e c e n s i e s ignalementen literatuur Frits Smulders en Erik van der Doe (samenstelling en redac tie), Hein Kluiver, een Zeeuws cultuurhistoricus. ISBN 90-9017188-6, 384 blz., 35,00 Deze eigen-beheer-uitgave is een bijzonder boek over een bijzonder mens. Het is een hommage aan Hein Kluiver (1942-1998). Kluiver woonde in Middel burg en werkte in Den Haag bij het Instituut voor Nederlandse Geschie denis, waar hij zich bezighield met de inventarisatie van de brieven van LP. van Putten, Ideaal en Werkelijkheid. Gouverneurs- generaal in dienst van de Staat 1796-1945. Dit boek is een vervolg op Ambitie en Onvermogen (besproken in het Archievenblad van december 2002). Het Willem van Oranje. Zijn proefschrift (De souvereine en independente staat Zeeland, 1998), dat op zeer uitgebreid bronnen onderzoek berust, handelt over Zeeland ten tijde van de Tachtigjarige Oorlog. Kort na de verdediging van zijn disserta tie aan de Rijksuniversiteit Utrecht moest Kluiver in het ziekenhuis worden opgenomen en een halfjaar later over leed hij. Zijn vrienden Frits Smulders en Erik van der Doe vonden dat er een boek over deze veelzijdige man, die een belangrijke rol in het Zeeuwse culturele leven heeft gespeeld, moest komen. Kluiver was een ware 'homo universalis1: (cuituur)historicus, muziekhistoricus, dialectdeskundige en zeer prominent lid van het Koninklijk Zeeuwsch Genoot schap der Wetenschappen. Hij had, met vormt een handzaam overzicht van de Nederlandse gouverneurs-generaal, die van het eind van de achttiende eeuw tot en met de Tweede Wereldoorlog Nederlands-Indië hebben bestuurd. Ook de Engelsen Raffles en Fendail, die tus sen 1811 en 1816 de scepter zwaaiden, worden - zij het kort - behandeld. De opzet van het boek is gelijk aan het eer ste deel. Telkens wordt in enkele pagi na's een schets van de bewuste gouver neur-generaal gegeven, met enkele sail lante details. De hoofdtekst wordt gelar deerd met kaderteksten, bijvoorbeeld Leo Hollestelle en Albert Meijer (redactie), Zeeuwen Gezocht, Gids voor stam boomonderzoek in Zeeland. De verschijning van 'genealogische gidsen' op provinciaal niveau, biedt name binnen het genootschap, vele bestuurfuncties en publiceerde veel over zeer uiteenlopende onderwerpen. In dit fraaie gebonden boek (met stofomslag en leeslint) zijn artikelen van Kluiver zelf en stukken over hem (zoals bespre kingen van zijn proefschrift) en herin neringen van vrienden aan hem bijeen gebracht. Hein Kluiver was een aimabel mens. Hij beschikte over de weinig voor komende combinatie van intellectuele vaardigheden en grote technische hand vaardigheid. Zo restaureerde hij bijvoor beeld antieke piano's en beschilderde plafondbalken in zeer fijne sjabloon- technieken. Het is terecht dat aan deze markante Zeeuw een fraai boek is gewijd. (PS) over de Grote Postweg (blz. 40), de ter men Indië en Indonesië (blz. 118-120) of de familiebanden tussen de diverse gou verneurs-generaal (blz. 180). Het boek is verzorgd uitgegeven: gebonden met stof omslag en leeslintje en voorzien van veel (kleuren)illustraties. De flaptekst meldt: 'De biografieën zijn gebaseerd op litera tuuronderzoek, aangevuld met gegevens uit primaire bronnen.' Maar een over zicht daarvan is niet opgenomen, want Ideaal en Werkelijheid wordt afgesloten met een literatuurlijst en een lijstje van relevante websites. (PS) onderzoekers uitstekende aanwijzingen voor het doen van stamboomonderzoek. Na Noord-Brabant, Gelderland, Drenthe en Overijssel heeft de Provincie Zeeland nu zo'n gids. Het is een samenwerkings project van de Rijksarchiefdienst en het Centraal Bureau voor Genealogie. Staps gewijs worden we wijzer gemaakt over de aanpak voor het verzamelen en verwer ken van geboortedata en -plaatsen, be lastingbronnen, notariële en rechterlijke bronnen van en over familieleden. De gids is te koop en te bestellen bij beide instellingen (info@zeeuwsarchief.nl; www.cbg.nl). (PB) 32 literatuur Henk Nijkeuter, Geschiedenis van de Drentse literatuur, 1816-1956. Drenthe heeft op literatuurgebied meer te bieden dan Bartje, dat verscheen in 1935 en door Anne de Vries werd geschreven. Dat blijkt alleen al uit de omvang van het boek van Henk Nij keuter, een pil van 847 bladzijden. Het register van persoonsnamen telt ruim twintig pagina's. In de studie wordt aandacht besteed aan het hele spectrum waarin de Drentse literatuur opereerde: dorpsnovellen, volksverhalen, natuurly riek en lofliederen op de provincie, feuilletonisten, dialectdichters, de eerste kranten, tijdschriften, toneelschrijvers, uitgevers, bibliotheken en de leescultuur in Drenthe. De wegbereiders voor de Drentse literatuur waren de 'Drie Podagristen', het pseudoniem van drie auteurs: een boek handelaar, een onderwijzer en een pre dikant. Podagristen