus vaste grammaticale constmcties hand haven; eenvormigheid in vertaling nastreven; zuiver vertalen, dus geen commentaar toevoegen; en aansluiten bij bestaande Nederlandstalige terminologie. De standaard voorzien van Nederlandse en Vlaamse voorbeelden. Een concept-vertaling werd in mei 2005 gepubliceerd en voorzien van commentaar door verschillende collega's uit het veld. Op 28 april 2006 werd de definitieve ver taling gepubliceerd op de VVBAD-studie- dag. De vertaling is beschikbaar via: www.archiefschool.nl/docs/isaar(cpf)2nl.pdf. De paneldiscussie werd vooraf gegaan door de overhandiging van ISAAR(CPF) aan Leen van Dijck, coördinator van het AMVC-Letterenhuis en dagvoorzitster tij dens de studiedag. De discussie, onder lei ding van Patrick de Temmerman, concen treerde zich in eerste instantie op de vraag in hoeverre het niet te tijdrovend en/of te duur is om naast de bestaande beschrij vingspraktijk ook nog beschrijvingen van archiefvormers te maken. De sprekers dachten hier wisselend over. Het maken van beschrijvingen kost natuurlijk tijd, maar zoals Heyrman benadrukte, de toe passing van ISAAR draagt wezenlijk bij aan publieksgerichte ontsluiting van archie ven. Bovendien ontstaat door digitalise ring behoefte aan standaardisatie, aanslui ten bij een bestaande standaard als ISAAR kan dan juist ook besparend werken. Verder hoef je natuurlijk niet meteen van iedere archiefvormer een beschrijving te maken. Volledigheid is een mooi streven, maar stap-voor-stap is pragmatischer. Een tweede discussiepunt betrof verder gaande samenwerking. In de verschillende presentaties was al naar voren gekomen dat er misschien afspraken gemaakt moe ten worden over bijvoorbeeld het stan daardiseren van namen. Het belang van afstemming werd gevoeld door zowel zaal als panel, maar het moment voor concrete acties is nog niet aangebroken. Zoals een deelneemster zei: "Laten we eerst maar eens allemaal een paar ISAAR-fiches maken en dan weer verder praten." De discussie ging tenslotte ook nog over de betrouwbaarheid van informatie op inter net. Uit recent onderzoek blijkt dat veel jongeren informatie op internet voor zoete koek aannemen. Als archiefwezen moeten we er dus juist voor zorgen dat de informa tie die afkomstig is van officiële instanties correct, informatief en verantwoord is. Beschrijvingen conform ISAAR(CPF) zijn daarbij een middel. Kortom, een nieuwe standaard als ISAAR doorgronden en implementeren kost moeite. Maar de pluspunten zijn te benoe men: het ondersteunt de publieksgerichte ontsluiting van archieven, draagt bij aan betrouwbare informatievoorziening en kan besparend werken. Onze archiefge bruikers hebben er baat bij! 14 Door Erika Hokke* Eind april zag de Nederlandse vertaling van ISAAR(CPF) het licht. Reden voor de WBAD, de Vlaamse Vereniging voor Bibliothecaris sen, Archivarissen en Documentalisten, om op 28 april een studiedag aan deze nieuwe beschrijvingsnorm te wijden. Archiefvormerscontext Inhoud van ISAAR(CPF) Het vertaal verband. Van links naar rechts: Mare Nelissen, Peter Horsman, Peter Heyrman,Willem Vanneste en Erika Hokke. Implementatie:2 Agrippa, ODIS, eFloris en EAC 7 De vertaling van ISAAR(CPF) Publieksgericht, betrouwbaar en besparend Erika Hokke is als docent en onderzoeker verbonden aan de Archiefschool. Noten 1 Zie voor een toelichting op de inhoud en opzet van ISAAR(CPF) ook het artikel in het Archievenblad van oktober 2004. 2 Zie voor Agrippa www.agrippa.be; voor ODIS www.odis.be; voor eFloris http://stadsarchief. antwerpen.be/Unrestricted/DefaultEFIoris.aspx; en de EAC demonstrator www.zandhuis.nl/eac/ demonstrator/. archievenblad juni 2006 archievenblad um 2006

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2006 | | pagina 7