Ariela Netiv: 'Werken in de Raad voor Cultuur nog boeienddan ik had verwacht' Stad Leiden en omgeving is het werkterrein van gemeentearchivaris Ariela Netiv (39) en haar medewerkers. Ze is hoofd van de sector Archief en Informatie van de Bestuursdienst. Sinds een halfjaar is Ariela lid van de Raad voor Cultuur. Benieuwd naar haar ervaringen kom ik aan bij de Boisotkade. De brandweer staat voor de deur. Als ik de moderne ontvangsthal van het gemeentearchief betreed, zie ik op het brand- meldpaneel bij de ingang dat er in depot vier iets aan de hand is. Maar er is nergens rook en even later komen de brandweermannen bepakt met koolzuurblussers alweer de trap af. Loos alarm dus. Welke archivaris heeft dat niet al eens eerder meegemaakt? Even vergeten dat schuur- of slijpwerkzaanrheden aan het dak de rookmel ders op tilt zetten. Terwijl de vriendelijke dame aan de ontvangst balie Ariela mijn bezoek aankondigt, valt me op dat de ernaast gelegen studiezaal verre van klas siek is ingericht. Die oogt modern en vriendelijk met meerdere pc's waar studiezaalbezoekers aan kunnen werken. Hier en daar staat vrij onopval lend nog een verdwaalde kaartenbak. De klant wordt verwend, de zaakjes zijn voor het oog goed op orde. En dat mag natuurlijk wel voor een stad met zo'n rijke geschiedenis. Een geschiedenis die binnenkort bij gelegenheid van het eeuwfeest van de Vereniging Oud Leiden in samenwerking met het Leids Gemeentearchief herschreven wordt in een vierdelig werk, lees ik op de kleurrijke folder aan de balie. Veel werk te verzetten dus bij het gemeentearchief dit jaar. Blij dat Ariela een uurtje voor me heeft vrijge maakt in haar ongetwijfeld volle agenda! Na een joviale begroeting lopen we samen de deur uit, achter de brandweermannen aan. Het interview vindt plaats tijdens de lunch in het bijzonder goede restaurant op de hoek. Ariela blijkt een vrouw vol verrassingen, als ik haar vraag iets over haarzelf te vertellen en wat haar Sa r hobby's zijn. Ze heeft een zoon, om wie ze veel geeft, gaat graag met haar man op trektocht door bijvoorbeeld Canada. Niet alleen te voet, maar ook met een gehuurde vliegmachine, waar zij dan de navigatie voor haar rekening neemt. Haar fototoestel is altijd bij de hand. Foto graferen is naast lezen de favoriete bezigheid van de in Amsterdam geboren historica. Ze stu deerde in Leiden middeleeuwse geschiedenis en heeft toen haar hart verpand aan de stad. De archiefopleiding volgde ze in 1989/90 en ze werkte daarna bij de gemeentelijke archiefin specties van Rotterdam en Leiden en als Pivot- onderzoeker bij de RAD. Sinds juni 1999 is ze archivaris van de historische Hollandse stad. Ze vindt het centrum van de stad een mini- Amsterdam. Leiden ligt stategischer dan haar geboortestad, vindt ze, want alle belangrijke ste den voor de nodige contacten liggen binnen handbereik. In de vrije tijd ben je op de fiets de ene kant op zo in de polder, of richting zee zo aan het strand. "Van medio 2000 tot eind 2001 was ik een tijdje plaatsvervangend directeur van de Bestuursdienst waar de Sector Archief en Informatie van Leiden onder valt. Toen dat wegviel leek het me wel wat om aan de oproep lid te worden van de Raad gehoor te geven. Als lid van de Raad voor Cultuur ben ik voorzitter van de Alge mene Commissie Archieven en ook van de Bijzondere Commissie Archieven. Die laatste is er om te adviseren over de selec tielijsten. Ik vind het belangrijk dat iemand uit het archiefveld in de Raad zit ting heeft. Toch moet je me niet beschouwen als een vertegenwoordiger van het archiefwezen in de Raad. Ik zit er ook niet in om het standpunt van het archiefveld aan de minister kenbaar te maken, daarvoor is de DIVA. Voeling houden met het vak en het veld is natuurlijk wel een vereiste, maar je hoeft niet de allergrootste kei te zijn op je vak gebied om in de Raad zitting te hebben. Andere kwaliteiten treden meer op de voorgrond. Je moet een brede visie heb ben op cultuurbeleid en vrij en open kunnen denken en discussiëren zonder je te verschuilen in het hokje van je 'eigen' sector. Verstand van het vak is uiteraard wel nodig want er wordt wel van me ver wacht dat ik vakinhoudelijk van advies kan dienen. Gelukkig ben ik een praktijk mens, dus dat moet me goed afgaan." "De Raad komt zo'n tien keer per jaar bij een, beide commissies ieder zo'n zes keer. Daarnaast word je betrokken bij ad hoc- commissies die adviezen voorbereiden over aanverwante (erfgoed)onderwerpen, bijvoorbeeld over de presentatie van Nederlandse geschiedenis in musea. Je hebt echt een koffertje op wieltjes nodig om alle stukken te kunnen meezeulen. Archiefzaken komen relatief weinig op de agenda van de Raad voor. Gelukkig vind ik het leuk om mee te praten over de andere vakgebieden. Niet dat ik er tot op details verstand van heb, ik ben ech ter gewend om veel vragen te stellen. De anderen doen dat ook. Daardoor krijg je soms een heel andere kijk op de zaak en leer je zaken in een bredere context te zetten. Het is heel leerzaam om met een stapje terug naar je eigen veld te kijken. Daarbij moet je natuurlijk altijd voor ogen