van Els Kram DIRECTEUR (V/M) voor het Regionaal Historisch Centrum in Limburg voor 36 uur per week Functie inhoud Als directeur van deze instelling geeft u inhoudelijk en zakelijk leiding aan een team van professionals. U bent verantwoordelijk voor: Het positioneren, vormgeven en uitbouwen van het regionaal historisch centrum tot een belangrijk en aansprekend historisch informatiecentrum in de provincie Limburg. U zoekt hierbij de samenwerking met andere instellingen op het gebied van de Limburgse geschiedenis en cultuur. Daartoe onderhoudt u een breed netwerk van contacten in de provincie. Het in samenwerking met de medewerkers ontwikkelen van de beleidsvoornemens, binnen de kaders van het archief - en cultuurbeleid van het rijk en de gemeente, en zoveel mogelijk rekening houdend met het cultuurbeleid van de provincie. Het omzetten van beleid in acties, waarbij u stuurt op resultaten. Het zorgen voor een goed werkklimaat en goede werkverhoudingen waarin mensen optimaal kunnen functioneren. In de startfase zal speciaal aandacht besteed moeten worden aan een zorgvuldige uitvoering van de fusie. Functie eisen en vaardigheden Kennis en ervaring met het cultureel-historische werkterrein, dan wel aantoonbare affiniteit met cultureel erfgoed. In staat zijn om creatief invulling te geven aan het begrip "cultureel ondernemer" met behulp van kennis over de nieuwste ontwikkelingen in deze. Academisch denk en werkniveau. Ruime managementervaring, aantoonbare leiderschapskwaliteiten. Heldere visie op de functie en mogelijkheden van een modern historisch informatiecentrum in de Limburgse context. In staat zijn om, in samenwerking met anderen, deze visie om te zetten in actie en resultaten. Representatief, uitstekende en sociale communicatieve vaardigheden en bestuurlijk inzicht. De beheersing van de Duitse en Franse taal is, gelet op de euregionale ontwik keling en setting in Limburg een pré. Een diploma archivistiek kan tot aanbeveling strekken. Een assessment kan deel uitmaken van de wervings - en selectieprocedure. Aanstelling en salariëring De functie is gewaardeerd op schaal 15 BBRA. Meer informatie is verkrijgbaar bij: Dhr. Jacques van Rensch, waarnemend rijksarchivaris Rijksarchief in Limburg, telefoon: 043-321 7051 Mw. Carole Muizelaar, directeur OCWS van de gemeente Maastricht, telefoon: 043-359 5400 Dhr. Harrie Jan Metselaars, Rijksarchiefdienst, telefoon: 070-331 5520 Schriftelijke sollicitaties kunt u, - met vermelding op de envelop van 'vertrouwelijk - vacature directeur RHC in Limburg' uiterlijk 30 september sturen aan: De gemeente Maastricht Afdeling P&O T.a.v. dhr. Hans Ruijssenaars Postbus 1992 6201 BZ Maastricht Acquisitie naar aanleiding van deze advertentie wordt niet op prijs gesteld. de archiefschat Het Regionaal Historisch Centrum in Limburg (in oprichting) in Maastricht zoekt een In het najaar 2004 komt het Regionaal Historisch Centrum in Limburg tot stand door fusie van het Rijksarchief in Limburg en het Gemeentearchief in Maastricht. Deze nieuwe organisatie wil zich ontwikkelen tot een belangrijk historisch informatiecentrum in de provincie Limburg. Daarbij is samenwerking en programmering met andere organisaties op het terrein van geschiedenis en cultuur in Limburg en de aansluitende Euregio belangrijk. De ontwikkelingen in het archief wezen zijn in volle gang. Archieforganisaties worden steeds meer publieksgerichte instellingen en richten zich op een breed publiek. Dat betekent meer dan alleen de wettelijke taak van het beheren van de archiefcollectie en die voor raadpleging aan het publiek ter beschikking stellen. Daarnaast zijn nieuwe benade ringen van het publiek en nieuwe vormen van presentatie nodig, onder andere langs digitale weg en via educatieve activiteiten. De nieuwe organisatie is een openbaar lichaam op basis van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen. Het bestuur wordt gevormd door vertegenwoordi gers van het rijk (OCW) en de gemeente Maastricht. Het bestuur zal de officiële naam van de instelling nog vaststellen. De medewerkers van de organi satie zijn in dienst van het open baar lichaam. De organisatie heeft de functie van rijksarchiefbewaarplaats in Limburg en de gemeentelijke archiefbewaarplaats van Maastricht. De archiefschat Wekelijks bezoek ik de studiezaal van de Groninger Archieven, waar ik bezig ben met stamboomonderzoek. Waarom ben ik begonnen aan een onderzoek naar mijn voorouders? Is het uit eerzucht, stiekem hopend op een 'hoge' afstam ming, kapitaalkrachtige