[De ©aak]
y3n
KVAN nieuws
KVAN Nieuws
Bureau KVAN
Redactie Archievenblad
Over beschikbaar stellen en
authenticiteit
Ter inzagelegging selectielijsten
KVAN nieuws
Algemene Ledenvergadering KVAN en Ketelaarlezing 2005
in Sociëteit 'De Witte', Den Haag, donderdag 13 oktober 2005
Aanmelding Hierbij meld ik mij aan voor de Ketelaarlezing 2005 op 13 oktober 2005
Naam:
43
archivarissen
Bureau Koninklijke Vereniging
van Archivarissen in
Nederland.
Voor informatie over de KVAN,
bestelling van publicaties,
aanmelding voor activiteiten en
wijzigingen in de ledenadministratie
kunt u contact opnemen met het
bureau. Kopij voor het Archievenblad,
berichten voor deze rubriek
en mutaties in de Almanak van
het Nederlands Archiefwezen kunt
aan het bureau van de KVAN
doorgeven.
Cruquiusweg 31
1019 AT Amsterdam
Tel. (020) 462 77 27
Fax: (020) 462 77 28
E-mail: bureau@kvan.nl
Internet: www.kvan.nl
Postbank Bureaurekening: 84767
Een recente uitspraak van een collega: 'over
tien jaar wil ik geen originele archiefstukken meer
in de studiezaal zien - alles is digitaal'. Afgezien
van het realisme van deze uitspraak (want wie zal
de middelen hebben om de vele kilometers zo
snel te verwerken) geeft deze opmerking wel stof
tot overdenking. Want wat betekent het als dat
werkelijk zo zou zijn? Wat is het gevolg als de
onderzoeker geen originelen meer kan inzien?
Het hangt natuurlijk af van de manier waarop de
archieven dan geraadpleegd kunnen worden. Dat
kan door de onderzoeker een bewerking aan te
bieden, informatie uit de archieven die is verwerkt
in databases. Zoals bij genealogische bronnen in
programma's als GenLias, Digitale Stamboom, Isis
en andere, of bij kadasterinformatie, die via de
database van de WoonOmgeving te raadplegen is.
En er bestaan meer van dergelijke bewerkingen.
Hier is het duidelijk waar het om gaat: de onder
zoeker krijgt niet de archieven, maar door ande
ren bewerkte informatie daaruit. Het nadeel is dat
hij daarvan veelal noch de volledigheid, noch de
juistheid kan controleren.
Een andere mogelijkheid is, dat alle stukken ge
scand zijn en dat de onderzoeker in plaats van een
echt stuk papier datzelfde stuk papier te zien krijgt
op zijn beeldscherm. Vergelijkbaar met documen-
In het kader van de archiefwettelijke pro
cedure tot vaststelling van selectielijsten (art.
4, lid 2 van het Archiefbesluit 1995) liggen de
navolgende (concept-)selectielijsten teza
men met het bijbehorende rapport van het
institutioneel onderzoek en het verslag van
het driehoeksoverleg vanaf 2 augustus 2005
voor een periode van zes weken ter inzage in
de bibliotheken van de betrokken zorgdra
gers, het Ministerie van OC&VJ en de rijksar
chieven in de provincie, evenals bij de infor
matiebalie in de studiezaal van het Nationaal
Archief:
selectielijst, ingediend door de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten namens de
betrokken gemeenten en intergemeentelij
ke organen voor de neerslag van handelin
gen van de gemeentelijke en intergemeen
telijke organen over de periode vanaf 1996.
selectielijst, ingediend door de minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijks
relaties, van Defensie, van Financiën, van
Justitie, van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport, de vakminister, de onder deze
ministers ressorterende actoren en door
de Raad voor Strafrechttoepassing en
Jeugdbescherming voor de neerslag van
handelingen op het beleidsterrein Justi
tiële Jeugdzorg over de periode 1945-2000.
