De
Praktijk
24
400Jaar Verenigde Oostindische Compagnie: Opmaat naar het jaar 2002
Door Nicoline J. Ekama van Dorsten
archief
2.5
7. Archivarissen dienen zowel de openbaarheid als de
persoonlijke levenssfeer te respecteren en te handelen
binnen de grenzen van de relevante wetgeving.
Archivarissen dienen er voor te zorgen dat vertrouwelijke
gegevens over personen en instellingen, evenals die aangaan
de de nationale veiligheid, worden beschermd zonder dat
informatie wordt vernietigd. Speciale aandacht dient hierbij
geschonken aan elektronisch archief, waar actualisering en
wissen een gebruikelijke praktijk zijn. Archivarissen dienen
de persoonlijke levenssfeer van archiefvormers of van
personen die in archiefbescheiden worden genoemd te
respecteren. Dit geldt in het bijzonder ten aanzien van
diegenen die geen zeggenschap hebben gehad in het gebruik
of de bestemming van het materiaal.
8. Archivarissen dienen het speciale vertrouwen dat hen
gegeven is aan te wenden in het algemeen belang en te
vermijden dat zij hun positie gebruiken om zichzelf of
anderen onbillijk te bevoordelen.
Archivarissen dienen zich te onthouden van iedere activiteit
die hun professionele integriteit, objectiviteit en onpartij
digheid zou kunnen schaden. Archivarissen mogen noch
financieel, noch anderszins persoonlijk voordeel behalen ten
koste van instellingen, gebruikers of collega's. Archivarissen
mogen zelf geen originele documenten verzamelen, noch
voor zichzelf deel hebben aan handel in archiefbescheiden.
Zij zullen activiteiten vermijden die bij het publiek een
vermoeden van belangenverstrengeling zou kunnen wekken.
Archivarissen mogen de archieven die in hun instelling
worden bewaard voor eigen onderzoek en publicaties
gebruiken, op voorwaarde dat dit gebeurt onder dezelfde
voorwaarden als voor andere gebruikers. Archivarissen
mogen informatie die zij hebben verkregen door de omgang
met niet-openbare archiefbestanden niet bekendmaken noch
gebruiken. Eigen onderzoek en publicaties mogen geen
nadelige invloed hebben op de behoorlijke vervulling van de
professionele of administratieve taken waarvoor zij zijn
aangesteld. Bij gebruik van archiefbescheiden uit de eigen
instelling mogen archivarissen onuitgegeven onderzoeks
resultaten van andere onderzoekers niet gebruiken zonder
vooraf de betreffende onderzoeker over hun bedoelingen te
hebben ingelicht. Archivarissen mogen werk van vakgenoten,
met inbegrip van studies gebaseerd op in hun instelling be
waarde bescheiden, recenseren en becommentariëren. Archi
varissen kunnen niet toestaan dat personen vreemd aan hun
beroep zich mengen in hun werk en beroepsverplichtingen.
9. Archivarissen dienen professionele deskundigheid na
te streven door systematisch en voortdurend hun archi-
vistische kennis bij te werken en anderen deelgenoot te
maken van de resultaten van hun onderzoek en
ervaring.
Archivarissen moeten er zich op toeleggen hun beroepsken
nis en deskundigheid te ontwikkelen en bij te dragen aan het
geheel van deskundigheid van de beroepsgroep. Zij zullen er
voor zorgen dat diegenen die zij bij hun opleiding of activi
teiten begeleiden zodanig zijn toegerust dat ze hun taak op
een vakbekwame wijze kunnen uitvoeren.
10. Archivarissen dienen het behoud en gebruik van het
documentair erfgoed van de wereld te bevorderen door
samenwerking met vakgenoten en met vertegenwoor
digers van andere beroepsgroepen.
Archivarissen dienen vergroting van de samenwerking na te
streven en conflicten met collega's te vermijden en moeilijk
heden op te lossen met inachtneming van archivistische nor
men en van de beroepscode voor archivarissen. Archivarissen
dienen op basis van wederzijds respect en begrip samen te
werken met beoefenaars van aanverwante beroepen.
oktober 1997.
Zie Aaneen, het tijdschrift van de vakbond ABVA/KABO, nr. 18, p.8-12.
1 "Professional ethics is a set of standards by which a particular group decides to regulate its behaviour. These standards must somehow have
come to be agreed (at least by the more influential members of the group), and appear ultimately to owe their authority to the fact that they
serve to distinguish what is legitimate or accepted in pursuit of the aims of the group from what is not". Deze definitie van A. Flew is
afkomstig uit de Dictionary of Philosophy en wordt geciteerd door J. Ashmann, 'Ethics in conservation', in: Journal of the Society of
Archivists 14 (1993) p. 15.
