De ijzeren weg
LEEUWARDEN
Mapping for Money
Literatuur
Archievenblad
Archives de particuliers relatives a I'histoire de la Belgique
Mapping for money
Inventaris van het archief van Johan Huizinga
38 Archievenblad Mei 1999
Van Leeuwarden naar Den Haag
De ijzeren weg in een land vol water
in een land vol wafer
Kooplui, kermisklanten
Mei 1999
Archievenblad 39
Kees Zandvliet
Maps, plans and topographic paintings
and tneir role in Dutch overseas expansion
during the 16th and 17th centuries
K. Zandvliet. Maps, plans and topo
graphic paintings and their role in
Dutch overseas expansion during
the 1 6th and 1 7th centuries.
De Bataafse Leeuw, Amsterdam, 1 998.
ISBN 906707-456-X. 328 biz. fl. 85,-
In de prachtig uitgegeven dissertatie ana
lyseert de schrijver de rol van kaarten en
kaartenmakers gedurende de eerste eeuw
van de Nederlandse overzeese expansie
in het kader van de activiteiten van de
Verenigde Oost-Indische Compagnie en
de West-Indische Compagnie. De nadruk
ligt op de besluitvorming en achtergron
den van het kaartmaken. Daarbinnen
wordt gekeken naar de rol van de kaart-
makers, landmeters, architecten en mili
taire ingenieurs. Aan de opleiding en sta
tus van de kaartenmakers besteedt
Zandvliet ook aandacht. Kaartenmakers
als Hessel Gerritszoon, de beroemde fami
lies Blaeu en Vingboons behandelt hij
apart. De conclusie van het onderzoek is,
dat de compagnieën kaarten lieten
maken om er geld mee te verdienen. De
kaarten en globes waren belangrijke in
strumenten voor het welslagen van de
expansie. Voor deze studie gebruikte
Zandvliet de archieven van de VOC en
WIC.
Algemeen Rijksarchief, Brussel, 1 998.
Gids nummer 40. 854 blz. 1 350 bef.
In het overzicht staan gegevens over de
naam, beroep, functie, biografische gege
vens, publicaties van de persoon, litera
tuurverwijzing, verblijfplaats archief, pe
riode van het archief, toegangen en ma
te van openbaarheid. De Belgische pre
mier Jean-Luc Dehaene (geboren 1940)
droeg zijn stukken aan het Algemeen
Rijksarchief over van zijn periode als mi
nister-president, 1992-1995. De stukken
zijn pas in het jaar 2045 openbaar.
De archiefbescheiden van de socialisti
sche minister Hendrik de Man 1885-
1953) over de periode 1930-1953, even
eens aanwezig in het Algemeen Rijks
archief te Brussel, en die van historicus
Henri Pirenne (1862-1935) zijn wel open
baar.
Anton van der Lem,
Een Bibliografie 1 897-1 997
Universiteitsbibliotheek Leiden, 1 998.
ISBN 90-74204-09-0.
421. blz. fl. 75.-
In twee kloeke delen verscheen een
overzicht van persoonsarchieven in
België. Vooral militairen, politici en pro
fessoren lieten hun archieven na.
Van 1915 tot 1942 was Huizinga hoogle
raar in de algemene geschiedenis aan de
Rijksuniversiteit van Leiden. De inventa
ris van het archief is meer een plaatsings
lijst, waarin de correspondentie en stuk
ken betreffende benoemingen verspreid
tussen collegedictaten en manuscripten
van boeken staan. Voorin is wel een
overzicht per rubriek gegeven met in
ventarisnummers van wetenschappelij
ke correspondentie, personalia, stukken
uit de studietijd, colleges, voordrachten
en gepubliceerde werken. Alhoewel het
archief niet geheel volgens de regels der
archivistiek is geordend, zal de onder
zoeker hiermee prima overweg kunnen.
Op de inventaris is een index van per-
soons- en zaaknamen opgenomen en
een bibliografie van Huizinga's publica
ties.
Archives de particuliers relatie-
ves a I'histoire de la Belgique
contemporaine (de 1 830 a nos
jours), 2 delen
Nadien zijn aanvullingen, foto's, per
soonlijke documenten en brieven, over
gedragen door familieleden.