houden wat belangrijk is voor de cultuur in het algemeen en niet zozeer kijken naar het belang van individuele instellingen, zeker bij de advisering over de verdeling van budgetten. Je moet met mensen uit de verschillende hoeken tot consensus komen. Dat maakt het werken in de Raad nog boeiender dan ik had ver wacht. Als eerste werd ik betrokken in de discus sie over het aantal leden van de Raad. Het waren er oorspronkelijk 24 plus een voorzitter. Van der Ploeg wilde dat inkrimpen tot vijftien leden. Hoe de nieuwe samenstelling is kun je zien op de website van de Raad (www.cultuur.nl). Daar vind je ook de informatie over het functioneren van dit hoogste culturele adviesorgaan. Ook de laatste nieuwtjes zijn er te vinden, maar die staan ook in de Nieuwsbrief." "In de Commissie Archieven komen nau welijks onverwachte zaken aan bod, als je tenminste de ontwikkelingen in het veld goed hebt bijgehouden. Vele onder werpen zijn binnen het archiefwezen al geruime tijd in discussie: selectie, digita lisering, e-culture, archiveren van e-mail, werken vanuit de klantgerichte vraag, de stelselherziening, archieven van alloch tone groeperingen. Ik vraag me daarbij altijd af: wie heeft hierom gevraagd en waarom en voor wie doen we het? Dat laatste maakt je opmerkzaam op de andersoortige klanten die je als archiva rissen over de vloer krijgt. De stelselher ziening en de vorming van regionale his torische centra vragen om een gewogen advies over de structuur van het archief wezen. De kunst zal zijn om de nieuwe organisa tiestructuren die ontstaan ook voor de klanten transparant te hebben en te hou den. Daarnaast moet het evenwicht gevonden worden tussen het aangaan van nauwere relaties met de overige erf goedsectoren aan de ene kant en het kaders scheppen voor en (toe)zicht hou den op de archiefvormers aan de andere kant. Waar gaat het allemaal naar toe? Er zijn de afgelopen jaren vele vragen afge vuurd. We moeten op niet al te lange ter mijn nieuwe antwoorden vinden en ook de Archiefwet gaat binnen niet al te lange termijn op de schop. Ik hoop aan de discussie daarover mijn steentje te kunnen bijdragen." Het laatste advies van de Raad voor Cultuur aan de staatssecretaris ging over de ont- werp-selectielijsten van de archieven van Defensie op het beleidsterrein militaire ope raties. Geven de geconstateerde geoorloofde vernietigingen geen aanleiding om alle selectielijsten nog eens kritisch te bekijken? "De vernietigingen bij Defensie waren gebaseerd op een oude lijst die door de nu voor advies voorliggende selectielijst Militaire Operaties vervangen zou moe ten worden. Het PIVOT-traject zorgt ervoor dat veel van deze oude lijsten al vervangen zijn of in de eerstvolgende jaren vervangen zullen worden. Overi gens blijft een kritische blik bij selectie altijd geboden, want ook in onze sector hebben we te maken met het fenomeen 'voortschrijdend inzicht'. We proberen aan de ene kant in de advisering conse quente lijnen uit te zetten, zodat dezelf de soorten zaken op verschillende beleid sterreinen op dezelfde wijze worden afge wogen. We kijken dus ook altijd naar eer dere adviezen waar verwante vragen aan de orde waren. Het komt echter voor dat een vraag die opkomt bij een nieuwe lijst eerder genomen beslissingen ter discussie stelt. Een constant aanscherpen van het denken over bepaalde selectieproblemen is het gevolg. Wanneer voortschrijdend inzicht tot het vernieuwen van selectie lijsten moet leiden is moeilijk te zeggen. Dat hangt af van de ernst en urgentie van het geconstateerde probleem." Op weg naar de trein terug naar Heerlen bedenk ik dat Ariela waarschijnlijk erg bescheiden is over haar rol in de Raad. De vergelijking met de Oude Gracht en het Galgewater waar ik langsloop komt bij me bovendrijven. Stille wateren heb ben diepe gronden... Ze is denk ik toch een kei in haar vak! 17 Door Roelof Braad* Leiden is een boeiende stad. Hartje Holland, stu dentenstad en historische stad. Voor het hypermo derne bus- en treinstation staat een immens grote batterij fietsen. De fiets is blijkbaar vervoermiddel nummer één voor de Leidenaren. Je kunt geen stap zetten of er zwaait wel de een of andere fietser langs. Ik slenter langs de grachten en fraaie univer siteitsgebouwen richting gemeentearchief. Ik hoor en proef de stadssfeer, auto's, fietsbellen, geroep, hetzelfde als in andere steden. Een aanstormende brandweerauto vecht zich met luide sirene een weg door de smalle straten. Maar het lijkt bij de omge ving te horen. Het is alsof de historische omgeving die eigentijdse geluiden absorbeert, want ondanks de dynamiek straalt de stad ook rust uit. Sinds enige tijd ben je lid van de Raad voor Cultuur, wat bewoog je ertoe te solliciteren? Hoe vaak vergadert de Raad en hoe vaak hebben ze het over archieven? Waar hebben jullie het zoal over in de Commissie Archieven en wat zijn of worden nieuwe speerpunten van archiefbeleid? Roelof Braad is stadshistoricus in Heerlen en hoofd redacteur van het Archievenblad. archievenblad juni 2002 juni 2002 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2002 | | pagina 8