Het Hollandse ignalementen I John Loughman John Michael Montias, Public and private spaces. Works of art in the Seventeenth Century Dutch Houses. Jet Pijzel-Dommisse, Het Hollandse pronkpoppenhuis. Interieur en huishouden in de 17de en 18de eeuw. José Saramago, Alle namen. literatuur enkele poppenhuizen zelf zijn ook inventarissen bewaard gebleven. Zo blij ken de poppenhuizen van Sara Rothe, Petronella Oortman en Petronella Dunois, aanwezig in het Rijksmuseum en het Frans Halsmuseum, een belangrijke bron voor de kennis van het Hollandse woonhuis en het huishouden in de zeventiende en achttiende eeuw. Ze geven een kijkje in het leven van welge stelde regenten en kooplieden en vor men in feite het beeld bij de zeventiende en achttiende-eeuwse boedelinventaris sen. Waanders, Zwolle, 2000 ISBN 90-400-9444-6, 196 biz., 75, Waanders, Zwolle, 2000 ISBN 90-400-9481-0, 448 biz., 150,- Bijna driehonderd Amsterdamse en Dordtse boedelinventarissen uit het notarieel archief zijn door de schrijvers Loughman en Montias geanalyseerd voor het onderzoek naar het Hollandse interi eur van burgers in de zeventiende eeuw. In een bijlage zijn zeven boedelinventa rissen integraal opgenomen. Hoe zag het interieur eruit, hoe waren de kamers ingericht en hoeveel en welke schilderij en hingen er in de Hollandse huizen? Boedelinventarissen met hun uitgebreide beschrijvingen van bezittingen per kamer zijn een uitstekende bron van informatie hiervoor. Naast deze bron maakten de auteurs ook gebruik van schilderijen van interieurs en poppen huizen. De schrijvers vroegen zich af of de zeventiende-eeuwse genre-schilderij en wel een betrouwbare bron waren voor dit onderzoek en vergeleken deze met de beschrijvingen in de boedelinventaris sen. Uit dat vergelijkend onderzoek blijkt dat de schilderijen van Vermeer en De Hooch bijvoorbeeld niet altijd een goede voorstelling van de werkelijkheid geven. Zo komen er op een groot aantal schilde rijen voorwerpen voor die niet of nauwe lijks in de boedelinventarissen te vinden zijn. Omgekeerd worden vele gebruiks voorwerpen opgesomd in de archiefstuk ken die niet op de schilderijen staan afge beeld. Anders is het met de zeventiende- eeuwse poppenhuizen die bewaard zijn gebleven in het Rijksmuseum in Amsterdam en het Frans Halsmuseum in Haarlem. Deze poppenhuizen van een aantal welgestelde dames waren gevuld met miniaturen die door bekende am bachtslieden gemaakt zijn; het waren kunstkabinetten en geen speelgoed voor kinderen. De poppenhuizen zijn rijk in gericht en voorzien van schilderijen van eigentijdse meesters. Ze geven een nauw keuriger beeld van het interieur dan de zeventiende- eeuwse genre schilderijen. In het proefschrift van Jet Pijzel- Dommisse wor den met name de poppenhuizen in het Rijksmuseum Amsterdam be schreven en ge analyseerd. Het boek is prachtig geïllustreerd en een kunstwerk op zich. De betrouw baarheid van de poppenhuizen als bron van informa tie heeft de schrijf ster getoetst door deze ook te verge lijken met gege vens uit schrifte lijke bronnen als boedelinventaris sen uit de notarië le archieven. Van 30 I literatuur ISBN 90-290-5839-0, 224 blz., f 49,50 Enkele jaren geleden zijn vele colle ga's door familieleden met een roman van Martha Cooley verblijd, omdat deze -ten onrechte- de titel De archivaris droeg. Collega Fasel heeft deze roman op zijn eigen karakteristieke wijze neergesabeld. Ook ik behoorde tot de slachtoffers, dit laatste niet alleen omdat de hoofdper soon geen 'archivist' was maar 'manu script curator', maar ook omdat het gewoon een slappe roman is. De roman van de Portugese Nobel prijswinnaar Saramago handelt over de illegale zoektocht van een zeer