Ute
ratuur
Litera-
Registratie van
particuliere archieven
Staatssecretaris Kohnstamm
installeert begeleidingsorgaan
CAS
34
Galina Kislovskaya, Preserva
tion Challenges in a Changing
Political Climate: A Report
from Russia, Washington: Com
mission on Preservation and
Access Amsterdam: European
Commission on Preservation
and Access, 1996, 20 pp, isbn
90-6984-167-3 verspreiding in
Europa: ECPA, Postbus 19121,
1000 GC Amsterdam
P. W. van Wissing e.a., Gids
voor genealogisch onderzoek in
Nederland. Zaltbommel,
Europese bibliotheek 1996. 137
blz. (ISBN 902286279X) prijs
49,30
mderzoek
33
an—pc
BHH—H8MMBB
De studiedag omvat vijf lezingen over
de organisatie van het gevangeniswe
zen, de leefomstandigheden van de
gevangenen en de onderzoeksmoge
lijkheden die de gevangenisarchie
ven bieden en een excursie naar het
Bossche Huis van Bewaring, deelne-
merskosten bedragen f 35,00 (incl.
koffie/thee, lunch en excursie) en u
kunt zich tot 6 juni 1997 telefonisch
aanmelden: 073-6818500
De deelnamekosten aan de Openbare
Discussie over de registratie van par
ticuliere archieven bedragen 28,50,-
per persoon. Geïnteresseerden kunnen
zich vóór 15 mei 1997 opgeven bij
Pieter de Vilder, Algemeen Rijks
archief Den Haag.
Particuliere archieven maken deel uit
van ons nationale culturele erfgoed.
Instrumenten voor behoud en toegan
kelijkheid van deze archieven zijn
registratie en acquisitie. De centrale
registratie van particuliere archieven
was vanouds toevertrouwd aan het
Centraal Register van Particuliere
Archieven(CRJPA).
Technologische ontwikkelingen maken
het mogelijk de centrale registratie op
andere wijze te gaan vormgeven.
Dankzij digitalisering kan worden
bereikt dat decentraal geregistreerde
gegevens centraal beschikbaar worden
gesteld. Ideeën hierover zijn nader
uitgewerkt in de Discussienota inzake de
registratie van particuliere archieven. Deze
nota is onlangs uitgebracht door het
Algemeen Rijksarchief, waarvan het
CRPA sinds 1 oktober 1994 deel
uitmaakt. Het Algemeen Rijksarchief
zou op 21 mei in conferentiecentrum
Woudschoten te Zeist graag met alle
betrokkenen en geïnteresseerden van
gedachten willen wisselen over de in de
discussienota ontwikkelde denkbeel
den. Sprekers zijn:
dr. J.E.A. Boomgaard, directeur van het
Algemeen Rijksarchief, drs. B. Woelde-
rink, directeur van het Koninklijk Huis
archief en lid van de commissie CRPA,
J. Kloosterman, directeur van het Ne
derlands Economisch-Historisch Archief
en van het Internationaal Instituut voor
Sociale Geschiedenis en lid van de
commissie CRPA, dr. Th.F. Wijsenbeek,
drs. J. Hofman, waarnemend hoofd van
de afdeling Informatievoorziening van
de centrale directie van de Rijksarchief
dienst.
Op 9 april installeerde de staatssecre
taris van Binnenlandse Zaken, mr.J.
Kohnstamm, het nieuwe begelei
dingsorgaan voor de Centrale Archief
Selectiedienst (CAS) in Winschoten.
De CAS is sinds 1 januari 1997 agent
schap van het ministerie van Binnen
landse Zaken. Voorzitter van het be
geleidingsorgaan wordt de heer J.G.M.
Alders, Commissaris van de Koningin
in Groningen.
Het Curatorium met als voorzitter de
heer prof. H.J.L. Vonhoff, dat de CAS
op weg naar verzelfstandiging heeft
begeleid, wordt op deze dag formeel
van zijn taken ontheven.
In overleg met het Directoraat-Gene
raal Openbaar Bestuur, waar de CAS
rechtstreeks onder valt, is geconclu
deerd dat er ook voor de CAS als
agentschap behoefte blijft aan een
begeleidingsorgaan. In tegenstelling
tot het Curatorium dat aan de staats
secretaris adviseerde, doet het nieuwe
begeleidingsorgaan dit rechtstreeks
aan het management van de CAS. Bij
de samenstelling is rekening gehouden
met de concrete taken.
De voorzitter, de heer J.G.M. Alders,
Commissaris van de Koningin in Gro
ningen, is gevraagd vanwege de taken
die de Commissaris als rijksorgaan ver
vult. De meeste klanten van de CAS
zijn afkomstig uit de rijksoverheid. De
heer mr. H.C.J.L. Borghouts is Secre
taris-Generaal van het ministerie van
Justitie, een van de convenantspartners
van de CAS. Dit geldt ook voor het
ministerie van Volksgezondheid,
Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
vertegenwoordigd door de heer drs.
P.M. Verhaar, plv. Secretaris-Generaal.
Beide heren zullen als klant van de
CAS hun bijdrage leveren aan het
creëren van draagvlak. Voor de verdere
ontwikkeling van het agentschap is een
bedrijfsmatig klankbord van belang.
Hieraan zal met name de heer drs.