Voor meer informatie: tel. (070) 331 55 31 of
www.nationaalarchief.nl.
ten op microfilm. De voordelen zijn evident: het
originele stuk is in zijn geheel te zien, het is niet
meer nodig om te wachten totdat er een stuk uit
het depot is gehaald, er treedt geen gebruiksscha-
de op en als de bestanden op internet staan, is
zelfs een reis naar het archief niet meer nodig.
Maar er is ook een andere kant. Het overzetten
van de documenten op een andere drager (foto,
film of digitale media) doet afbreuk aan een van
de kenmerken van echtheid. Het ontneemt de
onderzoeker de mogelijkheid informatie te ontle
nen aan de uiterlijke kenmerken van de drager
(papiersoort, kleur, lijnen van het schrift, sporen
van veranderingen en dergelijke).
Moet een archivaris dit eigenlijk allemaal toejui
chen? Volgens de beroepscode dient een archiva
ris de authenticiteit van documenten te beschermen
gedurende het bewerken, conserveren en gebruiken
daarvan, (art. 3) Die bepaling strekt zich ook uit
tot reproductie: Het vervangen van originele archief
bescheiden door andere gegevensdragers dient te gebeu
ren met in acht name van hun wettelijke, intrinsieke
en informatieve waarde, (art. 3)
Dat stelt zo zijn eisen aan de verschillende projec
ten. De eisen voor het scannen en verfilmen wor
den over het algemeen wel nageleefd. De kwaliteit
van de reproductie moet goed zijn, er moet geen
vervorming van formaten optreden, er moeten
geen bladzijden worden overgeslagen, enzovoort.
In het geval van verwerking van informatie uit
archieven in databases, dient voor de raadpleger
ongevraagd duidelijk te zijn welke bestanden, en
eventueel onderdelen daarvan, wel en niet zijn
opgenomen. En de gegevens horen pas aangebo
den te worden nadat ze deugdelijk zijn gecontro
leerd.
De collega die geen originele archiefstukken meer
in de studiezaal wil zien, wacht een teleurstelling.
Er zullen altijd gevallen zijn dat een stuk echt in
een studiezaal ongehinderd, en uiteraard met alle
voorzorgsmaatregelen voor materieel behoud,
bekeken moet kunnen worden. En dan is het te
hopen dat er zich geen andere belemmeringen
voordoen. Zoals in het geval van het originele
charter, dat zo prima verzorgd was, dat het grote
formaat van het karton waarop het was opgezet,
het lezen van de tekst fysiek vrijwel onmogelijk
maakte en het bestuderen van de zegels, toch
eigentijdse kenmerken van authenticiteit, hele
maal niet kon, omdat die waren ingepakt in
ondoorzichtig wit beschermingsmateriaal.
Yvonne Bos-Rops
42
archievenblad
september 2005
tSTtit
saöfci?
Programma:
13.30 uur Ontvangst leden KVAN met koffie/thee
14.00 uur Algemene ledenvergadering KVAN
Agenda
Opening
Notulen Algemene Ledenvergadering 19 april 2005
(gepubliceerd in Archievenblad van mei 2005; jaargang 109 nummer 4)
Mededelingen
Bestuurssamenstelling
Financiële jaarstukken
Archiefonderwijs
Beleid gepensioneerde en ex-vakgenoten
Commissie buitenland
Commissie beroepscode
1.
2.
3-
4-
5-
6.
7-
8.
9-
10. SNAAI
11.
Archievenblad
12. Almanak
13. Stichting Archiefpublicaties (S@P)
14. Rondvraag
15. Sluiting
15.00 uur Pauze leden KVAN ontvangst toehoorders Ketelaarlezing met koffie/thee
15.30 uur Ketelaarlezing 2005
door prof.drs. Paul Scheffer: 'Het verleden vraagt onderhoud'
16.30 uur Borrel
18.00 uur Einde
arch ivarissen
Locatie:
De Nieuwe of littéraire Sociëteit De
Witte, Plein 24, Den Haag. Voor route
beschrijving zie www.societeitdewit-
te.nl.
