093
n
n
Computer says YES
De gebruiker kiest voor ons
Luud de Brouwer
Hoe je het ook wendt of keert, kunstmatige intelligentie (KI) is in
opmars. Op allerlei gebieden is een race aan de gang om steeds
meer processen te automatiseren en te onttrekken aan de
invloed van de mens van vlees en bloed. De microprocessors of
chips die onderdeel uitmaken van bijna alle (huishoudelijke)
apparaten, bevatten verbindingen die het menselijk oog niet
kan zien, laat staan dat een mens ze kan maken. Het zijn
machines die ze maken. Chirurgen opereren met hulpmiddelen
die veel verfijnder bewegen en reageren dan een mensenhand
ooit zou kunnen. In alle aspecten van het leven dringen
computers, of producten die gemaakt worden met behulp van
computers, steeds verder binnen.
Na het schaakspel is nu ook het spel Go, met een veelvoud aan
variabelen, ten prooi gevallen aan de toenemende computer
isering. De wereldkampioen is voor het eerst verslagen door een
computer. De auto rijdt op steeds meer plaatsen in de wereld
helemaal autonoom over de wegen en de navigatie van het
verkeer wordt gedomineerd door satelliet informatie via een
scherm in auto, motor en fiets. Zelfs de voetganger is steeds
afhankelijker van de digitale input in zijn devices. In de
zorgsector worden vele miljoenen geïnvesteerd om robots delen
van de zorg over te laten nemen: het invoelende zeehondje als
troostknuffel. In het onderwijs herhaalt een robot moeiteloos
duizenden keren hetzelfde totdat de leerling het begrijpt. Wat te
denken van de boost in de domotica? We laten steeds meer
over aan techniek waar het ons welbevinden betreft, wanneer de
verwarming aan moet, de gordijnen dicht, de magnetron aan
en het licht uit.
Via social media delen we veel van ons leven, onze gedachten,
meningen en opvattingen, hoe we ons voelen zowel emotioneel
als fysiek. Facebook heeft een serie emoticons toegevoegd die
meer nuances van ons gevoel over berichten prijsgeven. Het
gedrag van mensen op datingapps en datingwebsites is nog een
belangrijke verzameling van metadata over menselijk gedrag,
voorkeuren en gevoelens. Al die ontwikkelingen leiden tot een
omvangrijke en onstuitbare verzameling van data die steeds
meer prijsgeeft over het gedrag van mensen. Die immense
dataverzamelingen stellen programmeurs steeds beter in staat
om algoritmes te programmeren die menselijk gedrag simuleren
en daarmee tot steeds verfijndere kunstmatige intelligentie. In
al dat big-data-geweld zal uiteindelijk de informatieprofessional
die in archieven werkt met de vraag van onderzoekers en
burgers zijn taak overdragen aan een machine.
Alle archiefinstellingen samen hebben (helaas!) een beperkte
economische impact. Dat verhindert waarschijnlijk gedurende
lange tijd een robotoplossing in de dienstverlening van archief
diensten. Maar op enig moment zullen ook de archiefprofessio
nals zich niet meer kunnen onttrekken aan de onstuitbare
opmars van KI die steeds meer werk van hen gaat overnemen.
Wie gaat er nog naar een reisbureau om een hotel of huisje te
boeken? Websites en fabelachtig goed werkende apps hebben
die rol al voor het allergrootste deel overgenomen. Komt dat
omdat we geen mensen meer willen zien of spreken? Nee, de
techniek maakt het mogelijk om veel sneller een geschikte
kamer of appartement te vinden uit een overvloedig aanbod in