Kwaliteit in digitale archivering
krestaun
Papier-
Boekres
atoren
CORNES DOCUMENT SOLUTIONS BV
www.sterken.nl
Katie Heyning, Eloy Koldeweij, Berit Sens (met tekeningen van Fran^oise van
Lynden), Anders bekeken. De geschiedenis van het Zeeuwse binnenhuis.
Frans van Burkom, Karin Gaillard, Eloy Koldeweij, Ton Schulte, Joost Willink
(red.), Leven in toen. Vier eeuwen Nederlands interieur in beeld.
Wij bieden:
EU Scannen en archiveren van foto's, dia's en
documenten
EE OCR-verwerking en CD-ROM Service
D Onderzoek, advies en opleidingen
EE Database management en consultancy
D Maatwerk software (ook inter/intranet)
Leverancier van:
EE Archiveringssystemen en
tools
EE Cold applicaties
D CD-ROM en opticals
EE (Boek)scanners en printers
EE Netwerken en computers
EE Meer informatie: 0 2 3 - 5 6 5 0 5 3 0 EE
Starnmeerstraat 1 -3 - 2132 AE Hoofddorp
e-mail: info@cornes.nl EE internet: www.cornes.nl
MINOLTA
ier_
Heeft u onze internet site al eens bezocht?
STERKEN
ATELIER m
ANDERS BEKEKEN
B £oé-
-
I 45
RNES
OFFICIAL VAR
m
i/->
H
C
H
RESTAURATIE ATELIER
STERKEN BV
Atelier voor conservering en
restauratie van papier en per
kament zoals boeken, prenten,
tekeningen, grafiek,
(wand)kaarten,
charters zegels etc.
Dc Cloese 7-9
7339 CM Ugchelen
Tel. 055 - 5 42 3147
Fax 055 - 5 43 06 14
Mobiel 06 - 53 93 93 53
Internet: www.sterken.nl
DOCUMENTENWACHT
Documentenwacht omvat een
24 uurs calamiteitenservice en
collectie inspectie met schade
preventie als uitgangspunt.
Telefoon: bovenstaande
nummers en:
Semafoon 06 - 59 28 48 55
men van de twee- of meertaligheid van de
leerlingen. Vooral de leerlingen die van
huis uit geen Nederlands spraken, stelden
de didactici en beleidsmakers voor pro
blemen. Door deze situatie en de sterke
neiging om in elk opzicht zoveel mogelijk
op Nederland te lijken, was het spreken
en schrijven van goed Nederlands net als
in het maatschappelijk leven het selectie
criterium geworden in het onderwijs.
Theoretisch was het mogelijk dat een
leerling van de Kweekschool met voor
alle vakken een tien en een vijf voor
Nederlands bleef zitten. Een leraar
Nederlands had een machtspositie ten
opzichte van zijn leerlingen. Van Houte
(1957) schreef in zijn rapport Het onder
wijs in Suriname dat het onderwijs in het
Nederlands geïntensiveerd zou moeten
worden en dat de meertaligheid moest
worden opgeheven ten gunste van de
eentaligheid.9
Verwacht zou mogen worden dat de
auteur, zelf neerlandica, haar zienswijze
over deze opvattingen en de gevolgen
daarvan voor het individu en het onder
wijs zou geven. Ze blijft hierbij naar mijn
mening in gebreke. Op het congres van
taalleraren in 1963 en 1964 werd door
Henny de Ziel (een voorvechter van het
cultureel nationalisme) een lans gebroken
voor het ontwikkelen van een eigen
variant van het Nederlands in Suriname
en om niet krampachtig vast te houden
aan Nederlandse normen; taal is immers
een cultuurverschijnsel. In 1965 werd
onder leiding van W.F. Prins een Alge-
Stichting Manifestatie Historisch Interieur
2001, Amsterdam/Waanders Uitgevers,
Zwolle, 2001
ISBN 90-400-9572-8, 302 blz., f 85,83
Meestal zien we alleen de buitenkant
van de vele monumentale bouwwerken in
ons land. Ook bij restauratie van monu-
meen Leerplan voor het gewoon lager
onderwijs samengesteld.10
De auteur stopt haar verhandeling in
1975, het jaar van de onafhankelijkheid
van Suriname. Rond de onafhankelijk
heid zijn er vele initiatieven op het minis
terie van Onderwijs en Volksontwikke
ling ontplooid om het onderwijs op de
lagere school te vernieuwen. Bekend is
het Project Vernieuwing Curriculum
Basisonderwijs waarin vele leerboeken
voor het onderwijs zijn vervaardigd. De
auteur gaat helaas niet in op deze ontwik
kelingen.
