de kleur van nederland zeggen de gebieden Baarderadeel, Hennaar- deradeel (tegenwoordig samen Littenseradeel) en Menaldumadeel. De pilot is bestemd om dit materiaal ook digitaal beschikbaar te maken. De genoemde stem- en floreenkohieren gelden hierbij als verrijking van het kadastrale bron nenmateriaal van 1832. Ook Delft is al ver op dit gebied. Inmiddels zijn de zeven bladen met 5.159 percelen - wat neerkomt op alle minuutplans van de kadastrale gemeente Delft in 1832 - gevectoriseerd (bitmap pen of scans omgezet in een lijntekening), aan elkaar 'gemonteerd' en gekoppeld aan de heden daagse digitale kadastrale kaart van de, veel gro tere, gemeente Delft. Verder zijn de OAF's (Oorspronkelijke Aanwijzende Tafels uit datzelf de jaar met per perceel diverse administratieve gegevens) in een database ingevoerd en via de minuutplans aan de huidige kadastrale kaart gekoppeld. Vanwege de ambitie van het project De Woonomgeving lag het voor de hand niet alleen de resultaten van zowel Delft als Friesland gezamenlijk als pilot in te brengen, maar ze ook uit te breiden. Verhoeven: "Voor ons is 1832 niet het doel, maar een middel. Wij hangen aan de reeds aanwezige gegevens uit dat jaar heel veel prekadastrale informatie, wat retrospectief onderzoek mogelijk maakt." Leg je de verkregen momentopnamen, want dat zijn vlakdekkende registraties, op elkaar, dan levert dat een dwarsdoorsnede in de tijd op, een soort matrix. Heel handig, zeker als je ze koppelt aan actuele, betrouwbare bestanden zoals het Kadaster. "Dat maakt het tevens mogelijk ze te geo-refereren zoals dat heet, dus ze te positione ren in het rijksdriehoekstelsel. Een perceel met eigenaar dat bijvoorbeeld in een register uit 1600 voorkomt, kun je via diverse tussenstap- 16 pen uiteindelijk koppelen aan een punt in dat rijksdriehoekstelsel en is dan heel gemakkelijk terug te vinden," legt Verhoeven uit. Dat koppelen is complex, zeer arbeidsintensief en specialistisch werk. Vanaf 1832 zijn met de invoering van het Kadaster veranderingen in situaties altijd goed bijgehouden, maar in de eeuwen daarvoor werden perceelsgrenzen zoda nig omschreven dat je een kenner moet zijn om er geografisch een plaats aan te verbinden. Die gegevens waren altijd gerelateerd aan de omge ving, bijvoorbeeld het land van P. ligt boven het land van J. en onder dat van M., enzovoorts. Relatieve gegevens dus. In het kadaster staan harde gegevens, geografisch ingetekend," licht Verhoeven toe. Wat kun je nu eigenlijk met vlakdekkende registraties? Waar zijn ze - buiten het feit dat het interessant is voor mensen die onderzoek naar hun woonomgeving willen doen - nog meer goed voor? Bijvoorbeeld als basis voor de landinrichting, zoals ruilverkaveling. Verhoeven: "De overheid is namelijk verplicht rekening te houden met his torische structuren van het landschap zoals oude wegen, watertjes, dijkjes. Stel, je weet dat er ergens een kasteel heeft gestaan, maar niet waar, dan is het onmogelijk er bij herinrichting reke ning mee te houden. Zodra je gegevens kunt ophangen aan het huidige, betrouwbare kadas ter, kun je ze intekenen in de nu in gebruik zijn de topografische kadastrale kaart. Daarmee zijn ze zeer interessant voor beleidsmakers." Ook wat betreft het reconstrueren en in kaart brengen van historisch grondbezit is dit middel interessant, maar dan voor de wetenschap. Zo hadden kloos ters in Friesland ten tijde van de middeleeuwen grote maatschappelijke invloed. Onderzoek hier naar is een van de speerpunten van de Fryske Akademy. "Om de mate van die invloed te kun nen meten is grondbezit een essentieel criterium. Niet alleen de hoeveelheid, maar ook welke soort grond: de armere zand- of veengronden of de rij kere kleigronden. En verschilde dat per orde? Allemaal vragen die je met deze methode kunt benaderen," aldus Verhoeven. In een oude binnenstad als Delft gelden overeenkomstige argumenten. Daar zijn vlak dekkende registraties interessant voor het maken van bijvoorbeeld archeologische waarde- kaarten, zo weet Verhoeven. "Zo'n waardekaart maakt duidelijk welke archeologische verwach tingen je mag hebben van bepaalde terreinen. de kleur van nederland Zeg, de gemeente wil ergens nieuwbouw neer zetten en moet rekening houden met de monu mentale archeologische waarde van die plek, dan moet ze weten waar bepaalde objecten zich precies hebben bevonden. Is de plek waar ooit een kasteel stond nauwkeurig aangegeven, dan kun je een nieuwe weg daaromheen leggen in plaats van eroverheen. Dus voor het maken van bestemmingsplannen is het beleidsmatig inte ressant kennis te hebben van de historische structuur van de omgeving. Je kunt trouwens voor allerlei thema's historische kaarten maken. Neem nu milieuverontreiniging. Soms is het las tig te achterhalen waardoor de grond