Twintia iaar is een eeuwiqhe 1f li' Informatietechnologie Archievenblad Binnen de archiefwereld mag Charles Dollar dan al jaren voorop lopen met zijn kennis over informatie en com municatietechnologie, toch kan ook hij worden ingehaald door de snelheid waarmee de vruchten van ICT ver breid raken. Dat hij in zijn boek uit 1992 het world wide web totaal over het hoofd heeft gezien, verbaast hem eigenlijk nog steeds, zo bekende hij aan het slot van zijn inleiding. Migratie Betrouwbaarheid Een boze droom. Ik neem enkele nummers van een oude langspeelplaat van The Beatles op een bandje op om in de auto te beluisteren. In de file ergens onderweg schuif ik het in de recorder en zet de muziek aan. Uit de boxen klinkt 'Andre Rieu plays The Beatles'. Hier is duidelijk wat mis. Het geheel eigen geluid, het tempo en het ritme, ja zelfs de volledige tekst, alles is bij de 'migratie' verloren gegaan. Zo ongeveer stel ik me het kernprobleem voor dat Dollar deze middag kwam toelichten. 16 Archievenblad Juni 1999 Archievenblad Risico Identiteit van het beroep Who controls the past? De ontwikkeling van ICT dwingt tot vormen van samenwerking tussen uit eenlopende instellingen en tot inte gratie van beroepen zonder dat de archivaris zijn profes sionele integriteit inlevert Juni 1999 Archievenblad 17 Door Agnes Jonker Zijn naamkaartje deelde hij na af loop enthousiast uit: Charles. M. Dollar. Eind maart was hij in Eu ropa en wipte op uitnodiging van de Archiefschool over voor een lezing over 'long term access to trustworthy electronic records'. De Amerikaanse archivaris Dol lar zag als een van de eersten de verreikende consequenties van de digitalisering van de informatie voorziening in. Van meet af aan was hij nauw betrokken bij het onderzoek naar de theoretische en praktische implicaties van ICT voor de archivistiek. Thans is hij verbonden aan de University of British Colombia (Canada). Ook vooraanstaande onderzoekers als Luciana Duranti en Terry East wood werken daar. Dit tweetal duikt regelmatig op in de ge schriften van Dollar, zo ook in deze lezing. Eerder was Dollar verbonden aan de geschiedenis faculteit van Oklahoma State Uni versity en aan de U.S. National Archives and Records Admini stration. Een van zijn vele publi caties is het in 199 2 verschenen Archival theory and information technologies. The impact of infor mation technologies on archival principles and methods' (Univer sity of Macerata, Italy). Een nieuw boek van zijn hand gaat over 'stra tegies for longterm access' en staat op het punt van verschijnen. Het vraagstuk van de blijvende toegankelijkheid van digitaal opgeslagen informatie is te overzien wanneer de na te streven termijn beperkt blijft tot hooguit twintig jaar, meent Dollar. In techni sche zin is dat haalbaar. Het periodiek overzetten van gegevens op nieuwe dragers, onder nieuwe software of op een nieuwe generatie computers zal men steeds beter onder de knie gaan krijgen. Daar hoeft het probleem waarschijnlijk niet te lig gen. Vanuit archivistisch gezichtspunt is het over zetten echter gecompliceerd en daardoor wel degelijk een probleem. De Engelse vakterm 'migration' dekt uiteenlopen de varianten van overzetten (conversie, transfer, kopie...) en juist die verscheidenheid aan beteke nissen maakt 'migratie' tot een vuilnisvatbegrip, voor archivarissen niet bruikbaar. Dollar bepleit een nauwere definitie van 'migratie' die recht doet aan het behoud van de integriteit van elek tronische documenten en overeenkomt met aan traditionele archiefbescheiden, papieren en per kamenten gestelde eisen. 'Migratie in archivisti- sche zin dient de authenticiteit en volledigheid van de digitaal opgeslagen gegevens te omvatten. Het overzetten van digitaal opgeslagen informatie voldoet aan de eis van betrouwbaarheid wanneer de authenticiteit en volledigheid van de oor spronkelijke informatie zijn gewaarborgd. In een omgeving waarin apparatuur, opslagmedi um en software continu veranderen, ziet de archi vistiek zich voor het probleem geplaatst de be trouwbaarheid van elektronische documenten te bewaken. Welke maatstaven zijn daarvoor aan te leggen? Dollar somde vijf voorwaarden op, ge richt op het behoud van de toegankelijkheid (ac cess) van digitale bestanden op korte termijn; het behoud (preservation) van deze informatie op lange termijn is een heel ander verhaal. De vijf voorwaarden zijn: 'processible', 'intelligible', 're- constructable','understandable' en 'unaltered'. 'Processible' is de voorwaarde dat de drager, het opslagmedium, altijd zijn gegevens zal prijsgeven. Zowel in technische als in materiële zin moet die drager altijd te ontcijferen blijven, intelligible' wijst op de voorwaarde dat technische uitleg over de specifieke interpretatie van de bit-stream, de brei van nullen en enen, bewaard moet blijven. Het belang van deze metagegevens is gekoppeld aan kennis over het softwareprogramma waaron der de gegevens zijn opgeslagen. 