Idealen in realiteit
KVAN studiedagen
mam
'Idealen in realiteit' was de leidraad van de
thema's voor de beide dagen. Betty Lutke
Schipholt begroette de aanwezigen, de hoop
uitsprekend dat er antwoorden gevonden
zouden worden op vragen die ons in ons vak
bezighouden. Wie zijn onze klanten? Hoe bereiken
we die en hoe kunnen we praktisch aan de slag
om te realiseren wat die klant van ons vraagt?
In de ochtendbijeenkomst wachtten ons drie
plenaire lezingen.
Charles Noordam, voorzitter van de KVAN,
was de eerste spreker. Na zijn begroeting merkte
hij op dat het debat weer terug is en dat stemde
hem tevreden. Op het scherpst van de snede
wordt gediscussieerd over de opleiding, ons
beroepsprofiel en onze beroepsethiek. Hij pro
beerde in zijn lezing ons de kortste weg door de
woestijn te wijzen. De digitale omgeving van
het internet of het ideaal van volledig ontsloten
archieven lijkt het beloofde land voor de archi
varissen. We hebben een miljoenenpubliek,
maar al die vernieuwende ideeën komen boven
op de taken waar we als archivarissen al sowieso
geen geld voor hebben. Daarom moeten er keuzes
worden gemaakt en is bezinning nodig. Soms
moeten we als Mozes twee keer (of vaker?) met
de stenen voor de tien geboden de berg op,
mogen we een blik werpen op het beloofde land,
maar komen er zelf niet. De kortste weg door de
woestijn is wellicht de suboptimale ontsluiting
en de grote stap naar het beloofde land de virtuele
landelijke studiezaal, waarvoor de eerste aanzetten
met TOP en De Woonomgeving zijn gegeven.
Als wij die studiezaal niet in gezamenlijkheid
realiseren dan doet de markt het en zal blijken
dat we nog wat extra rondjes door de woestijn
moeten om alles aan te passen aan de professio
nele standaarden. Samen moeten we vasthouden
aan professionaliteit en daarom moeten we in
het heftige debat niet meteen of voorbarig con
clusies trekken, maar even de tijd nemen om
vervolgens de kortste weg te gaan. Door goed
debatteren en scherpe conclusies zijn we
gehoorzaam en komen we eerder aan in het
beloofde land.
Koos van Dijken van het Instituut voor
Onderzoek van Overheidsuitgaven deed onder
zoek naar en onder de klanten van archieven.
Als buitenstaander in het vakgebied, hij is
beleidsonderzoeker en econoom, zei hij dat het
verrassend was eens na te denken over het
archiefveld. In zijn lezing lichtte hij de conclusies
toe van zijn rapport 'Naar een publieksgericht
archiefbestel' dat in december 2003 aan staats
secretaris van Cultuur Medy van der Laan is aan
geboden. Als eerste stelde hij grote vraagtekens
bij de gratis terbeschikkingstelling van het erf
goed, meer om ons aan te sporen om ons te
bezinnen op het creatief genereren van extra
inkomsten. Het kan weieens zijn dat de politiek
(of de economen?) kostendekkende dienstverle
ning gaan opleggen. Rijst bij mij natuurlijk
meteen de vraag wie er dan nog gebruik gaat
maken van die archieven, want dan kan raad
pleging van het erfgoed wel eens onbetaalbaar
worden. Misschien bedoelde de spreker dat we
het kunnen verhalen op het nieuwe klanten-
potentieel uit zijn onderzoek. Tweeënhalf miljoen
Nederlanders zijn met de virtuele studiezaal, of
zoals Van Dijken het noemde, de databank van
de Historische Collectie Nederland als nieuwe
klant binnen te halen. Opvallend lichtpuntje uit
zijn onderzoek is dat een groot percentage van
de archiefbezoekers niet vond wat men zocht,
maar dat men toch tevreden was! Of ze dat ook
zouden zijn als ze hadden moeten betalen? Ik
betwijfel het. Van Dijken gaf enkele waardevolle
tips om onze klanten te bedienen en te binden.
Tips waar verschillenden van ons misschien
allang aan gedacht hebben. Voorbeelden: profileer
je gezamenlijk met Historische Collectie Neder
land (deden we dat al niet met archieven.nl?);
ontwikkel nieuwe producten en diensten; expe
rimenteer, observeer en leer; weet wat klanten
willen; kies thema's en specialisaties maar profi
leer vooral ook de gezamenlijkheid; maak goede
onderlinge verwijzingen en koppelingen; vraag
elke makelaar in je stad om 500 euro om een
mooie foto met elk door hem te verkopen pand
mee te verkopen. Om de snelheid te verhogen
- de kortste weg door de woestijn te gaan dus -,
of zoals Van Dijken opmerkte de 'historische
window of opportunity' te benutten, moeten we
sommige klanten begraven. Er zijn hordes mensen
aan het zoeken en de archiefinstellingen zien ze
niet. Daarom moeten we de genealogische klan
ten maar begraven. Die kennen ons, zijn dik
tevreden - in plaats van een tien geven ze ons
een twaalf - en kunnen we dus links laten liggen.