laag in de hiërarchie geplaatste ambtenaar van het Algemeen Archief van de Burgerlijke Stand naar een vrouw die achter een per soonskaart schuilgaat. Deze speelt zich af in een ongenoemde, vermoedelijk Zuid- Europese stad. De schrijver heeft zich niet verdiept in de fijne nuances van de burgerlijke stand, het bevolkingsregister of de archivistiek. Zo blijken de bij over lijden naar het statisch archief afgevoer de persoonskaarten ongemerkt in dossie rs te zijn getransformeerd. Maar mis schien ligt dat aan de Portugese archief terminologie en bedoelt de schrijver een kaart in de vorm van een medische patiëntenkaart, waarin bijlagen worden gestoken. De afwezigheid van elke vorm van metadata leidt tot de meest merk waardige consequenties voor het archief beheer. Op de voorplaat van het boek hebben de kaartenbakken spiegeltjes op de plaats voor de etiketten, en dat is symptomatisch en symbolisch voor de toegankelijkheid van de inhoud ervan. Aan de andere kant van de stad bevindt zich een begraafplaats waar het dubbele bestand van deze burgerlijke stand wordt bijgehouden, gecompleteerd met de graf nummers. Daar spelen de laatste hoofd stukken van de roman. Het einde is een ingreep door de al bestierende god van het algemeen archief, aangeduid als de Archivaris, in de queeste van de ambte naar. De ingreep vormt de onverwachte, maar in het verhaal volstrekt logische ontknoping. De schrijver presenteert het archief als een metafoor van de mensheid, en niets minder. Impliciet hanteert hij motieven uit de klassieke mythologie, bijvoorbeeld Orpheus en Eurydice of naar keuze Odysseus, compleet met een virtueel bezoek aan de onderwereld. Er valt overi gens geen enkele antieke naam, behalve de draad van Ariadne. Bij gebrek aan een efficiënte toegang op het statisch archief gebruikt men die als hulpmiddel om er niet in te verdwalen. Wie het boek niet van zijn familieleden krijgt moet het zelf maar aanschaffen. Document Management Frans Timmerhuis, Handboek Document Management. ISBN 90-3891-154-8, 246 blz., ƒ41,30 In juni van dit jaar verscheen het Handboek Document Management van Frans Timmerhuis op de markt. De auteur is eigenaar van een bureau voor advies en dienstverlening op het gebied van docu- mentenbeheer bij archieven en bibliothe ken. In het boek verwoordt hij in heldere taal zijn kennis en ervaring op dit terrein. In negen hoofdstukken komen aspecten van archief- en documentatiebeheer, postverwerking en automatisering van documenten aan bod, evenals het gebruik van internet. In het tiende hoofdstuk wordt een overzicht gegeven van opleidingen, vakorganisaties, vakbla den en overige literatuur en staat een nuttige verklarende woordenlijst. Naast het opbergen van papieren gege vens besteedt Timmerhuis ruim aandacht aan de elektronische archivering. Ook worden praktische tips gegeven die van pas komen bij de uitvoering van de dage lijkse werkzaamheden rond het beheer van archiefbescheiden en documenten. De inhoud van dit handboek is bedoeld om het beleid rond 'documentmanage- ment' te ondersteunen. Dit boek is een aanrader voor zowel leidinggevenden als beheerders van papieren en digitale bestanden. I 31 Annabelle Meddens-van Borselen 1 archievenblad oktober 2001 Vertaald door M. de Kort, Meulenhoff, Amsterdam, 2000 Oorspronkelijke titel: Todos os Nomes, Lissabon, 1997 Arnold den Teuling HANDBOEK archiefbeheer documerUaticbeheer postverwerking doctiniehtautomalisering internetgebruik COMPLEET 1= RAKTIS Frans timmerhuis Signalementen door Patricia Böschen en Annabelle Meddens-van Borselen Elmar, Delft, 2001 oktober 2001 archievenblad I

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2001 | | pagina 15