3 K. Benedikt, Archival ethics' in: Managing archives and archival institutions (Chicago 1989) p. 174—184.
3 De tekst van de Amerikaanse code is te vinden in :The American Archivist 43 (1980) p. 414-418.
4 Zie voor een overzicht van de ontwikkeling van beroepscodes in het archiefvak J. A.M.Y. Bos-Rops, 'Een beroepscode voor archivarissen:
nodig of overbodig?', in: Bibliotheek-& archiefgids 73 (1997) p. 224-232.
Alleen al wat betreft de archieven van de VOC zijn er grootse plannen voor een niet gering doel: wereldwijd
alle VOC-archieven geïnventariseerd, goed geconserveerd en digitaal beschikbaar. Hoe deze plannen concreet
te maken? Al vanaf eind 1996 is Jan Boomgaard, directeur van het Algemeen Rijksarchief, hiermee bezig.
Wist u dat de VOC-handel binnen Azië
van veel groter belang was dan die naar
en van Europa? Het ging bijna altijd
om ruilhandel. Neem bijvoorbeeld
kruidnagelen uit Indonesië. Een deel
ervan ging naar Europa, de rest naar
Thailand. Daar werden ze geruild tegen
haaienvellen die, via de VOC vervoerd
naar Japan, aldaar voor lakdozen wer
den ingewisseld. Die gingen weer naar
Perzië en leverden daar parels op, zeer
in trek in India. Geruild tegen katoen
bestemd voor Jemen, dat er koffie voor
in de plaats gaf, met Europa als afnemer
en aldaar betaald met goud of zilver.
Wat is het bijzondere aan de VOC-
archieven?
De VOC was de eerste multinational en
had als zodanig een voorbeeldfunctie
voor andere landen. De archieven zijn
de neerslag van al die internationale
handelsbewegingen, waar meer dan
vijftig landen bij betrokken waren en
veelal ouder dan de archieven van de
betrokken landen zelf. Een voorbeeld is
de kennis over de hofcultuur uit het
toenmalig 18de eeuwse Siam (Thai
land). Die kennis is er door gedetail
leerde aantekeningen van VOC-verte-
genwoordigers; in Thailand zelf zijn pas
vanaf de 19de eeuw archieven bewaard
gebleven.
Archiefbewaarplaats in Boger. Hier wordt het archief op de algemene secretatie bewaard
nodig voor een goede ontsluiting. Ook
de materiële staat laat te wensen over;
er is sprake van een ernstige vorm van
inktvraat. De letters vallen letterlijk uit
het papier. Veel werk betekent veel
geld. "Nederland heeft een aparte
regeling voor behoud van cultureel
erfgoed overzee, waarvoor zo'n 16
miljoen gulden per jaar beschikbaar is.
Daar wil het ARA in ieder geval een
beroep op doen." Op dit moment zijn
de projectplannen in voorbereiding,
Als eerste stap voerden het ARA, de
Rijksuniversiteit van Leiden en enkele
musea overleg voor een herdenkings
programma en werden daarin opgeko
men ideeën aan het ministerie van
OC&W gemeld. De museale wereld
was al eerder begonnen, want met het
regelen van bruiklenen gaan vele jaren
gemoeid. In museumland was het
Scheepvaartmuseum in Amsterdam de
initiatiefnemer, in archievenland het
ARA. Daar ligt immers het Neder
landse VOC-archief. "Zo'n herdenking
moet natuurlijk internationaal aange
pakt worden, want VOC archieven zijn
wereldarchieven, verspreid over tal
van, voornamelijk Aziatische, landen."
Met behulp van internet al deze ar
chieven kunnen raadplegen, wat komt
daar voor kijken? Ten eerste moeten zij
op uniforme wijze bewerkt, geïnven
tariseerd en toegankelijk gemaakt wor
den èn op uniforme wijze door middel
van internet aan elkaar gekoppeld.
Tijdens de ICA conferentie in Peking
in 1996 polste Boomgaard de archief
directeuren van Indonesië, Sri Lanka,
India en Zuid-Afrika wat zij van het
idee vonden dit gezamenlijk aan te
pakken. "Zij waren allemaal zonder
meer enthousiast."
Na die tweede, verkennende stap,
volgde stap drie om met Indonesië,
waar het grootste archief ligt, concreet
in gesprek te gaan. Daarvoor reisde
Boomgaard in oktober '97 af naar
Jakarta. In 1998 moet het hele pro
gramma van eisen rond zijn. Het gaat
om een enorm archief in Indonesië,
zo'n 3 km, rubrieksgewijs geïnventa
riseerd. Het heeft nog veel bewerking
101/1 januari/februarj 1998