Een archief over de processemn twee Nederlanders in Singapore strnwaauNv 1HOM uoavss awv c diplomatic t Uigfl i*Pi§§ Mi »N3DMOa07'zr r*\L \aHOAA thema thema MET DE DOOD VOOR OGEN Op 27 september 1991 wordt Johannes van Damme op de luchthaven van Singapore aangesproken door agen ten van het Central Narcotics Bureau (CNB). In de dubbele bodem van zijn koffer hebben zij 4,32 kilogram pure he roïne gevonden. De zakenman wordt in voorlopige hechtenis genomen in afwachting van zijn proces. Reeds vijf maanden eerder was in deze stadsstaat ook Maria Krol-Hmelak gearresteerd. In de machineonderdelen die op haar hotel kamer werden gevonden, zat 1,6 kilo he roïne verstopt. Net als Van Damme woonde zij voor haar arrestatie in Nigeria. Voor beide Nederlanders zag het er niet best uit. Iemand die in het bezit is van 15 gram heroïne of meer wordt door de Singaporese autoriteiten gezien als een drugsdealer die een halsmisdaad pleegt. Bij bewezen schuld is de rechter wettelijk verplicht om de doodstraf op te leggen. Vanaf eind 1992 wordt zowel Van Damme als Krol tijdens hun verblijf in de cel en hun proces bijgestaan door Guus van Bladel. Hij treedt op als vrijwillig sociaal raadsman. Van Bladel woont sinds 1978 - op doktersadvies - in Singapore. Sindsdien houdt hij zich niet alleen bezig met de begeleiding van Nederlandse gedetineerden in Singapore, maar ook in Thailand en Indonesië. Voor zijn werkzaamheden wordt Van Bladel in 1992 onderscheiden door de Singaporese regering met The Public Service Medal. De rechtszaak tegen Maria Krol- Hmelak begint op 17 september 1993. De openbare aanklager eist tegen haar de doodstraf. Zelf pleit zij onschuldig, maar haar kansen lijken niet groot: ze is immers betrapt in het bezit van heroïne en over het algemeen wordt men dan schuldig bevonden. Volkomen onver wacht spreekt de rechter haar vrij. Hij is van mening, dat zij inderdaad niet gewe ten heeft van de werkelijke lading die ze vervoerde. Na enig oponthoud kan Maria Krol de volgende dag Singapore als vrij persoon verlaten en keert zij terug naar haar kinderen in Nederland. Haar proces heeft bij elkaar 29 dagen geduurd. Johannes van Damme heeft echter geen geluk. In april 1993 werd hij ter dood veroordeeld. Zijn bewering te zijn mis leid door een Nigeriaanse zakenrelatie wordt door het hof niet geloofd. Onmiddellijk nadat het vonnis is geveld wordt Van Damme overgebracht naar de dodencel in 'The House of Condemned' (Changi Prison). Eind november vindt het hoger beroep plaats, dat al met al nog geen twee uur duurt. Volgens de drie rechters is er geen nieuw, ontkrachtend bewijs te voorschijn gekomen, waardoor er geen reden is om het vonnis te wijzi gen. De doodstraf blijft gehandhaafd. Het enige wat Van Damme nog rest is de Singaporese president verzoeken om gra tie. Op 6 mei 1994 dient Van Damme's advocaat het gratieverzoek in. Bij deze petitie worden 28 ondersteunende ver zoeken en karakterschetsen gevoegd, opgesteld door familieleden, vrienden, oud-klasgenoten en zakenrelaties. De Nederlandse regering steunt het verzoek op humanitaire gronden. Het mag niet baten, want een maand later wordt het verzoek afgewezen. Alle juridische moge lijkheden zijn nu verkeken. Ook een brief van koningin Beatrix aan de Singaporese president brengt geen verandering in het vonnis. Begin september 1993 wordt de Nederlandse regering meegedeeld dat de datum voor de voltrekking van het von nis is vastgesteld op de 23ste van die maand. Zelf wordt Van Damme - geheel volgens de procedure - drie dagen van tevoren ingelicht door de gevangenislei ding. Zijn advocaat doet nog een laatste poging om uitstel te krijgen, maar ook dit blijkt tevergeefs. Op vrijdag 23 sep tember tussen zes en half zeven in de ochtend wordt Johannes van Damme opgehangen in Changi Prison. Op vrijdagmiddag 3 april jl. werd een container met acht verhuisdozen bij het Nationaal Archief afgeleverd. De dozen, die zorgvuldig zijn dichtgeplakt met opvallende gele tape met het opschrift KLM Cargo Diplomatic, zijn verzonden per diplomatieke post. De lading komt uit Maleisië, de huidige verblijfplaats van Guus van Bladel, en bevat de archieven over Van Damme en Krol. Zelf noemt Van Bladel de twee bestanden een 'goudmijn van informatie', omdat hij alles verzamelde en nooit iets weg heeft kunnen gooien. Tijdens de inventarisatie blijkt dat beide beweringen waar zijn. In de twee archieven zitten allereerst ontzet tend veel dubbelen. Vooral krantenartike len zijn vaak in drie- of viervoud aanwe zig en ook van de officiële stukken heeft Van Bladel vaak veel kopieën gemaakt. Desondanks bevindt zich in beide bestan den inderdaad een schat aan informatie. Van Bladel heeft bijvoorbeeld vanaf het RCHIEF EN EMOTIE begin dagboeken bijgehouden over beide zaken. Ook zijn de rapporten aanwezig die hij na elk bezoek aan Van Damme of Krol vervaardigde en naar de Nederlandse ambassade stuurde. Het leven in de Singaporese gevangenis sen komt uit beide bronnen goed naar