Digitalisering r* (Computer Associates Archieven, literatuur en de waarheid Restauratie-Atelier Helmond B.V. Oöiecis@Work /nferactief archief lithografie UW HISTORI ARCHIEF DIGIT EM OPTIMAAL TOEGANKELIJK van elk denkbaar origineel UITNODIGING SEMINAR voor restauratie en conservering van papier, leer en perkament boeken in leer en perkament charters en zegels prenten en tekeningen kaarten en affiches massaconservering vrijblijvende offertes vacuüm-vriesdrogen ondersteuning bij calamiteiten 24 uur bereikbaar bij brand- en waterschade 06-575.896.31 Panovenweg 40. 5708 HR HELMOND (NL) Tel: 0492 - 55.39.90 Fax: 0492 - 55.24.42 E-mail: info@restauratie-atelierhelmond.nl Internet: www.restauratie-atelierhelmond.nl 3 JUNI 1999 'T OUDE TOLHUYS TE UTRECHT. Wilt u weten hoe u het archief bij uw instelling ook digitaal en optimaal beschikbaar kunt maken? Bel dan (030) 608 27 77 en meld u aan voor het seminar! U kunt u ook aanmelden via het Internet op www.cai.com/offices/holland onder de tab evenementen. Software superior by design. Archievenblad "Even when straight from the dusty archive the evidence always pre-exists within nar rative structures and is freighted with cul tural meanings A. Munslow Mei 1999 Archievenblad 13 'l11 I PICTURA IMAGINIS de hoefsmid 13 1851 PZ Heiloo tel: 072-5320444 fax: 072-5320400 e-mail: pictura@xs4all.nl http://www.xs4all.nl/~pictura QlHTfflRH IV AvG ll\l l rs Burgers en wetenschappers doen in toenemende mate een beroep op de historische archieven van de overheid. U wilt hen optimaal van dienst zijn, maar u wilt dat uw medewerkers hier zo min mogelijk tijd aan kwijt zijn. Tevens wilt u dat de documenten er zo min mogelijk onder te lijden hebben. Dit is mogelijk door het archief digitaal beschikbaar te maken, via het Internet of via een applicatie bij u in het gebouw. Bezoek het seminar op 3 juni en laat u informeren over de wijze waarop u dit kunt realiseren. Tijdens het seminar zullen leden van de werkgroep Historisch Percelen Project van de Friese gemeente het Bildt laten zien hoe zij het eerste Nederlandse open bare, digitale historische archief hebben ontwikkeld met behulp van de software Jasmine. Jasmine is de object database en multimedia ontwikkelomgeving van Computer Associates. Doordat Jasmine een object database en ontwikkelomgeving is, is het heel gemakkelijk een applicatie te bouwen die de structuur van een historisch archief volgt. Bovendien kunt u in Jasmine alle soorten informatie effectief en gemakkelijk opslaan, zoals foto's, tekst, geluid en video. Wilt u zien hoe het digitale archief van HPP eruit ziet, bezoek dan www.arfo.nl/hpp. 1999, Computer Associates B.V., Postbus 577, 3430 AN Nieuwegein. Door Ingmar Koe h In het Archievenblad van maart jl. schreef Jan Bervoets een prikkelend stuk over het gebruik van archiefmateriaal in moderne romans. Onder de titel 'Maar wat doen onze klanten toch met onze stukken?' be handelde hij de manier waarop Arthur Japin in zijn roman 'De zwarte met het wit te hart' daarmee is omgegaan. Kort gezegd zou Japin een verbaal uit het archief van de minister van Koloniën Pahud gebruikt hebben als dramatisch hoogtepunt in zijn roman. De Afrikaanse prinsen daarin wer den stelselmatig gediscrimineerd en ach tergesteld en het verbaal is hier het bewijs van. Bervoets stelde vast dat Japin deze passage heeft verzonnen en dat waarschijn lijk nooit een stuk met deze tekst is opge maakt en verwijt de auteur min of meer oneigenlijk gebruik van de bronnen. Hij zou de waarheid hebben aangetast uit dramatische overwegingen. Bervoets laat dan ook regelmatig woorden als 'waarheid', werkelijkheid' en 'authenticiteit' vallen zon der duidelijk te maken wat hij daar onder verstaat. Uit de ondoorzichtige omschrijvin gen van de begrippen blijkt dat hij een zeer traditioneel, misschien wel achter haald beeld ervan heeft. Ik illustreer dit aan de hand van enkele voorbeelden. Wan neer Bervoets het heeft over het verschil tussen literatuur en wetenschappelijke his torische teksten schrijft hij: "Een weten schappelijk historisch werk onderscheidt zich door een specifieke discursiviteit, waar in de auteur zich verbindt om de juistheid van het feitenmateriaal aan te tonen dan wel het hem beschikbare materiaal aan een nader onderzoek te onderwerpen." Hij illustreert dit met een verwijzing