De archiefbeschei
den van historicus
Johan Huizinga
(1872-1945) zijn in
1945 geschonken
aan de universi
teitsbibliotheek
van Leiden.
Huizinga e.a (red.)
Van Leeuwarden naar Den Haag
Rond de verplaatsing van het
stadhouderlijk hof in 1 747.
NAAR DEN HAAG
Kond de verplaatsing van
het stadhouderlijk hol'
in 1747
In mei 1747 werd de Friese stadhouder
Willem Carel Hendrik Friso benoemd
tot stadhouder van alle gewesten van de
Republiek. Hij vertrok daarom met zijn
familie en hofhouding uit Leeuwarden
J.Van Wijnen, Franeker. 1 997
ISBN 90-51 94-1 6 3-3. 141 blz. fl. 24,50
naar Den Haag. Marijke Bruggeman
schrijft over de stadhouder en zijn echt
genote Anna van Hannover. Yme Kuiper
vertelt over de Friese hovelingen rond
de stadhouder, zoals de gebroeders Van
Haren en Willem Bentinck. Elotso
Spanninga laat zien hoe de ontevreden
heid in Friesland tot uiting kwam in het
pachtersoproer in 1748 en de doelisten
beweging. Belangrijkste bron over dit
oproer is het dagboek van Johan Vegilin
van Claerberge, aanwezig in het familie
archief Van Eysinga-Vegelin van Claer-
bergen. Voor het onderzoek over de
stadhouder zijn voorts het archief van
Willem IV en Johan Willem Friso in het
Koninklijk Huisarchief gebruikt. Familie
archieven van Friese families aanwezig
in het Rijksarchief in Friesland zoals dat
van de familie Van Haren en anderen
leverden aanvullende informatie op,
evenals het Stadhouderlijk archief en
het archief van het Hof van Friesland.
l'e Batn.ifsche Leeuw
'De ijzeren weg' is een goed leesbaar,
chronologisch overzicht van de geschie
denis van de Nederlandse spoorwegen.
Binnen elk hoofdstuk worden dezelfde
A.J. Veenendaal jr.,
Beknopte geschiedenis van
de spoorwegen in Nederland
1834-1958
De Bataafse Leeuw. Amsterdam. 1 998.
ISBN 90-6707-461-1. 192 blz. f146.-
thema's behandeld: de stationsgebou
wen, het materieel, het personeel, de
ontwikkeling van de spoorwegtechniek
en de organisatie en de financiering van
de spoorwegen. Een uitgebreide, thema
tisch ingedeelde literatuurlijst en illus
traties zijn in het boek opgenomen. Het
is te betreuren dat de auteur besloot af
te zien van bronvermelding. Hij gebruik
te het archief van de Nederlandse spoor
wegen, maar welke series en stukken
interessant zijn voor onderzoek naar de
spoorwegen, weet de lezer en geïnteres
seerde onderzoeker nu niet.
Annemarie Cottaar, Kooplui,
kermisklanten en andere woonwa
genbewoners. Groepsvorming en
beleid 1870-1945.
Flet Spinhuis, Amsterdam. ISBN 90-5589-027-8.
339 blz. fl. 44,50
In haar dissertatie onderzocht Cottaar het
overheidsbeleid van rijk en gemeenten
tussen 1850 en 1945 ten aanzien van
woonwagenbewoners. De ontwikkeling
van de maatschappelijke positie van woon
wagenbewoners is de rode draad in deze
studie. Cottaar vraagt zich af of die positie
is bepaald door hun woonvorm, hun ver
meende buitenlandse afkomst, hun beroe
pen of door hun leefwijze. Zij beschrijft
familiegeschiedenissen en de beroepen.
Naast kranten, tijdschriften, archieven en
interviews gebruikte zij ook beeldmateri
aal. Juist dit laatste laat duidelijk zien dat
het niet om een homogene groep ging.
Voor het centrale overheidsbeleid raad
pleegde zij onder andere het archief van
het ministerie van Justitie (politie en re
classering) en Binnenlandse Zaken (arm
wezen). Voor het beleid van gemeenten
onderzocht zij het materiaal in Den Haag
en Zwolle (archief van de Commissaris
der Koningin, archief met vergunningen
vanaf 1921). Voor de periode van de Tweede
Wereldoorlog gebruikte zij de dossiers in
het NIOD.
Groepsvorming en Beleid 1870 -1945