Lite
ratuur
Lit era-
SP
De Archiefwet 1995
32
IN 100 TREFWOORDEN
33
verrijkt met één van de laatste grote
particuliere historisch-topografische
kunstverzamelingen.
Ook voor de acquisitie van archieven,
met name familiearchieven, is de bete
kenis van Van Eeghen groot geweest.
Zij spoorde de laatste restanten van de
archieven van de Amsterdamse regen
tenfamilies op en bemiddelde bij de
overdracht aan het Gemeentearchief.
Hoe ze daarbij te werk ging heeft ze
uit de doeken gedaan tijdens een
studiedag voor de leden van de VAN
in I960. De inventarisatie van de door
haar geacquireerde archieven nam zij
persoonlijk ter hand. Op haar naam
staan onder meer de inventarissen van
de archieven van de families Bicker,
Backer, Brants, Heshuyzen-Hooft en
Moens. Op een VAN-studiedag in
1983 over de inventarisatie van fa
milie- en huisarchieven werd de in
deling die Van Eeghen koos voor de
inventaris van het archief van de
koopmansfamilie Brants model ge
steld voor de inventarisatie van
familiearchieven die een combinatie
zijn van familie- en bedrijfsarchief.
Vele archieven en talloze tekeningen,
prenten en foto's worden nu dankzij
de inspanningen van juffrouw van
Eeghen voor het nageslacht bewaard
in het Amsterdamse Gemeente
archief. Door haar inventarissen en
overige publicaties is dat alles toegan
kelijk en bij een breed publiek bekend
geworden. Het is dan ook geen won
der dat voor velen juffrouw Van
Eeghen de verpersoonlijking was van
het Amsterdamse archief.
(dr. W. Chr. Pieterse) £3
Mej. dr LH. van Eeghen, 1977.
(foto: collectie Gemeentearchief Amsterdam
de Vrouwenkloosters en het Begijnhof
in Amsterdam. Het was haar tweede
publicatie en het zou een standaard
werk blijken te zijn. Vele publicaties
volgden, waaronder nog een stan
daardwerk: een studie over de geschie
denis van de Amsterdamse boek
handel in vijf delen. Maar zeker zo
belangrijk zijn haar artikelen van
kleinere en grotere archiefvondsten
waar andere onderzoekers hun voor
deel mee konden doen. De grote
waarde van archiefonderzoek kwam
treffend naar voren toen Van Eeghen
tijdens de Rembrandttentoonstelling
van 1956 ongeveer maandelijks kwam
met een nieuwe vondst waardoor in de
tentoonstellingscatalogus
anonieme portretten een naam
kregen, voorstellingen werden
voorzien van een verhaal en
data scherper werden gesteld.
Mede hierdoor is archiefonder
zoek een vanzelfsprekend as
pect van kunsthistorisch on
derzoek geworden.
De zeer nauwkeurige wijze
waarop de medewerkers van de
historisch-topografische atlas
ook nu de objecten in hun ver
zamelingen bestuderen is ge
heel in de traditie van juffrouw
Van Eeghen. Grondig archief
onderzoek leidt tot zeer exacte
beschrijvingen.
Zo werd bijvoorbeeld nog on
langs een foto van Breitner
bijna tot de dag nauwkeurig
gedateerd aan de hand van een rap
port uit het archief van Publieke
Werken over het planten van bomen
langs een gracht en werd een boerde
rijtje, dat is geschetst op de achterkant
van een recentelijk op de veiling aan
gekochte tekening van Claes Jansz.
Visscher, geïdentificeerd als het
buitentje van Jan Deijman, gelegen
aan de dijk van Amsterdam naar
Haarlem, ter hoogte van Sloterdijk.
Kwamen dergelijke interessante bla
den op de markt dan gaf juffrouw Van
Eeghen menigmaal de opdracht de
tekening voor haar rekening aan te
kopen ten behoeve van het Archief.