Aan het bijwonen van de Ketelaar
lezing zijn geen kosten verbonden
maar i.v.m. het beperkte aantal plaat
sen is reserveren noodzakelijk. Reser
veringen worden verwerkt op volgor
de van binnenkomst. KVAN-leden
hebben voorrang. U kunt zich voor de
Ketelaarlezing 2005 vóór 6 oktober a.s.
aanmelden per e-mail: afsprakenbu-
reau@nationaalarchief.nl met vermel
ding van uw naam en adresgegevens
en of u wel/geen KVAN-lid bent. U
kunt ook de onderstaande bon opstu
ren naar:
Nationaal Archief, t.a.v. Afspraken-
bureau, Antwoordnummer 93320,
2509 WB Den Haag.
Derde Ketelaarlezing
'Het verleden vergt onderhoud'
door Paul Scheffer
De Ketelaarlezing is in 2002 ingesteld door het
Nationaal Archief bij het afscheid van prof.dr.
Eric Ketelaar (algemeen rijksarchivaris van
1989-1997). De lezing wordt jaarlijks in samen
werking met de KVAN georganiseerd, waarbij
telkens op een bijzondere wijze een relatie
wordt gelegd met archieven.
Prof.drs. Paul Scheffer gaat zich richten op de
manier waarop een gemeenschap omgaat met
zijn verleden. Zijn vertrekpunt is een uitspraak
van de schrijver Milan Kundera: 'De mens is van
het verleden gescheiden door twee krachten die
elkaar versterken: de kracht van het vergeten
(die uitvlakt) en de kracht van de herinnering
(die vervormt)'. Wat Kundera beweert voor indi
viduen gaat, naar de mening van Scheffer, ook
op voor gemeenschappen. De omgang met het
verleden vereist een zorgvuldige toetsing van
het collectieve geheugen. Dat is ten zeerste ver
waarloosd, juist omdat ons cultuur- en onder
wijsbeleid in het teken heeft gestaan van ver
nieuwing en niet van het onderhoud. Maar alle
cultuur bestaat bij gratie van creativiteit en con
tinuïteit.
De publicist Paul Scheffer is medewerker van
NRC-Handelsblad. Als bijzonder hoogleraar
bekleedt hij sinds 2003 de Wibautleerstoel voor
grootstedelijke problematiek van de Universiteit
van Amsterdam. Scheffer studeerde psycholo
gie, filosofie en politieke wetenschappen in
Nijmegen en Parijs. Daarna was hij onder meer
werkzaam als correspondent in Parijs en
Warschau, wetenschappelijk medewerker van
de Wiardi Beckmanstichting en universitair
docent in Amsterdam en Groningen. Als pro
grammamaker werkte hij mee aan de VPR0-
series 'Wachten op de barbaren, grenzen van
Europa' (1996) en 'Leven en werken' (samen met
Michaël Zeeman, 1998-1999).
Sinds 1979 schreef hij zo'n 200 essays. Deze zijn
verschenen in NRC-Handelsblad, de Volkskrant,
de Groene Amsterdammer, de Haagse Post en
Vrij Nederland en in tal van buitenlandse bladen
zoals de Frankfurter Allgemeine Zeitung,
Politiken, El Pais, Le Figaro, De Standaard en
Gazeta Wyborcza. Daarnaast publiceerde hij
enkele boeken: 'Het nut van Nederland.
Opstellen over soevereiniteit en identi
teit' (1996), 'Een tevreden natie. Nederland in
Europa'(i998) en 'De greep van de eeuwige
vrede' (2000). Zijn artikel 'het multiculturele
drama', uit januari 2000, gaf aanleiding tot een
levendig debat, onder andere met historici, die
zijn kritische visie op de multiculturele samenle
ving niet deelden.
Adres:
Tel.:E-mail:
Ik ben wel/geen lid van de KVAN
september 2005
archievenblad