De hoofdtitel van dit proefschrift
Onderwijs als sleutel tot maatschappelijke
vooruitgang, komt naar mijn mening niet
goed uit de verf. Dat het onderwijs een
sleutel kan zijn tot maatschappelijke
vooruitgang, is vanuit de algemene
onderwijssociologie bekend. Toch geeft
dit proefschrift onvoldoende aankno
pingspunten, indicaties of bewijzen om
voor de specifieke Surinaamse context de
maatschappelijke vooruitgang van de
bevolkingsgroepen middels onderwijs te
herleiden of vast te stellen. Het proef
schrift is goed gedocumenteerd en dege
lijk van opzet. Als kritiek op deze wijze
van presenteren geldt, dat de studie een
encyclopedisch karakter heeft gekregen
met een overvloed aan details. Hierdoor
is het proefschrift niet boeiend om te
lezen en bloedeloos geworden. Nergens
klinkt een forse mening of zienswijze van
de auteur door. Detailleringen hadden
niet misstaan in een bijlage. Deze kritiek-
mentale gebouwen ging het vaak om die
zichtbare buitenkant en werd veel minder
naar het interieur gekeken. Tot voor kort
kon het nog voorkomen dat de voorgevel
van een monument netjes werd gerestau
reerd, maar dat allerlei waardevolle interi
euronderdelen in de grofvuilcontainer ver
dwenen. Gelukkig lijkt daar verandering in
punten laten onverlet dat de schrijfster
door het gebruik van de vele bronnen een
boekwerk heeft geschreven, waarin ieder
een die is geïnteresseerd in het Suri
naamse onderwijs nuttige en waardevolle
informatie kan vinden. De auteur had
zich bij het schrijven voor ogen moeten
houden: in der Beschrankung zeigt sich der
Meister.
Edwin Marshall, onderwijskundige en
verbonden aan het Instituut voor
Leerplanontwikkeling (SLO) in Enschede.
Hij werkte van 1974 tot 1979 in Suriname als
beleidsambtenaar op het ministerie van
Onderwijs en Volksontwikkeling.
1 Zie pagina 55.
2 Pagina 94.
3 Deze strafbaarstelling is in 1971 (G.B. 1971,
no. 154) uit het Wetboek van Strafrecht ver
wijderd.
4 Pagina 131.
5 Voor een evenwichtige beschrijving en ana
lyse van deze periode verwijs ik naar het
proefschrift van H. Ramsoedh, Suriname
1933-1944, Koloniale politiek en beleid onder
GouverneurKielstra (1990).
6 Pagina 384.
7 Pagina 385.
8 Pagina 412.
9 Pagina 474.
10 Dit leerplan is nog steeds het enige leerplan
voor het gewoon lager onderwijs maar men
werkt thans aan een revisie hiervan.
De geschiedenis van het Zeeuwse binnenhuis
te komen, onder andere door de
Manifestatie Historisch Interieur 2001. Al
in 1994 smeedden de Rijksdienst voor de
Monumentenzorg en de toenmalige
Rijksdienst Beeldende Kunst (thans onder
deel van het Instituut Collectie Nederland)
plannen om meer aandacht voor het his
torische woonhuisinterieur te genereren.
Waanders Uitgevers, Zwolle, 2001
ISBN 90-400-9589-2, 96 blz., f 29,75
december 2001 archievenblad