naar Fasseurs biografie over Wilhelmina. Vol gens Bervoets levert Fasseur terecht kri tiek op cle manuscript-memoires van Wit- tert van Hoogland, omdat deze groten deels uit roddel en achterklap zouden be staan waar het gaat over de geslachtsziek ten van prins Hendrik (zie ook pag. 28 in dit nummer). Bijna aan het eind van zijn artikel om schrijft Bervoets het beginsel waaraan volgens Japin een goede historische ro man moet voldoen, namelijk dat "de dra matiserende verbeelding moet aanvullen waar de waarheid gaten laat." En tenslotte de uitsmijter: "door de expliciete individu alisering van een standpunt dat in de vori ge eeuw gemeengoed was maar in onze ogen moreel onaanvaardbaar, bestaat er een nuanceverschil tussen de inhoud van de roman en de historische werkelijk heid.Aan de lezer te beoordelen in hoever re dit een geoorloofde vorm van dramati serende vervreemding is of dat het een verzwijging van een collectieve histori sche verantwoordelijkheid inhoudt." Uit deze citaten blijkt allereerst dat Bervoets wel inziet dat archieven en archiefstuk ken geïnterpreteerd moeten worden. Sa men met Fasseur twijfelt hij aan memoi res, die inderdaad niet per definitie waar hoeven te zijn. Zij zullen altijd geïnterpre teerd moeten worden in de context van degene die de informatie vastlegt. En dan nog; ook een notulist stuurt de 'herinne ring' aan een vergadering door alleen vast te leggen wat hij van belang acht. Of zoals prof. Ketelaar het in zijn inaugurele rede verwoorde: "Archieven zijn niet neutraal: sommige feiten tellen mee, andere wor den uitgesloten".Wat betreft de dramatise rende verbeelding die moet aanvullen waar de waarheid gaten laat: waarschijnlijk is dit een Freudiaanse 'slip of the pen' en bedoelt Bervoets dat een auteur zijn fan tasie mag (of moet) gebruiken waar de bronnen gaten laten. Een vergissing die tekenend is voor de opvatting dat archie ven overeenkomen met de waarheid. En dan niet zozeer een waarheid, maar De Waarheid. Blijkbaar kan alleen "in een literair werk de historische constructie van de situatie gebeuren vanuit elk gewenst perspectief" (Bervoets, p. 28). Maar als alle historici De Waarheid over het verleden zouden kun nen weergeven, waarom blijven ze dat dan iedere keer opnieuw en op een andere ma nier doen? Ze baseren zich toch allemaal grotendeels op dezelfde archiefstukken? Komt dat niet omdat ook historici hun ver beelding inroepen op de momenten waar op de bronnen zwijgen? Het enige verschil tussen een literair auteur en een histori cus is dat die laatste vanaf dat moment omtrekkende bewegingen moet gaan ma ken, voorbehouden moet inbouwen en zijn redeneringen moet verantwoorden en de eerste niet. Die moet alleen zorgen dat zijn verhaal klopt en geloofwaardig over komt. Ook verwijt Bervoets Japin dat deze de historische werkelijkheid onrecht aan doet door een standpunt, dat in die tijd gemeengoed was, te individualiseren aan de hand van een niet-bestaand stuk. Ik denk dat een nuanceverschil tussen histo rische werkelijkheid en de omschrijving daarvan in een (wetenschappelijk) histo rische tekst onvermijdelijk is en dat nuan ceverschil zelfs een eufemistische om schrijving is. Het is onmogelijk de werke lijkheid in zijn geheel te vatten en te be schrijven. Daarnaast is het unfair om Japin op basis van een niet bestaand citaat te verwijten dat hij de historische werkelijk heid onrecht aandoet. De hele roman draait om de tegenwerking die de twee zwarte prinsen ondervinden in de Westeuropese samenleving; het verzonnen verbaal is een mooi dramatisch hoogtepunt aan het eind van de roman. Temeer daar Kwasi dan inziet dat het niet om de individuele opvattingen van een minister gaat, maar om de mentaliteit van de Westeuropese maatschappij. Hij vouwt een soort vlieg tuigje van het bewuste afschrift en gooit het naar zijn kinderen. "De woorden vlin derden omhoog, wentelden, vielen, schroei den even aan de vlammen, maar schoten toen de lucht weer in, waar ze een tijdje bleven hangen op de rook." (Tapin, p. 384) Voor een goed verstaander wordt de 'col lectieve historische verantwoordelijkheid' in 'De zwarte met het witte hart' helemaal niet verzwegen. student archivistiek aan de oplei ding boek-, archief- en informatiewetenschap

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1999 | | pagina 6