«te mi KVAN nieuws Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland Voor het voetlicht: Rudi van Maanen Adjunct-gemeentearchivaris Leiden en bijzonder hoogleraar stadsgeschiedenis Hij heeft negen jaar gewerkt aan de complete stadsgeschiedenis van Leiden. Na november 2004 kan hij zich weer wijden aan zijn eigenlijke taak als adjunct-gemeentearchivaris met hierbij het bijzonder hoogleraarschap stadsge schiedenis aan de Universiteit Leiden. We hebben het over prof.dr. Rudi van Maanen. Dankzij hem kan Leiden zich nu scharen in de rij van Nederlandse steden als Haarlem, Gouda, Dordrecht, Rotterdam en Emmen die allemaal aan het fenomeen stadsgeschiedenis een nieuwe eigentijdse invulling hebben gegeven. Rudolf Cornells Johannes van Maanen is geboren en getogen in Utrecht. Hier zag hij op 21 december 1944 het levenslicht. Als kind wandelde hij veel met zijn vader, die een drogiste rij exploiteerde, door de Utrechtse bin nenstad. De oude geschiedenis van Utrecht werd hem op die manier met de paplepel ingegoten. Dit had een enorme invloed op de jonge Rudi. Er was bij hem geen twijfel over wat hij zou gaan stude ren na het behalen van zijn gymnasium diploma aan het Stedelijk Gymnasium van Utrecht. Het werd geschiedenis aan de Utrechtse universiteit met als hoofd vak middeleeuwse geschiedenis en als bijvakken contemporaine geschiedenis en oud-vaderlands recht. Dat laatste vak kwam hem later nog goed van pas bij zijn studie voor archivaris. Rudi studeerde af op een op het eerste oog nogal ongebruikelijk, onder werp: een vijftiende-eeuws hervor mingsplan van de universiteit van Parijs met bronnen geschreven in het oud-Frans en Latijn. Hij wist toen ook reeds dat hij geen geschiedenis zou gaan doceren en sloeg het pedagogisch gedeelte van zijn studie bewust over. Archiefwerk zou het worden. Direct hierna toog hij naar de Archiefschool, die toen nog in Utrecht was, en kreeg na sollicitatie een stageplaats in Nijmegen bij het toen pas opgerichte Katholiek Documentatie Centrum van de Nijmeegse Universiteit. Fysiek werkte hij echter als stagiair bij het gemeentear chief van Nijmegen. Zijn postdoctorale archiefopleiding sloot hij af met de inventarisatie van het twintig meter omvattende archief van de priester Wouter Lutkie (1887- 1968), een katholieke geestelijke die in zijn leven nogal wat problemen had met de toenmalige clerus. Niet in het minst door onder andere zijn fascinatie voor de 'Herstelbeweging', een aantal Nederlandse groeperingen uit de jaren 1920-1940, dat antidemocratie, de cor poratieve gedachte en het supra-natio- nalisme hoog in het vaandel had staan. In november 1971 trad hij in dienst als archivaris bij het gemeentear chief van Leiden. Niet lang hierna ging hij hier ook wonen. Zijn opdracht bij het gemeentearchief was om een inven taris te maken van het vijfhonderd meter tellende archief van 1574 tot 1851. Een megaklus die zonder over drijving kan worden beschouwd als zijn levenswerk. Het werden uiteindelijk twee delen. De eerste inventaris bestrijkt de periode 1574 tot 1816 en de tweede de periode 1816-1929. Dit laatste jaartal heeft alles te maken met de brand in het Leidse stadhuis in 1929 waarbij, naar schatting van Rudi, ongeveer driehonderd meter archief uit de periode 1860 tot 1929 verloren is gegaan. Met name op deze tweede inventaris van de periode 1816 tot 1929 promo veerde hij op ruim 55-jarige leeftijd bij prof.dr. Eric Ketelaar op 30 november 2000 tot doctor in de letteren. De titel van zijn proefschrift luidde 'Inventaris van het stadsarchief van Leiden (1359) 1816-1929 (1963)'. Eigenlijk een unieke promotie, want tot voor kort vond men binnen het metier dat iemand niet kon promoveren op een archivistisch werk stuk. Het doceren kwam later toch om de hoek kijken. Rudi was van 1986 tot 1996 docent archivistiek aan de Rijksarchiefschool. De kroon op zijn lange loopbaan is zeker zijn benoeming op 1 oktober 2002 tot bijzonder hoogle raar stadsgeschiedenis, in het bijzonder van Leiden, bij de vakgroep geschiede nis van de faculteit Letteren van de Universiteit Leiden. Het betreft een bij zondere leerstoel namens de Stichting Geschiedschrijving Leiden. Rudi aanvaardde zijn ambt op 14 mei 2004 met het uitspreken van zijn oratio getiteld 'Doorgaande beweging', ofwel het gegeven dat een wezenskenmerk van de 'stad' de permanente interne dynamiek is. Ook op publicitair gebied zat hij niet stil. Buiten de bovengenoemde om vangrijke delen over de Leidse stadsge schiedenis publiceerde hij onder andere over de ruimtelijke ontwikkeling van Leiden tot 1896, de ongemakkelijke verhouding tussen Leiden en het Hoogheemraadschap van Rijnland, fis cale bronnen en Leidse patriotten. Door al die bezigheden is er voor hob by's niet veel tijd overgeschoten. Het voorbereiden van kampeervakanties, met name in het Middellandse- Zeegebied, betekent voor Rudi wegdwa- len in de cultuurhistorie van die landen en een terugkeer naar de Middeleeuwen, met name door tochten langs de pitto reske kerkjes en stadjes in die streken. Koninklijke Vereniging van Archivarissen in Nederland KVAN nieuws SNAAI-leden bezoeken Koninklijk Huisarchief Op vrijdag 25 juni