Ze weten de weg. Ze belemmeren ons in psycho
logisch en organisatorisch opzicht om het
beloofde land te bereiken. Sommige collega's
ging dat toch te ver. Maar goed, we waren warm
gemaakt voor de discussie die we helaas niet met
de sprekers konden aangaan en in de wandel
gangen rond het binnenplein dan ook heftig
voerden, maar eerst nadat journaliste Yfke
Nijland ons als archiefgebruiker het concept van
het tv-programma 'Andere Tijden' demonstreerde.
Archieven zijn voor de programmamakers zeer
belangrijk, ze leveren de bewijzen voor wat
mensen vertellen en helpen vaak de geïnter
viewden op het rechte spoor der herinnering.
De redactie van 'Andere Tijden' wil altijd snelle
antwoorden en liever geen rompslomp bij het
raadplegen van archieven. Zo snel mogelijk
openbaar zou handig zijn. Spreekster zei dat het
spannend is om naar archieven toe te gaan,
omdat je niet weet wat je aantreft en hoe je
ontvangen wordt. Of dat nu een compliment is,
waag ik te betwijfelen, maar toch...
Aansluitend aan deze lezingen werd de Duparc-
prijs uitgereikt aan Tamara Groot.
De namiddag en de tweede dag kon men
shoppen uit een divers aanbod. Er waren enkele
vergaderingen van de verschillende clubs in het
archiefveld ingepland. De oprichtingsvergade
ring van SNAAI was daarvan de wel meest
opmerkelijke. Deze Sectie Nieuwe en Aankomend
Archivarissen en Informatiespecialisten maakte
een goede start met zo'n dertig nieuwe leden.
Vooral waren natuurlijk de parallelsessies van
belang. Hierin werd de theorie van de plenaire
sprekers getoetst aan de hand van praktijkvoor
beelden. Hoe worden de idealen in realiteit
gebracht? De commissie studiedagen had vier
programmalijnen uitgezet: klanten kennen,
klanten bedienen, collectie vormen en profes
sional zijn. Niemand had zich vooraf hoeven
inschrijven voor deze sessies in de gewelven van
het fort. Wonderwel bleek dat er een goede en
natuurlijke spreiding over de onderwerpen
plaatsvond. Ieder kon naar de sessie van zijn of
haar keuze, waarbij het tevens leek alsof voor
elke sessie ongeveer evenveel belangstelling was.
Een compliment dus voor de programmamakers.
Het was duidelijk merkbaar dat alle bijeenkom
sten in een behoefte voorzagen, maar ook dat ze
voldoende stof tot discussie gaven. In de pauzes
werd niet alleen over koetjes en kalfjes gepraat,
maar heel vaak nog van gedachten gewisseld
over de besproken thema's. In mijn eentje kon ik
natuurlijk niet bij alle bijeenkomsten aanwezig
zijn. Vandaar dat ik niet alle bijeenkomsten kan
en zal bespreken. Een aantal zaken sprak me
echter aan en wil ik u niet onthouden.
Theo Thomassen verraste met een indringend
commentaar en nieuw inzicht in de 'digitale
onderzoeksomgeving'. In aanpalende erfgoed
sectoren is het denken over de digitale onder-
zoeks- en werkomgeving meer gevorderd dan in
de Nederlandse archiefwereld. Allerlei projecten
gaan uit van de kennis van nu en het omvormen
van de huidige werkprocessen. Dat is ook de
methode die Van Dijken in zijn rapport aan
beveelt en Thomassen heeft daarop nogal wat
kritiek. Digitalisering vraagt om een nieuwe
omgeving en een compleet nieuwe insteek, het
is meer dan een informatieloket en het aanbieden
van 'experiences' om publiek binnen te halen.
KVAN studiedagen
18
19
Door Roelof Braad*
Een impressie var de KVAN-studiedagen
Verwachtingsvol togen vele collega's op 11 mei jl.
naar het negentiende-eeuwse Wijnfort in Lent/
Nijmegen. Zelf ging ik met de auto, anderen die
met het openbaar vervoer kwamen konden gebruik
maken van één van de pendelbusjes. Een enkeling
waagde de wandeling vanaf het station. Diens
moeite werd beloond door het prachtige uitzicht
over de Waal op de Waalbrug en vanaf de dijk.
Het fort - door de versieringen niet direct als zodanig
herkenbaar - ligt fraai op de Waaldijk en kun je van
veraf al zien. Bij binnenkomst - de begroeting was
hartelijk en allercharmantst - werden we naar het
bijna geheel verduisterde binnenplein geleid.
Affiches en banners en het groot geprojecteerde
samengestelde logo van de studiedagen gaven je
meteen het gevoel op de goede plaats te zijn.
De koffie stond klaar. Handen werden geschud,
begroetingen uitgewisseld. Er waren vele blikken
van herkenning en hier en daar werd kennis
gemaakt met een van de vele nog onbekende
collega's. De eerste indruk was er al een van
gezelligheid, gerieflijkheid en goede verzorging
op deze verrassende locatie. De studiedagen van
de KVAN - in samenwerking met DIVA en de
Archiefschool - konden beginnen.
Plenaire lezingen
Parallelle sessies
Betty Lutke Schipholt
begroette de aanwezigen.
archievenblad
juni 2004
juni 2004
archievenblad