gemeen schappelijke lapjeskat Mensen Nieuws 5: 8 if Door Gert Jan Röhner 30 Van koepel naar federatie 31 if i. Vooruitlopend op de daadwerkelijke fusie tussen het Gemeente- en Rijksarchief van Utrecht tot het Utrechts Archief, zijn vanaf half december 1997 de studiezalen van de beide diensten samengevoegd. De ervaringen tot nu toe, van zowel bezoekers als medewerkers, zijn redelijk positief. Maar het was wel even wennen. Vanaf die datum is er dus sprake van één geïntegreerde dienstverlening, waarbij de studiezaalmedewerkers van Gemeente- en Rijksarchief gezamenlijk proberen de noden van de bezoekers te lenigen. De onwennigheid ligt in het feit dat, hoewel beide archiefinstellingen al sinds mensenheuge nis ein eenzelfde gebouw hun onderkomen hebben, er nooit echt sprake is geweest van een geregeld overleg in organisa torische zin. Er zijn dan ook grote verschillen in de dage lijkse gang van zaken bij de beide diensten, variërend van de indeling van de stellingen in de depots tot aan alle mogelijke regelingen, procedures en werkwijzen. Er waren -en er zijn nog steeds- zoveel verschillen dat je bijna van een heus cultuurverschil kunt spreken. Dat zal onder invloed van de dagelijkse praktijk wel spoedig zijn geslecht, al moeten we niet uitsluiten dat het in het onderling verkeer tussen de medewerkers nog wel eens kunstmatig zal worden opgerakeld. Wat wat is het toch jammer dat situaties zoals geschetst in heet overdrachts- register van de studiezaal van het Gemeentearchief, zich nooit meer zullen voordoen: 'De lapjeskat van de overburen is op bezoek geweest op zoek naar zijn/haar voorouders. Heb hemlhaar doorverwezen naar het Rijksarchief.' En dan de soorten bezoekers-, daar zijn ook wel wat verschil len in te ontdekken. De hoog opgeleide mannelijke 50-plus- ser die blijkbaar de gemiddelde bezoeker bij de Rijksarchief dienst is, wordt nu in éve'n studiezaal ontvangen samen met de recht- en rioolzoekende burger van de gemeentelijke kant. Telefoontje bij de receptie: "Goedemorgen, ik heb een huis gekocht, heeft u daar een bouwtekening van? Het is namelijk een oud huis en we willen een waterbed kopen. Kan dat? Toen de geïntegreerde studiezalen na de verbouwing voor het eerst weer voor het publiek waren opengesteld, is menig regelmatige bezoeker van het Utrechtse Gemeente- en Rijksarchief enige tijd de weg kwijt geweest. Je staat ook raar te kijken als in een zaal waar jarenlang de DTBregisters en de registers van de burgerlijke stand in de kast stonden, nu niets meer van dien aard is terug te vinden. Maar die bezoekers van de archieven van weleer zullen hun weg in het Utrechts Archief ongetwijfeld weer snel weten te vinden. Het zijn tenslotte nog steeds dezelfde stukken en eigenlijk ook nog dezelfde studiezaalmedewerkers. Dus in de persoonlijke sfeer verandert er niet zo veel. En dat is maar goed ook, want dan kun je tenminste nog eens een enkele anekdote optekenen. Een warme zomerdag in een van de studiezalen. Een bezoeker levert een aanvraagbriefje in waarbij de voorgedrukte tekst 'verzoekt ter inzage in de studiezaal' is veranderd in 'verzoekt ter consumptie'. Achter 'omschrijving staat: 'twee ijsjes'De studiezaalmedewerker heeft het formulier, voorzien van de vermelding 'zoek' aan de aanvrager teruggegeven. Tenslotte: de lapjeskat wordt al geruime tijd vanuit het raam van de (gemeenschappelijke) collegezaal dagelijks voorzien van een (gemeenschappelijk) schoteltje melk! voorlopig coördinator studiezalen Utrechts Archief In het Archievenblad van december j.l. werd in het gekleurde katern nadere informatie aangekondigd over de