voorouders of een familiewapen? Misschien zou ik op een crimineel stuiten; in stilte hoopte ik dat het dan wel een kleine zou zijn. Het begon met een achternaam en wel Kortenkool. Tijdens de verkeringstijd van mijn grootouders deden geruchten de ronde dat mijn opa geen 'echte' Kortenkool was. Hoezo was hij geen 'echte'? Zo is het begonnen, met een familieverhaal. Ik denk dat dit voor veel genealogen geldt: familieverhalen uit pluizen op waarheidsgehalte. Spittend in het verleden stuitte ik al gauw op een officieel uitziend document. Er werd geen toestemming verleend om te huwen. Door dat bewuste document goed door te nemen, kwam ik erachter dat de ouders van mijn betovergrootva der niet getrouwd waren omdat de eerste vrouw van de vader, Theodorus Jans Bruintjes, '...destijds heimelijk haren man verlaten heeft, en naar men gist, naar België is vertrokken zonder dat er ooit later van haar bestaan is gebleken.Was hij dus toch een 'echte' Kortenkool? Toen ik zover was gekomen, ging ik wat dieper graven. Tot ik bij de doopakte van de moeder beland de, en zie, ze was een dochter van Geert Jans Kruitmoes. Ze was dus geen 'echte' Kortenkool. Waarom, zo vroeg ik mij af, werd ineens de naam Kruitmoes en niet de naam Kortenkool genoemd? Het blijft een raadsel en wie het weet, mag het mij vertellen. Ik werd steeds nieuwsgieriger en wilde zo veel mogelijk uit dit familieverleden te weten komen, omdat dit ook mijn verle den is, 'mijn familiegeschiedenis'. Wat deden mijn voorouders, hadden ze een goede baan of waren ze van twaalf ambachten en dertien ongelukken? Dat kan ik allemaal vinden in het bevolkings register. Ze bleken onder anderen arbei der, schipper, timmerman, boeren knecht, dienstbode en schoenmaker te zijn. In het bevolkingsregister kun je behalve het beroep en de geloofsovertui ging ook een woonadres vinden. Dan kom je erachter dat er soms meerdere gezinnen in één huis woonden. Stel je dat nu eens voor in ons land! Bij meerdere huwelijksbijlagen trof ik een 'bewijs dat er voldaan is aan de dienstplicht' aan. Het leuke hieraan is het signalement van de dienstplichtige. Ik keek of er gelijkenissen met mijn uiterlijk en postuur waren. Gemiddeld waren mijn voorvaders ongeveer 1.70 m. lang en blond. Met mijn 1.62 m. kom ik er bekaaid vanaf en blond ben ik ook niet. Jan Kortenkool met zijn vrouw Trijntje Blaauw;foto gemaakt ter gelegenheid van hun 52-jarig huwelijk in 1910. Hoe meer je graaft in het verleden, hoe interessanter het wordt. Zo werd er, zon der formele goedkeuring, onderling in de families - een eerstegraads neef en nicht bijvoorbeeld - getrouwd. Dat kwam regel matig voor. Je reisde niet veel, je ging niet met vakantie, zeker niet naar andere landen, daar kwam je niet. Behalve als je met je gezin emigreerde naar Amerika of Australië op een schip om daar een nieuw bestaan op te bouwen. Echte pio niers heb je erbij. Ook in mijn familie zijn ze er; een weduwe vertrok in 1902 met haar acht kinderen per boot naar Amerika en kwam met negen kinderen van het schip af. Een 'dochter' van zes jaar erbij. Hoe dat mogelijk is, moet ik nog uitzoeken. Om mijn onderzoek nog beter te kunnen uitvoeren heb ik bij het RHC Groninger Archieven enkele cursussen gevolgd: oud schrift lezen, omgevingsgeschiedenis en onderzoek in de rechterlijke archieven. Zelfs tijdens het volgen van cursussen ben je niet van je voorouders verlost. Kom je bij de schoolmeesterrapporten ineens je voorvader tegen, die 'een snoek van eene zwaarte van ruim 25 oude ponden, een baars van 18 duim lengte en een karper van 10 ponden' had gevangen en bij de rechterlijke archieven een voorouder die een '...veldwachter heef aangevallen, gesla gen en gekwetst', met als gevolg een lijf straf. Zo heb ik toch nog een kleine cri mineel gevonden. Ik heb nog niet eens de aangetroffen schatten in de notariële akten, voogdijza ken, weeshuizen, erfpacht, faillissement, naamswijzigingen enzovoorts genoemd. En de kranten van vroeger niet te verge ten, wat gebeurde er allemaal in de wereld in de tijd van mijn voorvaderen? Kon ik maar bij die voorouders op visite. Ik heb een schat gevonden aan gegevens, over de tijd van mijn voorouders, hoe ze leefden en streefden, in verdriet en blijd schap. Die familiegeschiedenis is mijn archiefschat. Els Kramer werkt als archiefmedewerker bij de Rijksuniversiteit Groningen en is daarnaast onderzoe ker en vrijwilliger bij het RHC Groninger Archieven. oktober 2004 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2004 | | pagina 1