Talloze kaartenbakken vaak nog in de oorspronkelijke verpakking met veel Duitse opschriften en hakenkruisen. Hiertussen werd voor de bezoeker plaats ingeruimd Andere bezoekers hoeven niet te horen dat kinderen op zoek zijn naar het NSB-verleden van hun ouders of naar hun Duitse vader 5 lange tijd zijn domicilie maar moest op zekere dag verhuizen. Ondertussen waren de verkoopplannen met betrek king tot de 'oude' RIOD-panden in een vergevorderd stadium en zocht men naar een nieuw onderkomen dat voldeed aan de eisen van het RIOD. Prioriteit had hierbij de scheiding van archiefmateriaal en medewerkers èn scheiding van medewerkers en bezoe kers. Op Heren-gracht 380 was het mogelijk de RIOD-eisen te realiseren. dat er toch nog een herinnering van de voormalige binnentuin over is. De twee grote bankkluizen zijn opgeknapt en voorzien van luchtbehandelings- apparatuur en verrijdbare stellingen. Archiefmateriaal uit en over de Twee de Wereldoorlog staat nu goed en veilig opgeborgen in voormalige Duit se bankkluizen. Een speling van het lot? Het mooiste pronkstuk, een 'echt' Moors bad op de tweede verdieping, ligt niet achter slot en grendel, maar De verhuizing kon beginnen. Vis en Crouwel hadden de binnenplaats en - tuin weer in oude glorie willen her stellen, maar het RIOD wilde op die plaats juist een studiezaal, gecombi neerd met een open bibliotheek situ eren. En dit lukte. In het midden van de studiezaal is nu een rond tuintje aangelegd -het zogenaamde atrium-. Door glaspanelen van de bezoekers gescheiden, maar van boven open. Op het dak van de studiezaal ligt mos, zo- valt als laatste aandenken aan de familie Nienhuys te bewonderen. ...En een nieuwe taak Op verzoek van de minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen bracht een commissie onder voorzitter schap van de historicus prof.dr. E.H. Kossmann een advies uit over de toe komst van het RIOD. Centraal ston- De nieuwe studiezaal rondom het tuintje met door de opening nog net zichtbaar het voormalig koetshuis (foto: David Barnouw, RIOD) den de vragen: is er nog wel een rol weggelegd voor het instituut in het 'post-Loe-De Jong-tijdperk'? Zo ja, zou het werkterrein zich dan moeten beperken tot de Tweede Wereldoorlog of juist moeten worden uitgebreid? Wat zouden daarvan de consequenties zijn voor de archief- en documentatie- functie en voor de situering van het RIOD in het Nederlandse onderzoeks bestek En is internationale samen werking een reële optie? Maart 1997 presenteerde de commissie haar advies, dat gelukkig vrijwel geheel overeen kwam met de plannen van de nieuwe RIOD-directeur prof.dr. J.C.H. Blom. Bovendien ondersteunen de aanbeve lingen de reeds gestarte verhuisplan nen en de hiermee samenhangende reorganisatie op het gebied van archief- en informatiebeheer en dienst verlening. De commissie adviseert het RIOD zijn onderzoeksterrein uit te breiden van 1914 tot aan het eind van de Koude Oorlog. Wel moet de Tweede Wereldoorlog centraal blijven staan. Bijzondere aandacht verdient het onderzoek naar Nederlands-Indië vóór, tijdens en na de Japanse bezet ting. Daarnaast moet in samenwerking met zusterinstituten als het Navor- sings- en Studiecentrum voor de Ge schiedenis van de Tweede Wereldoor log te Brussel, l'Institut d'Histoire du Temps Présent te Parijs, Yad Vashem te Jeruzalem, het United States Holocaust Memorial Museum te Washinghton en het Institut für Zeitgeschichte te München interna tionaal vergelijkend onderzoek worden geëntameerd. Bij de archief- en