KLM
NAAR
SCHIPHOL
Gezelschapsbiljet
bedrijfsgeschiedenis KLM
HET VERSCH
1 J N E
N VAN E
EN GESCHIEDENIS VAN DE
In het geval van 'Blauw in
de lucht' ging het net
andersom. Een onafhan
kelijke uitgever en auteur
waren er al in 1998. De
archivaris was in dit geval
bij uitstek degene die het
idee verwelkomde. Het
bezorgde hem weliswaar
veel werk, maar gebruik
van het (historisch)
archief is een rechtvaardi
ging voor het behoud
ervan in een omgeving
waar archief beslist geen
core-business is. Boven
dien zet een bedrijfsge
schiedenis de zaken eens
'gewoon' op een rijtje. Het
jubilerende bedrijf ver
leende haar medewerking.
Tijd was er te weinig. Een
boek met een dergelijke
omvang vraagt toch al
snel een jaar voltijdse aan
dacht. Een poging om met
meer menskracht tijd -
voor het samenstellen van
bijlagen - te krijgen, liep
stuk op gebrek aan
beschikbare stagiaires van
de universiteit. De buiten
staander valt het wellicht niet op, maar het boek
is geen compromis geworden en toch ook weer
wel. Hoewel de oorspronkelijke opzet meer kleur
in zich had, moest er financieel een stapje terug
worden gedaan en werden de meeste foto's in
zwart-wit afgedrukt. Uiteindelijk werden er meer
foto's opgenomen dan oorspronkelijk de bedoe
ling was. De tekst kent -met redactionele meele-
DE GEMEENTE LUCHTHAVEN f{
EENDAAG5CH RETOUR OF
(REEDS BIJ 10PER50NEN)
zers, voornamelijk afkomstig van KLM- weinig
concessies. Dat de inhoud van het boek uitein
delijk niet alleen maar een succesverhaal is, is
mijns inziens tegelijkertijd de grootste verdien
ste ervan, zeker op luchtvaartgebied.
bedrijfsgeschiedenis KLM
Haag, 1999. ISBN 90-1208-750-3. 384 blz.,
fl.49,90.
^ET MOOISTE BEDRIJFSARCHIEF VAN...
In de onlangs verschenen bibliografie over
de Nederlandse luchtvaart van Wim Snieder
komt 'Blauw in de lucht. Koninklijke Luchtvaart
Maatschappij 1919 - 1999' niet voor. Voor de
samenstelling van zijn werk verscheen deze
geschiedenis van de oudste - nog onder haar ori
ginele naam vliegende - luchtvaartmaatschappij
ter wereld te laat om nog te worden opgenomen.
Dat is jammer, want dit werk had hier zeker ver
meld moeten worden.
Voor een bedrijfstak als de KLM, die zo op
de toekomst is gericht, is het bijzonder dat een
bedn]tsgeschiedenis mogelijk is gemaakt. Slechts
onder bepaalde voorwaarden zijn de archieven
van de luchtvaartmaatschappij toegankelijk
voor derden; zo ontvangt het historisch archief
regelmatig onderzoekers, die de archieven raad
plegen voor een doctoraalscriptie of publicatie.
De geschiedschrijving over de luchtvaart is sinds
de eerste Nederlandse publicatie in 1918 van
M.L.J. Hofstee3 over de toekomst van het lucht
verkeer, gegroeid tot een volwassen geschied
schrijving. Deze komt tot uitdrukking in weten-
schappelijk werk over de Luchthaven Schiphol,
Fokker en KLM. De huidige publicaties onder
scheiden zich van de plaatjesboeken van weleer.
Na 'Vlucht KL-50' (nota bene een initiatief van
Albert Heijn) en 'KLM in beeld gedenkboeken
waarin enerzijds de heroïek een rol speelt en
anderzijds de legendevorming wordt beschre
ven, leek het tijd te worden voor een serieus
boek dat de beleidslijnen beschrijft. In die zin
wijkt 'Blauw in de lucht' dan ook in belangrijke
mate af van wat eerder over de geschiedenis van
de KLM is geschreven. Het boek is overigens niet
hèt boek over de KLM, want zoals de auteur
Mare Dierikx al in zijn woord vooraf schrijft,
blijven vele aspecten nog onbeschreven. Dierikx
heeft zich beperkt tot de analyse van beleidsont
wikkelingen. De geschiedenis van de dagelijkse
inspanningen op de werkvloer en aan boord en
van de verhoudingen binnen het bedrijf komen
niet aan de orde. Ook de ingewikkelde verhou
ding tussen de KLM, de Staat en Schiphol blijft
onderbelicht. Het boek is bedoeld als een aanzet
voor een meer omvattende geschiedenis van de
luchtvaartmaatschappij
Helaas is het werk nog nergens gepresenteerd,
geanalyseerd of uitvoerig besproken. Dat doet
geen recht aan de - langdurige - ontstaansge
schiedenis van het boek zelf.