'Reconstructa- ble' is in dit verband een nogal abstracte notie; deze voorwaarde houdt in dat de 'uiterlijke' kenmerken van het oorspronkelijke elektronische document, zoals de opmaak en de complete, feitelijke inhoud van de tekst, te allen tijde in hun authentieke vorm zijn te reconstrueren. 'Understandable' verwijst naar de voorwaarde dat elektronische documenten geen geheimen mogen bevatten over hun herkomst en bestemming, tijd stip van ontstaan en functionele samenhang met andere elektronische documenten. Deze 'context of creation' dient onlosmakelijk te zijn verbonden met het elektronisch document. Is daar aan vol daan, dan is alvast een stap naar 'unaltered' gezet, de voorwaarde dat op geen enkel moment nog gesleuteld kan worden aan een elektronisch document zodra de definitieve versie, tot stand gekomen na het doorlopen van een vastgestelde, beveiligde procedure, gereed is. In het tweede deel van zijn inleiding bekeek Dollar enke le mogelijkheden om beveili ging in bovengenoemde zin te bereiken. Het was vooral een technisch getint verhaal over terminologie, format, alternatieve opslagmedia, nieuwe technologie en 'migra tie' en een aanbeveling om een handleiding op te stellen voor de beveiliging van de integriteit van elektronische documenten, naar een voor de fysieke beveiliging van opslag media. Enkele praktijkvoorbeelden; het Amerikaanse Octrooibureau (Patent and Trademark Office) vervangt om economische redenen frequent - ongeveer elke vijf jaar - alle apparatuur en software. Op die manier wordt het risico ingedamd dat er op lange termijn onover komelijke problemen gaan ontstaan met de infor matie die het bureau beheert. Aan geld heeft PTO geen gebrek. Minder bedeelde informatiebeheer- ders, zoals de National Archives and Records Administration (NARA), wachten met vervanging wel vijftien tot twintig jaar, totdat het echt moet; het gevaar van informatieverlies is daar dan ook groot. De deskundigheid van de archivaris verleent het beroep een aureool van professionele autonomie en onpartijdigheid. Wat blijft daar van over wan neer de technologie het vak in de armen drijft van financieel en technisch beter uitgeruste in stellingen? In de VS bijvoorbeeld werken de NARA en het ministerie van Defensie sinds eind 1997 samen aan verschillende projecten die betrek king hebben op het beheer van elektronische ar chieven. Het archiefwezen kan zich niet afzijdig houden van het ontweipen en het vormen van der gelijke archieven, aldus Dollar. In een papieren wereld kon de archivaris volledig onafhankelijk zijn gang gaan, maar die tijd is voorbij. De ontwik keling van ICT dwingt tot vormen van samenwer king tussen uiteenlopende instellingen en tot integratie van beroepen. Zo worden grenzen over schreden die tot nu toe, al dan niet kunstmatig, in stand werden gehouden. Maar dat betekent niet dat de archivaris zijn professio nele integriteit inlevert. Volgens Dollar is er wat de vakbekwaamheid betreft geen fundamentele veran dering gaande: een archiva ris is een specialist in documenten, van papier of elektronisch, die gevormd zijn als nevenop brengst van administratieve of zakelijke handelin gen, en van het hergebruik (recycling) van de contextgebonden informatie die daarin ligt beslo ten. Wie heeft er in de toekomst nog greep op wat bewaard zal blijven in de archieven? Wie archie ven vormt en wie ze selecteert, die mensen hebben en houden daar greep op volgens Dollar. Er wordt, altijd al, veel meer waardevol archief gevormd dan uiteindelijk terecht komt in de bewaarplaat sen, maar Dollar erkent dat elektronische archieven zich eerder aan beoordeling en selectie onttrek ken. In een papieren wereld kon een kritische geest door tijdig optreden heel wat redden dat, zonder ingrijpen, verloren dreigde te gaan. In een elektronische wereld is dat een welhaast onmo gelijke opgave. 2 Peter Horsman leidde de lezing voor de ruim veertig toehoor ders op 26 maart aan de Ar chiefschool in Amsterdam in. U kunt de lezing nalezen op http://www.interpares.org De informatietechnologie ont wikkelt zich zo snel, daar is geen kruid tegen gewassen: compu terapparatuur en software zijn al verouderd voordat ze zijn afge schreven. Het is dan ook heilloos om te denken dat digitaal opge slagen informatie permanent te bewaren is. Dollar adviseert daarom: pieker niet over de vraag hoe elektronische archie ven er over honderd jaar aan toe zijn, maar besteed energie aan het behoud van de toegankelijk heid van elektronische docu menten in de eerstkomende twintig jaar. En help mee om beheerders en gebruikers in de toekomst te behoeden voor ingewikkelde technische raad seltjes: bewaar bij elektronische documenten altijd de informatie over de bijbehorende software en alle tussentijdse aanpassin gen.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1999 | | pagina 8