voren. In de cel van Van Damme brand de bijvoorbeeld vierentwintig uur per dag licht. De gevangenen hadden niet de beschikking over een radio of tv. De muziek die zij hoorden kwam vanaf de gang en hield om half tien 's avonds op. Naar Aziatisch gebruik sliep men op de grond. Ook bevinden zich in het archief brieffragmenten die Van Damme heeft geschreven op tijdschriftpagina's wegens gebrek aan schrijfpapier. Tijdens de bezoeken van Van Bladel aan Van Damme zat laatstgenoemde meestal vast geklonken aan een ring in de muur of was hij geboeid aan zijn stoel. Van Damme was over het algemeen zeer tevreden over zijn behandeling in de gevangenis. Anders lag dit bij Krol. Zij had vaak ruzie met haar celgenoten, waarbij soms rake klappen vielen. Ook heeft zij op een gegeven moment een klacht ingediend bij de rechtbank over haar behandeling door het gevangenis personeel. In het archief over Van Damme is een aantal zeer opvallende zaken aanwezig, waaronder de verklaringen van agenten van de Amerikaanse Drug Enforcement Administration (DEA). De undercovera genten leggen hierin de werkzaamheden uit van het Nigeriaanse drugssyndicaat waar Van Damme voor geopereerd zou hebben. Ook is er een rapport van de Centrale Recherche Informatiedienst (CRI), waaruit blijkt dat de Nederlander in Nigeria informant is geweest voor deze inlichtingendienst. Verder is er een dos sier over de Nigeriaanse maffia waar Van Bladel zelf nog mee te maken kreeg, nadat Van Damme was terechtgesteld. Ten slotte bevinden zich in het archief ook kopieën van de afscheidsbrieven die Van Damme schreef tijdens de laatste dagen van zijn leven. In de bestanden zitten ook stille getuigen van de grote emotionaliteit die bij beide zaken kwam kijken. Krol heeft bijvoor beeld tekeningen gemaakt van poppetjes die aan galgen hangen, terwijl tussen de vele kaarten die naar Van Damme wer den gestuurd een paar exemplaren zitten waarin hij wordt dood gewenst. Beide archieven zijn samengevoegd tot één bestand, waarbinnen uiteraard een onderverdeling blijft bestaan tussen de zaak-Van Damme en de zaak-Krol. De inventaris is zo goed als klaar. Om de ver- wervingsprocedure af te ronden moet nog een akte van schenking worden opgesteld. Hierin zal de openbaarheid van het archief geregeld worden. Van Bladel en het Nationaal Archief streven beide naar een zo groot mogelijke openheid. Toch zal er niet te ontkomen zijn aan beperkende bepalingen. Het betreft hier zeer recent materiaal en er worden veel namen van derden vermeld. De privacy van nog levende personen dient uiteraard zorgvul dig beschermd te worden. Het bestand biedt allerlei onderzoeksmo gelijkheden, zoals bijvoorbeeld naar het psychologische proces dat beide gevange nen doorliepen of naar de juridische kant van beide zaken. Ook geeft het een beeld van het optreden van de Nederlandse overheid ten aanzien van gedetineerden in het buitenland. Dit alles maakt het archief van Guus van Bladel voor het Nationaal Archief tot een bijzondere aan winst. 18 19 april 1802 mei 1802 juni 1802 september 1802 oktober 1802 I februari 1802 maart 1802 augustus 1802 •rh'r.'r-ïrrjjfr-.ï<:'ïd november 1802 december 1802 januari 1802 juli 1802 31 januari Jan van Speijk in Amsterdam geboren. Door Sander Schipper* Op het Singaporese registratieformulier voor buitenlandse bezoekers staat: 'Warning death for drug traffickers under Singapore law.' Begin jaren negentig worden twee Nederlanders in de stadsstaat gearresteerd voor drugssmokkel. Beiden worden in de gevangenis begeleid door Guus van Bladel, hun sociaal raadsman. Het Nationaal Archief verwierf onlangs het archief dat hij over beide zaken aanlegde. Processen V ~T. Tr. -v Archief van Van Bladel Wf»■W^crm-yvt.T i-fc -«rviT r* i A 21 'ff) in - ra.i» X, <2 i - y JA. v4 A a~<— J r.2 a-i> vGiJ-v,." e, "X- -II.HlllLL Ar Boosheid Vanaf de vierde klas van de lagere school, toen de meester beeldend over de Tachtigjarige Oorlog vertelde, ben ik geïnteresseerd in geschiedenis. Ruim 45 jaar behielp ik me alleen met boeken, maar de laatste jaren duik ik ook archieven in om zaken op te sporen. Genealogische gegevens uitzoeken doet me niet veel, als een ander dat leuk vindt om te doen, maak ik graag van diens kennis gebruik. Oude jaargangen van Emmer Couranten door bladeren in het gemeentearchief van Emmen, daar opeens iets lezen over een familielid, bevestigd zien dat in de wereld niets is veranderd door de tijden heen, de manier waarop in de loop van de jaren 'journalistiek' werd be dreven... dat zijn zaken waar ik intens van kan genieten. Als je dat emotie wilt noemen mag dat van mij. Echte emotie is mijn boosheid als ik ontdek dat complete jaargangen ontbreken, of stukken uit kran ten zijn geknipt of gescheurd. Sis Hoek-Beugeling, bezoeker Gemeentearchief Emmen Openbaarheid Sander Schipper is medewerker Verwerven bij het Nationaal Archief. archievenblad september 2002 september 2002 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2002 | | pagina 9