jl. stond de eerste SNAAI-excursie op het programma. Op die dag werd een bezoek gebracht aan een bijzondere particuliere archiefin stelling, het Koninklijk Huisarchief. Deze instelling is gevestigd op het ter rein van paleis Noordeinde te Den Haag. De deelnemers werden - na con trole door de Marechaussee - hartelijk ontvangen door de heer F. Maarschal- kerweerd, directeur van de instelling. Hij zorgde voor een boeiende rondlei ding. Het Koninklijk Huisarchief beheert de archieven van onder anderen de koningin als particulier persoon (dus niet als zijnde het staatshoofd). Het Koninklijk Huisarchief is dan ook geen overheidsinstelling. De medewerkers zijn geen ambtenaren, maar in dienst van de koningin zelf. Alhoewel het Koninklijk Huisarchief als particuliere instelling, ondergebracht in een stich ting, niet zonder meer toegankelijk is voor publiek, beschikt de dienst over een kleine studiezaal en wordt zo veel mogelijk medewerking verleend aan verzoeken tot het doen van onderzoek, of het in bruikleen geven van delen van de collectie ten behoeve van tentoon stellingen. De collectie bestaat - ondanks het feit dat het woord 'archief' prominent in de naam van de instelling voorkomt - voor het overgrote deel uit museale objecten, waarvan een deel in een museumzaal tentoongesteld wordt. Zoals voor alle gebouwen op het terrein en de inrichting daarvan geldt, wordt ook deze zaal zo goed mogelijk in ori ginele staat gehou den. De archief dienst bestaat dan ook vooral bij de gra tie van traditie. Het aanleggen van elek triciteit en het plaatsen van een liftje behoren tot de weinige veranderingen die in de loop der jaren aan het gebouw zijn gerealiseerd. De instelling beheert één van de groot ste collecties portretten in miniatuur van Nederland, die in een aparte 'huis kamer' worden bewaard. Deze portretjes werden vroeger - als ware het een pasfo to - in opdracht gemaakt, en vervolgens weggegeven aan relaties. Op die manier werd het een soort statussymbool, het droeg bij aan je status als je thuis een portretje van bijvoorbeeld een lid van de koninklijke familie aan de muur had hangen. Ook de kwaliteit van het schil derwerk deed er dan toe, en hoe beken der de schilder, hoe meer status de ont vanger van het miniatuur aan zijn por tretje kon ontlenen. Talloze andere voorwerpen die op de instelling worden bewaard kwamen bij de rondleiding aan bod, zoals een aantal nationale geschenken die de familie heeft ontvangen bij speciale gebeurte nissen en de dozen met tekeningen van kinderen ter gelegenheid van de geboor te van prinses Amalia. Deze worden ove rigens allemaal bewaard. Selectie is dan ook een term die niet in het archiefter menlexicon van de instelling voorkomt. De geklimatiseerde depots, die onlangs nieuw zijn aangelegd, voldoen aan de wettelijke eisen en bevatten opnieuw vooral museale objecten. Aan archief materiaal is zo'n vier strekkende kilome ter aanwezig, wat vergelijk baar is met de grootte van het archief van een middel grote gemeente. We hebben dan ook te maken met een voorname familie, met een lange en rijke geschiedenis. De bibliotheek bevat verder een grote collectie met veelal unieke boeken, bijvoorbeeld door het persoonlijk signe ren van de auteurs, ten behoeve van aan bieding aan leden van het Koninklijk Huis. Alleen het wandelen door de zaal van de bibliotheek doet al speciaal aan, door het authentieke meubilair en de galerij boven het centrale gangpad. Voor SNAAI was dit een bijzondere dag, omdat het haar eerste excursie was. Met een bezoek aan deze bijzondere instelling was het al met al een geslaagde dag. Een instelling bovendien met een bijzondere collectie, in een bijzonder gebouw en op een bijzonder terrein. De afsluiting vond plaats tijdens een gezamenlijke lunch, waarbij onderling de ervaringen van die dag nog eens wer den uitgewisseld, maar natuurlijk ook over werk, studie en andere zaken van gedachten werd gewisseld. Hopelijk is deze excursie de eerste in een lange tradi tie van SNAAI-activiteiten! Meer informatie over het Koninklijk Huisarchief, waaronder een virtuele bezichtiging, is te vinden op de website www.koninklijkhuis.nl/hofhouding/huis- archief.html. CD Middeleeuwse Vespers van Sint Servaas in Maastricht Voor de abonnees van het Archievenblad is de cd met ruim 55 minuten 'Middeleeuwse Vespers van Sint Servaas in Maastricht' uitgevoerd door Schola Maastricht o.l.v. Alphons Kurris met korting te bestellen. Normaal kost deze 9,00, nu maar 6,00! De cd is uitgegeven door de Stichting Vrienden van het Rijksarchief in Limburg te Maastricht en daar te bestellen. Maak hiervoor 9,40 (incl. verzend- en ver- pakkingskosten) over op giro 155385 t.n.v. de stichting o.v.v. 'Bestelling cd vespers, actie Archievenblad'. Na ontvangst van de betaling zal de cd dan worden toegezonden. r A Wandelen Archiefwerk Promotie Mijlpaal Harry Strijkers archievenblad september 2004 Een bijzondere instelling Met een bijzondere collectie Bibliotheek Vuurdoop Christian van der Ven, voorzitter SNAAI Middeleeuwse Vespers van 1 1. Sim Servaas j In Maastricht Al.» september 2004 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2004 | | pagina 23