ergens ver ontreinigd is; een themakaart 'vervuiling' met vroegere locaties van bedrijvigheid kan aanto nen waar de boosdoeners, bijvoorbeeld middel eeuwse industrietjes, gevestigd waren." De pilotpartners werken met twee verschil lende computersystemen (ArcView in Delft, Mapinfo in Friesland), die ze hiermee ook uittes ten op hun bruikbaarheid wat betreft internet. Vanwege de enorme omvang van de geografische bestanden moet je rekening houden met de meestal trage verbindingen die de meeste mensen hebben. Er zijn dus sterke compressietechnieken nodig. Verder zijn de pilots mede bedoeld om naar technische oplossingen te zoeken die het koppelen van de vele soorten gegevens mogelijk moeten maken. Wat Delft betreft staat de pilot niet op zichzelf. Verhoeven zet hem eveneens in als onderdeel van een zeer ambitieus Delfts plan, DelftCollectie.nl, waarin de hele geschiedenis van Delft via internet zichtbaar gemaakt wordt. "Een visioen dat uitgaat van de vier w's (wie, wat, waar, wanneer) en tallo- ze bestanden aan elkaar koppelt waar de bezoeker soepeitjes doorheen kan zappen. In eerste instan tie komt er in april een presentatie in het kader van 400 jaar VOC waarin het gemeentearchief bijdraagt met de namen van alle 50.000 opvaren den van Delftse schepen die in de achttiende eeuw uitvoeren voor de VOC. Daarnaast levert het gemeentearchief persoonsgegevens van de Delftse bewindhebbers, inclusief afbeeldingen van hun familiewapens, evenals de namen van de Delftse weesjongens die naar de Oost werden uit gezonden. Het is dan al mogelijk om voor enkele onderdelen echte koppelingen te leggen, andere koppelingen worden door simulatie gepresen teerd. Zo krijgt het publiek alvast een indruk hoe het geheel er uiteindelijk zal uitzien en biedt het ons een heel goede manier om ervaring op te doen op onze weg naar het visioen. Ik weet zeker dat het mogelijk is om dat visioen met gebundel de krachten te realiseren. Niet alleen in Delft, ook landelijk." 17 X Op dit moment is het in Delft al mogelijk om op je pc de kadastrale kaart anno nu op te roepen en in te zoomen op een stukje waar je meer over wilt weten. Op een parallel deelscherm loopt de Kaart van 1832 mee, zodat je de twee perceels verdelingen in een oogopslag naast elkaar ziet. Bovendien staan de eigenaren uit 1832 vermeld en ook die van daarvoor tot 1780 en binnen korte tijd zelfs tot 1580. Voor één grachtje, de Binnenwatersloot, zijn er ook foto's uit de collectie van het gemeentearchief aangehangen en volgt binnenkort uitbreiding met genealogisch materiaal, portretten e.d. uit musea, monu mentenbeschrijvingen, archeologische vondsten etc. 1832 als middel Dwarsdoorsnede archievenblad april 2002 Voor beleid en wetenschap Archeologische waardekaart Visioen in Delft Onderzoek naar grondbezit van kloosters in Friesland: speerpunt van de Fryske Akademy. Start productiefase De Woonomgeving Ten behoeve van het DIVA-project De Woon omgeving is de firma Pictura Imaginis onlangs begonnen met het scannen van de minuut- en verzamelplans van de Kadastrale Kaart 1832. Het Zeeuws archief komt met 1100 plans als eerste aan de beurt. Deze plans zijn kaarten waarop elk perceel in Nederland is vastgelegd. In totaal gaat het om 18.500 van dergelijke kaarten, die zich in de regionale historische centra en rijksarchieven bevinden. Na de plans van het Zeeuws Archief volgen successievelijk die van de andere RHC's en rijksarchieven. De afronding van dit onder deel van het project is gepland in oktober 2002. Nicoline J. Ekama van Dorsten verzorgt de communicatie rond het project 'De Woonomgeving'. H nut' H ■tSassSBfmms®. De negen pilots worden uitgevoerd door: Het Algemeen Rijksarchief/ Nationaal Archief i.o.; Gemeentearchief Delft met partner Fryske Akademy; Rijksarchief Flevoland met part ners Nederlands Architectuur instituut (NAi), Stichting Digitale Catalogus Flevoland i.o. (DCF), Museum Nagele, Sociaal Historisch Centrum Flevoland, Kadaster; Het Gelders Archief met part ners Gemeentearchief Ede en Streekarchief Elburg e.o.; Historisch Centrum Overijssel met partner Stichting Kadastrale Atlas van Overijssel 1832; Het Drenths Archief met part ners Stichting Kadastrale Atlas, Erfgoedhuis Drenthe en Historische vereniging Norg; Regionaal Historisch Centrum Tilburg met partners Heem kundekring 'De Kleine Meijerij', Kadaster directie Zuid, Kadaster vestiging Breda, Kadaster vestiging Eindhoven, gemeente Oisterwijk, gemeente Tilburg; Het Utrechts Archief met partner werkgroep Kadastrale Atlas provincie Utrecht; Zeeuws Archief met partners Stichting Kadastrale Atlas Zeeland en gemeente Veere. Voor info: jos Wieland, projectleider De Woonomgeving lozef.Wieland@flevoland.nl. april 2002 archievenblad

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2002 | | pagina 8