intentiever klaring om te komen tot een federatie voor het Nederlandse archiefwezen die op 3 december 1997 in Hotel Des Indes te Den Haag werd ondertekend door een achttal partijen. In onderstaande bijdrage zet de voorzitter uiteen welke rol de KV AN hierin speelt en hoe het KVAN-bestuur tegenover de ontwikkelingen staat. De start van het proces tot de oprichting van een federatie voor het Nederlandse archiefwezen moet leiden, was de verschijning van de cultuurnota van 'onze' staatssecretaris (van OC&W), Aad Nuis, onder de titel Pantser of ruggegraat. Uitgangspunten voor cultuurbeleid in juli 1995. Hierin gaf de staatssecretaris aan in de planperiode (1997-2000) de 'koepelfunctie' in alle sectoren van het cultureel erfgoed te willen versterken. Daarop werd - mede op advies van de Raad voor Cultuur - besloten voor de archiefsector te onderzoeken of daar de behoefte bestaat om tot een koepel te komen en op welke manier zo'n koepel het beste gestalte kan krijgen. Voor OC&W stond daarbij de vraag centraal of zo'n koepel tevens de functie van 'één brievenbus voor het gehele archiefwezen' zou kunnen hebben. In opdracht van OC&W en de KVAN voerden TNO NBBI het onderzoek uit. Dat was eind 1996/aanvang 1997. Uit het onderzoeks rapport dat in april 1997 verscheen en de reacties daarop bleek zonneklaar dat er een duidelijke behoefte aan beter gestructureerde samenwerking bestaat, vooral wanneer het gaat om de ontwikkeling van concrete producten. Natuurlijk lag de vraag voor de hand of de KVAN, die zich immers vanouds 'de bevordering van de belangen van het Nederlandse archiefwezen' (art.2 statuten) ten doel stelt, de rol van koepel zou kunnen spelen. Deze vraag werd alge meen, ook door het KVAN-bestuur, ontkennend beant woord. De KVAN is immers een vereniging van individuele leden die allen, ongeacht werkkring en functie, een gelijke stem hebben in de beleidsbepaling. Deze vanouds bestaande situatie heeft niets aan wenselijkheid en actualiteit ingeboet en vormt de kracht van de vereniging waarin het inhoud geven aan de professie, los van ieders dienstbelangvoorop staat. De beoogde koepel staat daarentegen veeleer ten dienste aan de archiefbeherende instellingen, zowel de openbare als de particuliere. Vermenging van de belangen van de beroeps groep met die van de instellingen is niet gewenst. Dit wil overigens niet zeggen dat de belangen van de professie en de instellingen niet gelijk kunnen zijn. Het bestuur concludeer de dat de KVAN zich niet kan transformeren tot een koepel, maar de koepel wel moet schragen. Een andere belangrijke conclusie van het rapport was dat de koepel het beste de gestalte van een federatie kan krijgen, waarin de deelnemers volledig hun zelfstandigheid behou den. In samenspraak met OC&W en de bij het onderzoek betrokkenen heeft de KVAN de volgende instellingen m gevraagd om verder te gaan op de weg die naar een federatie moet leiden: de Rijksarchiefdienst, de Archiefschool, de KALO, het LOPAI, CANNet, de NVBA en SOD. Dit leidde tot de ondertekening van de genoemde intentie Onder voorzitterschap van prof. dr E.J. Fischer gaat een projectgroep de federatie gestalte geven verklaring waarvan de tekst hieronder is weergegeven. Op basis van deze verklaring zal een projectgroep de federatie gestalte gaan geven. Inmiddels is de in de archiefwereld niet onbekende algemeen directeur van het Verbond van verzeke raars, prof.dr. E.J. Fischer, bereid gevonden het voorzitter schap van de projectgroep op zich te nemen, het secretariaat 102/2 maart 1998

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1998 | | pagina 18