Tot op heden waren de meeste zoekmiddelen archivaris- in plaats van onderzoekergeoriën- teerd Bezoekers serieus nemen 22 23 Interieur van tie kapel van Woudschoten, het koor, foto ca. 1940, part. coll. Zeist Een vijfde ontwikkeling komt er aan. Dat is de bewerking van onze zoekmiddelen, archievenoverzichten, inventarissen en catalogi voor raadpleging op afstand, bijvoorbeeld Internet. Een commissie van de Internationale Archiefraad ontwierp daarvoor een nog te weinig bekende en gebruikte standaard, de ISAD(G). Gelukkig is deze standaard inmid dels onderdeel van het lesprogramma van de Archiefschool. In inventarissen zal veel meer aandacht gegeven moeten worden aan de functie en de inhoud van de hoofdbestand delen van een archief. Verwijzingen naar andere onderdelen of andere archieven behoren daar ook toe. Daarmee nemen we eindelijk de bezoekers serieus, want tot op heden waren de meeste zoekmiddelen archivaris- in plaats van onderzoe- kergeoriënteerd. Misschien kunnen we leren van andere vakgebieden en van onze aanstaande collega's van de Amsterdamse vestigingen van de Archiefschool. Wij gaan spannende tijden tegemoet. Bedreigingen van buitenaf Archieven zijn in de loop der tijden vernietigd of beschadigd als gevolg van onachtzaamheid, branden, cyclonen, plunde ring, bombardementen, overstromingen, door archivarissen en bezoekers, schimmels, termieten, vijandelijke legers, bevrijders, het verzet, revolutionairen en contrarevolutionai ren, etc. Archieven zijn vernietigd of beschadigd niet alleen als gevolg van de instabiliteit van het materiaal waarvan zij zijn gemaakt, maar ook als gevolg van gebrekkige depots, onvoldoende opleiding van het personeel, onvoldoende discipline, onverschilligheid van de machthebbers, etc. Terrorisme, ethnic cleansing en de veelal daarmee gepaard gaande moedwillige vernietiging van archieven betreffende de verwijderde personen zullen het volume van verloren gegane archieven alleen maar vergroten. In de laatste jaren vonden grootschalige integrale archiefvernietigingen door legers van elkaar bestrijdende groepen plaat in bijvoorbeeld Liberia, Burundi, Rwanda en in delen van het voormalige Joegoslavië. Als er niet wordt ingegrepen dan zullen hoge luchtvochtigheid, hitte en termieten gezamenlijk de nog resterende archieven in grote delen van Atrika, de Pacific en in Zuid- en Midden-Amerika composteren. De bronnen van de orale traditie gingen er al goeddeels verloren en de geschreven bronnen volgen spoedig. Overigens geldt dat mutatis mutandis ook voor grote delen van het overige culturele erfgoed. Om de publieke opinie, en de beleids- beslissers, wakker te schudden en tot ingrijpen te bewegen, startte de UNESCO enkele jaren geleden met het Memory of the World programma. Zo zijn er World Heritage Lists opgezet voor archeologische en onroerende monumenten, afspraken gemaakt over beperkingen ten aanzien van in- en uitvoer van roerende cultuurgoederen, en nog veel meer. In opdracht van de UNESCO deed ik onderzoek naar archieven die in deze eeuw verloren gingen en naar bedreigingen waaraan overgebleven archieven zijn blootgesteld. De UNESCO accepteerde mijn rapport en publiceerde het. Ook verscheen het als artikel in een deel van Archivum, het jaarboek van de Internationale Archiefraad. Onthutsende uitkomsten Ik zette voor dit rapport een tweesporig traject op: een literatuurstudie en een enquête. Beide geven een onthutsend beeld van de werkelijkheid. Uiteindelijk ontving ik gegevens over zo'n 6.250 archiefbewaarplaatsen in 105 landen, met een kwantitatieve ondervertegenwoordiging voor Afrika, de Pacific, en Noord, Midden en Zuid Amerika. Het State Archives Bureau van China verstrekte inlichtingen over 3000 depots. De Russische collega liet weten dat zijn antwoord noodzakelijkerwijs generaliserend was, er aan toevoegend dat hij bij een nauwkeurige beantwoording een vrachtwagen nodig zou hebben voor het vervoer van de formulieren. Deze generaliserende beantwoording geeft ook inzicht in de dramatische gevolgen van de achtereenvolgen de oorlogen. Als gevolg van