Benoemingen
streven, maar hoewel hij in 1949 nadrukkelijk stel
de nooit lid te zijn geweest van de nsdap, zat er
toch een politiek tintje aan.~°
In 1942 stuurde Vollmer de beschouwing Publi-
zistischen Tiitigkeit der niederlandischen Reichsar-
chivenaat de Secretaris-Generaal van owe. Hierin
drong hij erop aan sneller over te gaan tot uitgeven
van inventarissen en vooral van bronnenpublika-
ties en niet te wachten tot alle archieven (die vol
gens hem zo uitstekend geordend waren onder lei
ding van de vroegere Algemeen Rijksarchivaris
prof Fruin) zouden zijn bewerkt. Ook zou de Alge
meen Rijksarchivaris een publikatie moeten uitge
ven over de geschiedenis van het Nederlandse
openbaar bestuur. Ter vergelijking wees Vollmer
op de grote serie Publikationen aus den preuszischer
Staatsarchiven, die onder Bismarck was gestart en
die - en daar komt de aap uit de mouw - 'in den
neuen "Ostprogramm' und Westprogramm zu-
sammengefasst sind In zijn beschouwing ont
vouwde Vollmer ook plannen voor samenwerking
van de Rijksarchieven met diverse Nederlandse in
stituten zoals de Commissie voor de Rijks Geschied
kundige Publicationhet Historisch Genootschap en
het Instituut voor Middeleeuwse Geschiedenis in
Utrecht. Dit om rechten- en letteren studenten
meer archieftechnische kennis bij te brengen. In
het algemeen zouden de Rijksarchivarissen als mid
delpunt voor de provinciale onderzoeksgebieden
moeten dienen. Deze brief van Vollmer werd na
ruim een maand door de Secretaris-Generaal van
owe naar de Algemeen Rijksarchivaris gezonden
met het verzoek om commentaar. Bijlsma stuurde
de brief niet terug. Het origineel is nog aanwezig in
de correspondentie van de Algemeen Rijksarchiva
ris, met daarop in de kantlijn de opmerking van
Van Dam 'mooi programma! maar... Deze heeft
kennelijk zijn bedenkingen, maar het is niet duide
lijk op welk aspect van Vollmers beschouwingen.
Bijlsmas commentaar beperkte zich tot de archief
studie in Utrecht, die hij afwees. Zijn argument
daarvoor was dat er nu al niet voldoende vacatu
res waren om allen met het diploma archiefambte
naar aan een baan te helpen. Wel heeft Bijlsma de
Rijksarchivarissen in de provincies gevraagd naar
hun bereidheid voordrachten te houden aan de
Utrechtse Universiteit. Alleen de Rijksarchivaris
van Limburg vond het een goed idee; de anderen
hadden geen tijd, vonden het te ver weg of voelden
zich er fysiek niet toe in staat.21
Al de toegangen zouden de weg hebben kunnen
wijzen naar waardevolle stukken voor inbeslagne
ming. Er zijn echter geen aanwijzingen dat men
zich in de Nederlandse Rijksarchieven extra heeft
ingespannen om aan Vollmers wensen van meer
toegankelijkheid te voldoen. Door bij de Rijksar
chieven aan te dringen op medewerking aan de
cds bij het opzetten van een cartotheek van joden
heeft Vollmer zich ook bemoeid met onderzoek
naar personen, hoewel dit niet expliciet in zijn
taakomschrijving stond. Vollmers belangstelling
voor het Koninklijk Huisarchief komt elders in dit
nummer aan de orde.
Enkele belangrijke posten binnen de Rijksarchief
dienst werden gedurende de bezetting vervuld
door NSB-leden. In die kringen werd ook gespro
ken over opvolging van mr Bijlsma als Algemeen
Rijksarchivaris door iemand uit eigen gelederen.
In Zeeland werd in november 1942 de Rijksarchi
varis mr A. Meerkamp van Embden (1882-1954),
lid van de nsb, benoemd tot burgemeester van
Middelburg.
'...Dat mijn benoeming tot tijdelijk burge
meester niet overal gelijkelijk wordt beoor
deeld, begrijp ik. Voor mijzelfben ik overtuigd
eenvoudig dat te doen wat in de tegenwoordige
omstandigheden mijn plicht moet worden ge
noemd. Het verheugt mij dat ge mijn verzoek
om machtiging tot het vervullen van beide be
trekkingen hebt willen steunen.
schreef hij aan Bijlsma.22
Secretaris-Generaal Van Dam vroeg Bijlsma om
zijn oordeel over twee kandidaten voor de vacature
van Rijksarchivaris in Zeeland. De eerste was
dr W.S. Unger, gemeentearchivaris van Middel
burg en de tweede mejdr D. A. Felix, chartermees
ter en sinds september 1943 waarnemend Rijksar-
[66]
Mr R. Bijlsma (1880-1949), Algemeen Rijksarchi
varis van 1933-1946. Fotoverzameling Algemeen
Rijksarchief, Den Haag
[67]