F.Th. Gubbi, vice-voorzitter van de
raad van bestuur van TNO, een bijdra
ge leveren. De taak van de CAS is het
bijdragen aan goede en geordende
overheidsinformatie. Daarbij is het van
belang in te spelen op nieuwe ontwik
kelingen (informatiemaatschappij
digitale archieven).
Know-how op het gebied van techno
logische ontwikkelingen komt van de
zijde van de heer prof. ir. P.A. Tas,
deskundige op het gebied van infor
matie- en communicatietechnologie.
De heer prof. dr. F.C.J. Ketelaar, te
vens lid van het Curatorium, zal vanuit
zijn functie van Algemeen Rijksarchi
varis, vakinhoudelijke kennis bijdra
gen. De voormalige burgemeester van
Leeuwarden, de heer mr. G.J. te Loo,
is in de afgelopen jaren als lid van het
Curatorium nauw betrokken geweest
bij de ontwikkelingen rond de CAS.
De eerste evaluatie van het begelei
dingsorgaan vindt plaats drie jaar na
instelling van het agentschap.
RECENSIES
Dit is een kort, maar aardig overzicht
van de conserveringsproblematiek in
Russische bibliotheken, van de hand
van de adjunct-directrice van de lnno-
strankade bibliotheekkolos voor bui
tenlandse literatuur nabij het Kremlin.
Het is aardig, omdat het zo kort is: een
groot probleem behoeft weinig woor
den. En het is aardig om twee andere
redenen.
In de eerste plaats bevat het een tref
zekere schets van wat er uit de tijd van
de Sovjet-Unie werd geërfd, hoe de
erfenis eraan toe was, en wat er sinds
dien mee is gedaan door een aantal
bibliothecarissen en topambtenaren
van het Ministerie van Cultuur.
Russische bibliotheken zijn talrijk en
voor Westerse begrippen van een vaak
verbijsterende omvang: de Sovjets hiel
den van investeren en centraliseren.
Maar omdat zij helemaal niet van on
derhoud hielden, had de centralisatie
vaak onbedoelde gevolgen. De Rus
sische Staatsbibliotheek (vroeger naar
Lenin genoemd) is met haar 40 miljoen
banden de op één na grootste ter
wereld. Omdat de bewaaromstandig
heden echter iedere beschrijving tar
ten, zijn er nu ook meteen heel erg
veel boeken in gevaar. Uw recensent
mocht ooit kennis maken met de
vriendelijke kat die, hoewel onbezol
digd, als een van de belangrijkste be
schermers van het bezit was gaan
gelden.
Sinds de laatste jaren van de perestrojka
is er een nieuwe vijand bijgekomen:
het aantal bibliotheekgebruikers
groeide de afgelopen tijd sterk.
Sommige regionale instellingen mel
den een toename van 80% over vijf
jaar. Tot de oorzaken ervan behoren
vermoedelijk het ineenstorten van het
oude (centrale) systeem van boek-
distributie en de forse prijsstijgingen,
die de kopers van de markt de biblio
theek injagen. Voorts hebben ze er toe
geleid dat momenteel slechts 10-20%
van al het Russische drukwerk de
bibliotheken bereikt, om van buiten
lands drukwerk maar te zwijgen.
Want sinds geruime tijd heeft het ge
zag in Rusland voor cultuur weinig
meer dan woorden over. De salarissen
in het bibliotheekwezen schommelen
rond het bestaansminimum, en zelfs
Minkultzoals de Russen hun ministe
rie blijven aanduiden, was onlangs
nagenoeg van de wereld afgesneden,
omdat het zijn telefoonrekening niet
kon betalen.
Meer lezers dus, en minder geld: de
best bewaarde collectie zou er niet
tegen bestand zijn. Des te aardiger 1
de tweede reden dat dit rapport de
uitdrukking vormt van een radicale
breuk in het Russische denken over
conservering. Zowel de verlammende
bewondering voor de traditionele
restaurateur als de messianistische
droom van totale digitalisering wordt
er vriendelijk doch beslist terzijde
geschoven. Voorkomen wordt beter
geacht dan genezen, en samenwerking
(de horizontale verbanden die in het
centralistische systeem ontbraken) een
vanzelfsprekendheid. Het is de schrijf
ster daarbij steeds om de toeganke
lijkheid van het materiaal te doen:
conservering is bedoeld om blijvend
gebruik mogelijk te maken.
Eén relativerende kanttekening moet
ik wel maken. Het rapport draagt het
stempel van een bibliotheek die sinds
jaren moeiteloos de modernste van
Rusland is; en zelfs minder moderne
bibliotheken liggen vaak mijlen voor
op het archiefwezen. Het zal nog wel
even duren voor de gepresenteerde
ideeën daar gemeengoed zijn.
Jaap Kloosterman
Een blik in de inhoudsopgave van deze
nieuwe uitgave voor (beginnende?)
genealogen onder redactie van P.W.
van Wissing,
geeft een aardig inzicht in wat het
boek te bieden heeft. Het bevat
hoofdstukken over oud schrift, de
doop-, trouw- en begraafboeken, het
oud-rechterlijk archief, de notariële
archieven, waterschapsarchieven, wees
kamerarchieven, familie-, huis- en
heerlijkheidsarchieven en tot slot een
hoofdstuk over maten en gewichten en
chronologie. Over de keuze van de
catagorieën van archieven verschaft het
100/4 April 1997