Bij een jubileum is het bedrijf vaak de mece
nas en wordt een historieschrijver aangezocht
om met verve de succesvolle geschiedenis van
het bedrijf (het jubileert immers) te etaleren. Er
wordt dikwijls geklaagd over de afhankelijkheid
van de auteur in deze gevallen. Men schrijft zijn
broodheer immers naar de mond, is veelal de
gedachte.
IBIduw ii
n de lui
cht
Per spo
AM5TE
Inlichtingen aan a
Affiche uit 1937. Uit:Tachtig jaar Schiphol.
archievenblad
juli 2000
juli 2000
archievenblad
Noten
In vogelvlucht.
Geannoteerde bibliografie
over de Nederlandse
luchtvaart, vanaf 1784.
W. Snieder, ed. (Alphen
aan den Rijn 1999).
2 Blauw in de lucht, 9.
3 Hofstee, M.L.J.,
Nederland en het luchtver
keer in de toekomst.
(Amsterdam 1918)
4 Vlucht KL-50. Logboek
van vijftig jaar vliegen.
Koninklijke Luchtvaart
Maatschappij 1919 - 1969.
L. de Vries, ed.
(Amsterdam 1969).
5 KLM in beeld. 75 jaar
vormgeving en promotie.
I. Hoogland, G.l. Smit en
R.C.J. Wunderink, ed.
(Naarden 1994).
De stewardess-uniformen veranderden
mee met de mode van de tijd. Uit:'Blauw
in de lucht'.
Mare Dierikx, Blauw in de Lucht. Koninklijke
Luchtvaart Maatschappij 1919-1999. SDU Den
Begin dit jaar verscheen de
geannoteerde bibliografie 'In
Vogelvlucht'1 van Wim Snieder
over de Nederlandse luchtvaart
vanaf 1784. Snieder werkte
jarenlang op eigen initiatief aan
dit eerste gedegen overzicht van
hetgeen er over de Nederlandse
luchtvaart is geschreven. In het
voorwoord noemt de conserva
tor-directeur van het Nationaal
Luchtvaart Museum Aviodome,
Wim van Westerop, het boek
"wellicht de belangrijkste lucht
vaartpublicatie van na de
Tweede Wereldoorlog" en van
onschatbare waarde voor de
geschiedschrijving van de grote
en kleine luchtvaart in
Nederland.
Drs D.W.K. Jansen is bedrijfsarchivaris van de KLM.
Aan de lopende band verschijnen er boeken over
vliegtuigen, vliegeniers en luchthavens. Het is een tot
de verbeelding sprekend onderwerp. Zo verscheen
vorig jaar een boek over tachtig jaar KLM, een
bedrijfsgeschiedenis van de Koninklijke Luchtvaart
Maatschappij. En dat is nog maar een van de vele
boeken die over 'een van de bekendste en meest
bewonderde bedrijven die Nederland in de twintigste
eeuw heeft voortgebracht' zijn geschreven.2
Volwassen geschiedschrijving
Chocoladefabriek VAN HOUTEN
Coenraad Johannes van Houten (1801-
1887) was de uitvinder van oplosbare
cacaopoeder. Hij stichtte in 1828 een
chocoladefabriek aan de Leliegracht
in Amsterdam, later verplaatst naar
Leiden en in 1850 naar Weesp, waar
het bedrijf werd voortgezet in een
oude kleerwasserij aan de
Oudegracht. In 1968 werd de fabriek
verkocht en in 1971 ontmanteld. Het archief bevat onder
andere financiële stukken, prachtige monster- en model
boeken met etiketten en wikkels, jubileumboeken, foto's
en het personeelsblad.
Plaats: Rijksarchief in Noord-Holland te Haarlem
Periode: 1861-1971
Omvang: 69 meter
Toegankelijk: plaatsingslijst
Analyse beleidsontwikkelingen
4
Niet alleen succesverhaal