Na vele genereuze schenkingen bracht
ze tenslotte ook de verzameling
tekeningen van haar vader onder bij
het Archief. Daardoor werd de atlas
REGENS!
oven. R. Kramer en CG.M. N<
el 1995 in 100 IrvJuoordvu (SOI
Vele jaargangen leerlingen van de Rijksarchiefschool zijn
vroeger bij hun archiefexamen op het onderdeel 'archiefwet'
verrast door de manier van examineren. In plaats van vragen
als 'wat staat er in artikel 7 van de wet?' werden zij gecon
fronteerd met casuïstiek: 'U wordt gebeld door iemand die
zojuist in een duinpan oude strafdossiers heeft gevonden en
vraagt wat hij moet doen. Wat zou u antwoorden?'. Deze
aan de dagelijkse praktijk gerelateerde vragen hebben me
nige examinandus de nodige zweetdruppels gekost, zo be
weerde althans de bewuste
examinator die praktische
kennis van de Archiefwet
voor de archivaris van meer
waarde vond dan theoreti
sche.
Deze herinnering schoot mij
door het hoofd toen ik het
hier kort te bespreken boek
onder ogen kreeg. Titel,
advertenties ('een handig en
compleet naslagwerk') en het
voorwoord van de voorzitter
van de SOD ('onontbeerlijk
gereedschap') wekken de
indruk, dat hier een boek
gepresenteerd wordt waarin
antwoord wordt gegeven op
allerlei vragen die met name
op de werkvloer van het
archiefbedrijf gesteld wor
den. Het boek lijkt boven
dien voortgekomen uit de
workshops die de auteurs
over de nieuwe wet in 1995
en 1996 voor de SOD heb
ben geleid. Zo'n boek zou
volgens mij naast de reeds
bestaande losbladige uitga
ven van de Archiefwet 1962
en Archiefbeheer in de prak
tijk (die ongetwijfeld binnen-
kort geactualiseerd zullen worden) voorzien in een grote
behoefte. Met dit voor ogen heb ik het boek gelezen.
Ontegenzeggelijk heeft het boek voordelen boven de ge
noemde losbladige uitgaven. De opzet is duidelijk: zet een
aantal begrippen uit de Archiefwet en het Archiefbesluit op
een rij en geef van deze begrippen korte en heldere omschrij
vingen. De auteurs zijn daar mijns inziens goed in geslaagd.
Ook niet-ingewijden in het vak kunnen er volgens mij mee uit
de voeten. Bij een aantal trefwoorden zijn tevens schema's
gevoegd, zoals bijvoorbeeld een overzicht van de totstandko
ming van een selectielijst en een overzicht betreffende de zorg
en het toezicht op de zorg cq het beheer van archiefbeschei
den. Vernieuwend verder zijn de verwijzingen naar andere
wetten en besluiten die raakvlakken hebben met de archief
wetgeving. Zo zijn er bijvoorbeeld trefwoorden over de Wet
Persoonsregistraties, de Algemene Wet Rijksbelastingen, de
Wet Gemeenschappelijke regelingen, en ook over Auteurs
recht en Geheimhoudings
plicht; bij andere trefwoorden
verwijzen de auteurs kort naar
aanpalende wetgeving. De
Archiefwet wordt ingebed in
de context van andere wet- en
regelgeving.
Bij al dit soort boeken doet
zich de vraag voor wat de
lezer er aan heeft. Heeft het
een meerwaarde boven reeds
bestaande literatuur?
Hierboven heb ik al aan
gegeven waarin de sterkte
van dit compacte boek in het
handige pocket-formaat is
gelegen. Toch valt er nog
wel iets te wensen. Een
voorbeeld: het trefwoord
'Openbare registers' ver
meldt onder meer het regis
ter van faillissementen, het
curateleregister en het han
delsregister. De auteurs
schrijven hierbij dat deze
(tezamen met nog andere)
niet alle in dezelfde mate
openbaar zijn. Het zou prak
tisch zijn om dan te weten in
welke mate deze registers
openbaar zijn, althans de
vindplaats te weten waar dit
STICHTING OPLEIDINGEN EN EXAMENS VOOR
DOCUMENTAIRE INFORMATIEVOORZIENING EN
ADMINISTRATIEVE ORGANISATIE
MW. v
De archiefwet in 100 trefwoorden
100/1 JANUARI 1997