waren lijders aan podagra, voetjicht. Dat was destijds een plaag die alleen de beter gesitueerden trof, als gevolg van overmatig gebruik van port. De drie auteurs genazen van deze kwaal in de heilzame baden van Bent- heim en liepen vandaar al keuvelend naar Coevorden en Assen terug. Uit dank baarheid voor hun genezing, publiceer den ze in de jaren veertig van de negen tiende eeuw een reisverslag van deze voettocht. Hierin schonken ze uitgebreid aandacht aan geschiedkundige en aard rijkskundige fei ten, statistische gegevens en volks kundige bijzon derheden van Drenthe. Naar de Drentse literatuurgeschie denis werd nog niet veel onderzoek gedaan. Nijkeuter hoopt een bruikbaar handboek geschre ven te hebben. Hij raadpleegde een enor me hoeveelheid archiefmateriaal voor de ze studie. Achterin is een dertien pagina's tellende lijst met archivalia opgenomen. Het notenapparaat is indrukwekkend. Het is geen boek dat je op een regen achtige zondagmiddag achterover in een leunstoel eens lekker gaat lezen, maar wel een studie waar komende onderzoekers naar verwante onderwerpen niet omheen kunnen. (MdB) Lo van Driel, Een leven in woorden. J.H. van Dale, schoolmeester archivaris-taalkundige. 'De Dikke Van Dale' is het meest bekende Nederlandse woordenboek. Veel minder is echter bekend over de naamgever van dit standaardwerk, Jan Hendrik van Dale (1828-1872). Van Dale kwam uit Sluis, waar hij onderwijzer en van 1855-1872 gemeentearchivaris was. Vanaf 1851 publiceerde hij artikelen en boeken over uiteenlopende onderwer pen. Hij stierf op slechts 44-jarige leef tijd aan de pokken. Over zijn leven was tot nu toe weinig bekend, mede omdat het archief van Sluis, waarin ook het persoonlijk archief van Van Dale was ondergebracht, in 1944 vrijwel geheel verloren is gegaan. Neerlandicus Lo van Driel is er desal niettemin in geslaagd om de eerste omvangrijke biografie over J.H. van Dale te schrijven. Het boek beschrijft de ach tergronden van Van Dale: een histori sche schets van het stadje Sluis en gene alogische gegevens over zijn familie. Voorts wordt ingegaan op zijn functies en publicaties. Van Dale publiceerde veel in almanakken en jaarboekjes. Samen met J. Jobse (over wie Van Driel een heel aardig boekje schreef, dat het boekenweekgeschenk was in de Week van het Zeeuwse Boek, november jl.) en G.P. Roos gaf Van Dale vanaf 1854 een eigen almanak uit: Cadsandria, Zeenwsch-Vlaamsch Jaarboekje. Later gaf hij samen met de predikant H.Q. Jansen ook een tijdschrift uit Bijdragen tot de oudheidkunde en geschiedenis, inzonder heid van Zeeuwsch-Vlaanderen). Vanaf 1866 hield Van Dale zich bezig met de samenstelling van een handboekje voor de spelling en andere lexicografische onderwerpen. Zijn laatste levensjaren werden beheerst door het werk aan een woordenboek. Tot voor kort was onbe kend hoe de Sluise onderwijzer daarvoor in beeld kwam. Maar de vondst van een collectie brieven van en aan Van Dale werpt hierop een nieuw licht. De brie ven zullen te zijner tijd in het Zeeuws Archief worden ondergebracht. Het zag er aanvankelijk naar uit dat Van Dale medewerker aan het Woordenboek der Nederlandsclie Taal zou worden, maar dat ging niet door. Van Driel gaat in deze biografie uitvoerig op de achtergronden van een en ander in. Misschien heeft Jan Hendrik van Dale wel te veel eer gekregen. Hij bewerkte een bestaand woordenboek (van Calisch en Calisch), dat hij niet eens afmaakte. Zijn medewerker Jan Manhave voltooi de het werk. Toch kreeg het zijn naam. En een echte biografie is over Van Dale eigenlijk ook niet te schrijven, wegens het ontbreken van allerlei persoonlijke stukken. Dit boek gaat dus vooral over zijn openbare leven. Maar uit dat weini ge heeft zijn biograaf toch een volwaar dig en zeer lezenswaardig boek kunnen maken (met 309 bladzijden tekst en daarnaast literatuuropgaven, noten, genealogische aantekeningen, een over zicht van de publicaties van Van Dale en een uitgave van brieven - blz. 381-440). Naast het borstbeeld dat in 1924 voor Van Dale in Sluis werd opgericht vormt dit fraai uitgegeven boek een monument in boekvorm voor deze Bekende Nederlander. (PS) 33 t» Signalementen door Patricia Böschen, Marijke de Bruijne en Peter Sijnke. Middelburg/Zierikzee, 2003 Uitgeverij llco-productions, Rotterdam, 2003 ISBN 90-6734-155-x, 240 blz., 25,00 Centraal Bureau voor Genealogie/Zeeuws Archief, Den Haag/Middelburg, 2003 ISBN 90-5802-031 (Centraal Bureau voor Genealogie), 90-74375-12-X (Zeeuws Archief), 240 blz., 17,50 archievenblad februari 2004 Koninklijke Van Gorcum, Assen, 2003 ISBN 90-232-3912-1, 847 blz., 59,00 Walburg Pers, Zutphen, 2003 ISBN 90-5730-257-8, 448 blz., 29,50 februari 2004 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2004 | | pagina 17