collec tievorming mag het werkterrein juist niet worden verbreed en moet de na druk blijven liggen op de Tweede Wereldoorlog. Immers de aanwezig heid van relevante collecties in de nabije omgeving en de toenemende mogelijkheden voor raadpleging van archieven 'op afstand' maken deze verbreding minder noodzakelijk. De commissie vindt dat het RIOD thans onvoldoende is toegerust voor deze taken, zowel wat betreft het per soneel als de infrastructuur. Verster king van de personele capaciteit is nodig, evenals een nieuwe behuizing. De laatste aanbeveling is al werkelijk- Wetenswaardigheden over het RIOD Opgericht op 8 mei 1945. Een vaste personeelsformatie van 26,3 fte's. Biedt onderdak aan het Postdoctoraal Opleidingsprogramma Negentiende- en Twintigste Eeuwse Geschiedenis en het Historical Research Program Japan and the Netherlands. Beheert 300 archieven met een lengte van bijna 3 kilometer, 50.000 boeken, 150.000 en foto's. Medewerkers van het RIOD verrichten momenteel onderzoek naar: de roof van joods effectenbezit de door Duitsers ingestelde joodse organisatie in West-Europa de invloed van de Duitse bezettings- politiek op Nederlandse lokale bestuur de Japanse politiek ten aanzien van etnische minderheden in de door Japan bezette gebieden in Azië de omstandigheden voor, tijdens en na de val van Srebrenica op 11 juli 1996. heid geworden, aan de personele com ponent wordt gewerkt. Het 'vernieuw de' RIOD doet nu denken aan een RIOD zelf was begonnen intern orde op zaken te stellen. "Een verhuizing roept om aanpassingen, schept nieuwe organisatiestructuur. Alles is nu strak ker georganiseerd. Er zijn geen aparte winkeltjes meer". En publieksvriendelijker Het RIOD is van een gesloten bastion veranderd in een publieksgerichte in stelling. Dankzij de nieuwe behuizing kan een klantvriendelijk beleid worden neergezet. "We zijn er nu voor uitge rust". Toch hoeft niet alles op het con to van het nieuwe gebouw te komen. Ook de gewijzigde organisatiestruc tuur van het RIOD voegt veel toe. "Bezoekers hoeven hun komst niet meer aan te kondigen. Afspraken ma ken behoort tot het verleden. Voortaan staan vaste studiezaalmedewerkers het publiek ten dienst en kunnen bezoe kers door de 'open' opstelling van de bibliotheek, zelf hun gang gaan. De studiezaalmedewerkers besteden veel tijd aan intake-gesprekken met (nieuwe) bezoekers. Vanuit privacy- overwegingen is hiervoor zelfs een aparte ruimte ingericht. Andere be zoekers hoeven niet te horen dat kinderen op zoek zijn naar het NSB- verleden van hun ouders of naar hun Duitse vader. Nieuw is ook dat enkele medewerkers speciaal belast zijn met de schriftelijke dienstverlening." Nouveau Riche tussen de 1 Iele eeuwes grachtenpanden, nu officieel geopend als nieuw onderkomen voor het RIOD (fotoOerlemans van Reeken Studio. Rijswijk instituut voor hedendaagse geschiede nis, dat het accent legt op de oorlogen. Geen aparte winkeltjes Erik Somers, een van de jonge oudge dienden, vertelt dat ook al voor de publicatie van het rapport van de Commissie Toekomst RIOD, het mogelijkheden en creëert een draag vlak voor een reorganisatie. Diverse afdelingen werden samengevoegd of omgevormd om adekwaat op de nieuwe werkomgeving en taakstelling te kunnen reageren. De archiefbeheers taken en de publiekfuncties zijn nu ondergebracht bij de nieuwe afdeling informatie en documentatie. Alleen de onderzoeksafdeling behield dezelfde 100/8 oktober 1997

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 1997 | | pagina 3