de burgeroorlog, waarin de elkaar bestrijdende partijen in sommige gebieden bewust archieven vernietigden om latere eigendomsclaims onmo gelijk te maken, is Spanje oververtegenwoordigd. Ook bij Italië is dat het geval, mogelijk als gevolg van de uiterst minutieuze organisatie van het archiefwezen en de nauw gezetheid van de archiefinspecteurs. Ik zal geen getallen noemen, maar ook zonder dat word je van de uitkomsten niet blij. Naast de archieftechnische vernietiging van voor vernietiging geselecteerd materiaal brachten mensen en natuur massaal aan te bewaren materiaal schade toe of vernietigden grote delen. In de rapportage heet dat bij- voorbeeld "fire, accidental" en "fire, arson" of "armed conflict" of "removed by occupying forces" of "unauthorized destruction" of simpel "theft" of "flooding". Archivarissen hebben bewaarplaatsen en zichzelf grootschalig bewapend tegen dit soort bedreigingen. Maar wat doe je met een depot dat is ondergebracht in de kelder van een gebouw in het overstromingsgebied van de Oder? Collega's in westelijk Polen, oostelijk Duitsland en een deel van Tsjechië onder vonden recentelijk dat dergelijke depots inderdaad onder water kunnen komen te staan. Alleen een wijziging in de infrastructuur, in feite de bouw van nieuwe depots buiten iedere gevarenzone, sluit voor de toekomst dit soort risico s uit. De Internationale Archiefraad is doende met de voorbe reiding van een bewustmakingscampagne om archivarissen en vooral ook hun bazen, meestal politici, er op te wijzen berekenbare en vermijdbare risico's uit te sluiten. Aan burgeroorlogen kunnen we weinig doen, maar aan slechte planning wel. Vertraging van verval Bedreigingen van binnenuit zijn inherent aan het materiaal waarvan archieven zijn gemaakt. Kunnen we daar veel aan Interieur Woudschoten met de bekende Woudschotenstoelen. foto ca. 1940, part. coll. Zeist doen? Kortgeleden werd bekend dat het Algemeen Rijksar chiefeen deel van de meest bedreigde "brittle" documenten laat behandelen om het verval te vertragen. De daarmee gemoeide bedragen zijn groot. Een paar getallen. In de depots van het Stadsarchief in Dordrecht bewaren we mogelijk zo'n 30 miljoen pagina's manuscript en zo'n 10 miljoen pagina's drukwerk. Een opname op microfilm kost ongeveer 25 cent per pagina, dus 10 miljoen als we alles zouden verfilmen. Scannen kost op dit moment 1,00 per pagina, dus viermaal zoveel. Dordrecht heeft ruim 100.000 inwoners; als we de Dordtse getallen mogen extrapoleren hebben we 1.500 miljoen nodig voor het verfilmen van de inhoud van alle gemeentelijke depots tezamen. De rijks archiefdienst beheert nog eens een gelijke hoeveelheid materiaal. We moeten dus maar niet te veel rekenen op een alleenzaligmakende macro-oplossing uit die hoek. Voorals nog moeten we het doen met het zoveel mogelijk voorkom en van vermijdbare risico's en schade, met het zo goed mogelijk opleiden van onze medewerkers, het uitleggen aan onderzoekers waarom bepaalde documenten alleen in kopie- vorm beschikbaar zijn, het creëren van zo stabiel mogelijke bewaar-, transport- en raadpleegcondities, Mondiaal zouden we moeten nadenken over de mogelijkheid depots zoveel mogelijk in gematigde klimaten onder te brengen. Een utopie? Misschien is het wel haalbaar om master-microfilms in speciaal gebouwde depots in arctische gebieden op te slaan. Wet van de remmende voorsprong In alle landen bestaan archieven en archivarissen en Neder land is niet per definitie een gidsland. We mogen dan het land zijn waar honderd jaar geleden de bijbel van het archief wezen, de Handleiding, geschreven door Muller, Feithen Fruin, is geconcipieerd, we hebben daardoor wel de achter stand van de voorsprong opgelopen. Onze bijbel blijkt alleen het oude testament te bevatten. Voor een gedegen onder grond is Engels- en Franstalige literatuur van wezenlijk belang. Ons vak is in de afgelopen jaren niet alleen geprofes sionaliseerd, we zijn ons steeds meer bewust dat het is geglobaliseerd. 100/10 DECEMBER 1997

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1997 | | pagina 12